Aurornis xui

Een paleontoloog van het Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN) heeft samen met Chinese, Italiaanse en Britse collega’s de meest primitieve vogel tot nu toe ontdekt.

29 mei 2013

The half-metre tall Aurornis xui, which lived in China 150 million years ago, is believed to be the earliest known member of the bird family tree.

Artist’s impression by Masato Hattori 

http://www.nature.com/news/new-contender-for-first-bird-1.13088

De paleontoloog, Pascal Godefroit, deed de ontdekking al een jaar geleden in de Tiaojishanformatie

De Aurornis xui (dageraadvogel) had vier vleugels maar volgens de wetenschappers kon hij waarschijnlijk niet vliegen maar kon goed lopen  .en leefde  tijdens het Jura

De Aurornis  xui  , wat staat voor ”dageraad van de vogel”, stoot daarmee (nogmaals ) de Archeopterix van de troon als oudste voorloper van de vogel, zo staat woensdag in tijdschrift Nature.

Het fossiel van de Aurornis, met deels bewaarde veren, werd door fossielenverzamelaars gevonden in de Noordoost-Chinese provincie Liaoning. Een internationaal team onder leiding van paleontoloog Pascal Godefroit (KBIN) onderzocht het fossiel en ontdekte dat het zowat 155 tot 165 miljoen jaar oud was.

”Het dier was ongeveer 50 centimeter groot en kon wellicht goed lopen. Zijn kleine tandjes doen vermoeden dat het om een insecteneter gaat.”

nature12168-f1_2

Figure 1: Aurornis xui YFGP-T5198. a, Photograph. b, Line drawing. Abbreviations: cav, caudal vertebrae, cev, cervical vertebrae; dv, dorsal vertebrae; fu, furcula; ga, gastralia; lf, left femur; lh, left humerus; lil, left ilium; lis, left ischium; lp, left pes; lpu, left pubis; lr, left radius; ls, left scapula; lt, left tibia; lu, left ulna; ma, mandible; rcor, right coracoid; rf, right femur; rh, right humerus; ril, right ilium; ris, right ischium; rm, right manus; rp, right pes; rpu, right pubis; rr, right radius, rs, right scapula; rt, right tibia; ru, right ulna; sac, sacrum; sk, skull.

http://www.readcube.com/articles/10.1038/nature12168?utm_campaign=readcube_access&utm_source=nature.com&utm_medium=purchase_option&utm_content=thumb_version&tab=summary

nature12168-f2_2 fig 2

Figure 2: Selected skeletal elements of Aurornis xui YFGP-T5198. a, Photograph of skull and mandible in right lateral view. b, Line drawing of skull and mandible in right lateral view. c, Photograph of pelvis in right lateral view. d, Line drawing of pelvis in right lateral view. e, Photograph of the scapular girdle. f, Photograph of proximal portion of the tail in right lateral view. Abbreviations: af, antorbital fenestra; ca, caudal; ddp, dorsodistal process; don, distal obturator notch; en, external naris; fu, furcula; hae, haemapophyses; hy, hyoid; ldt, left dentary; lf, left femur; lfr, left frontal; lis, left ischium; lj, left jugal; lna, left nasal; lp, left pubis; ls, left scapula; mf, maxillary fenestra; ns, neural spine; op, obturator process; par, parietal; pmf, promaxillary fenestra; pon, proximal obturator notch; ra, right angular; rcor, right coracoid; rdt, right dentary; rect, right ectopterygoid; rf, right femur; rfr, right frontal; ril, right ilium; ris, right ischium; rj, right jugal; rl, right lacrimal; rmx, right maxilla; rna, right nasal; rpm, right premaxilla; rpo, right postorbital; rq, right quadrate; rqj, right quadratojugal; rs, right scapula; rsa, right surangular; rsq, right squamosal; sc, scleral plates.

Uitzonderlijk

Via een uitzonderlijk omvangrijke analyse van de ontwikkelingsgeschiedenis, waarbij beschreven wordt hoe de ene groep organismen uit de andere ontstond , blijkt dat het dier aan de basis staat van de vogelstamboom.

”Het verschil vinden tussen een primitieve dinosauriër of vogel is bijzonder moeilijk”, aldus Godefroit.

De studie bevestigt ook dat de typische vogelvlucht maar één keer ontstond binnen de zogenaamde Paraves, een groep die gevederde dinosauriërs (2) en vogels omvat.”

Jonger

De Archeopteryx, waarvan sinds 1861 een twaalftal exemplaren zijn beschreven, wordt 10 miljoen jaar jonger geschat dan de Aurornis.

Door de ontdekking van de Aurornis blijft hij evenwel tot de tak van de vogels behoren: in 2011 nog plaatste men de archeopteryx  bij de gevederde dinosauriërs.

(wikipedia )

In 2011, Chinese paleontologist Xu Xing claimed Archaeopteryx was not a bird ancestor.[4] A phylogenetic analysis of Aurornis suggests that it belongs in the bird linage, in a more basal position than Archaeopteryx.[4] The analysis, based on “almost 1,500 [morphological] characteristics”, contradicts Xu’s conclusion which was based on fewer characteristics, and returns Archaeopteryx to the bird lineage.[5] Whether A. xui will be accepted as a true bird by other paleontologists is yet to be determined. Recent discoveries “[emphasize] how grey the dividing line is between birds and dinosaurs”, says Paul Barrett of the Natural History Museum in London. “There’s such a gradation in features between them that it’s very difficult to tell them apart … [Aurornis xui] is certainly an older member of the bird lineage than Archaeopteryx, and it’s fair to call it a very primitive bird. But what you call a bird comes down to what you call a bird, and a lot of definitions depend on Archaeopteryx.”[4] Bird evolution specialist Lawrence Witmer called the new analysis compelling.[6] However, American paleontologist Luis Chiappe disagrees, saying A. xui’s forelimb is too short to be a true bird. It “is very birdlike, but it is not yet a bird,” he concludes.[7]

http://phenomena.nationalgeographic.com/2013/05/29/the-changing-science-of-just-about-birds-and-not-quite-birds/

nature12168-f3_2 fig 3

Figure 3: Phylogenetic relationships of Aurornis xui among coelurosaurian theropods. Time-calibrated strict consensus tree of the 216 most-parsimonious trees resulting from our phylogenetic analysis (tree length = 4429; consistency index excluding uninformative characters = 0.27; retention index = 0.58; Supplementary Information). In this hypothesis Aurornis is an avialan more basal than Archaeopteryx, and Troodontidae is the sister-group of Avialae.

”De Archeopterix blijft een primitieve vogel, maar het dier dat we nu beschreven, is nog primitiever”, aldus Godefroit.

Door: ANP
Godefroit et al, Nature 2013, A Jurassic avialan dinosaur from China resolves the early phylogenetic history of birds 
°
NOTEN
(1)
  1. “Primitief” in de context van de palaeontology is niet het tegenovergestelde van “geavanceerd”.
  2.  In de taxonomie/cladistiek staat “primitief” ofwel “basaal” tegenover “gederiveerd”.
  3. ‘Primitief’ betekent niet dom, achterlijk of niet ontwikkeld, maar ‘eerst’. Het gaat om de ( tot nu  bekende ) eerste vogel.
    1. De status als tussenvorm van een fossiel hangt niet af van wat we weten over de afstamming, maar van de morfologie. Als een fossiel morfologisch intermediair is tussen een basale en gederiveerde vorm, dan is het een tussenvorm. 
(2)
  1. Alle vogels zijn nog steeds vliegende ( en gevederde ) dinosauriers. Alleen is de stamboom nu iets aangepast aan de nieuwe vondsten .
  2. The dinosaurs didn’t go extinct after all. They are alive and well today. Natural selection (with the help of a comet) just happened to pick dinosaurs that were smaller, covered in feathers, and in many cases, could fly

Intelligentie bij de mens

intelligentie bij de mens  doc (archief)  <–

°

Oefening baart minder kunst dan gedacht

21 mei 2013   5

schaken

Schaakkampioen worden? U denkt misschien: waar een wil is, is een weg. Iedereen die iets wilt leren, kan zijn doel bereiken door oefenen, oefenen en nog eens oefenen. Uit onderzoek blijkt nu dat dit toch niet helemaal klopt.

Oefening is wel belangrijk om ergens goed in te worden, maar het verklaart niet helemaal waarom de één beter wordt in iets dan de ander. Aangeboren aanleg is één van de andere factoren die ook invloed heeft op hoe u een complexe activiteit eigen maakt.

Oefening
“Sommige mensen bereiken een elitair prestatieniveau zónder veel oefening, terwijl anderen dit niveau niet bereiken, ondanks hun veelvuldige oefening,”

zegt Zach Hambrick van Michigan State University. En eigenlijk toont dit al aan dat oefening niet de bepalende factor is. Om dit ook hard te maken, analyseerden Hambrick en zijn collega’s veertien studies naar schaakspelers en muzikanten. Hierbij keken ze met name naar de hoeveelheid oefening in verhouding tot de prestaties. Omgerekend was de oefening  voor ongeveer één derde deel verantwoordelijk voor de muzikale –en schaakvaardigheden.

Werkgeheugen
Het andere twee derde deel kwam dus ergens anders vandaan dan van oefening.

Hambrick schrijft in het blad Intelligence dat intelligentie, aangeboren aanleg of de leeftijd waarop mensen beginnen met de activiteit ook van invloed kunnen zijn op hoe goed iemand in iets wordt.

Intelligentie bestaat dan ook in verschillende vormen waaronder ook muzikale en logisch – mathematische intelligentie.

Eerder onderzoek van Hambrick suggereert dat de capaciteit van het werkgeheugen, dat de algemene intelligentie kenmerkt, soms de beslissende factor kan zijn of iemand goed is in iets of écht talent heeft ervoor.

Oefening is natuurlijk nooit verkeerd, maar ‘voor niets’ oefenen wanneer u een doel voor ogen heeft dat u met uw capaciteit eigenlijk tóch niet kunt bereiken is niet zo effectief.

Een nauwkeurige beoordeling van de capaciteiten van mensen kan ze in de juiste richting duwen.

Doordat ze weten welke mogelijkheden ze met hun capaciteiten hebben, weten ze op welke gebieden ze specialist kunnen worden.

“Ze neigen dan om te oefenen in de richting waarin ze een reële kans hebben om expert te worden,” zegt Hambrick.

Toch kan er in de toekomst van alles mogelijk zijn ongeacht iemand zijn zogenoemde capaciteiten.

Pasgeleden ontdekten wetenschappers bijvoorbeeld dat met de aangeboren aanleg voor rekenen te knoeien is door hersenstimulatie

Bronmateriaal:
Practice makes perfect? Not so much” – Michigan State University.
De foto bovenaan dit artikel is gemaakt door eltpics (cc via Flickr.com).

REACTIES

° Op zich allemaal  jammer,  want  het onderzoek  betekent  dat wat je bereikt meer afhankelijk is van je aanleg dan eerst gedacht werd.

Oefen en wordt beter. Als je dan al niet slecht was om mee te beginnen kun je uitblinker worden, dit is dan weer bepaald door intelligentie, maar voornamelijk ook de omgeving waarin iemand leeft. Waar liggen je interesses.

_°In de USA/Canada is de mythe dat je alles kunt zijn wat je wilt, als je maar hard genoeg werkt, nog steeds aanwezig, ondanks dat miljoenen nooit uit de ghetto’s komen waar ze zijn geboren.

‘je kunt alles bereiken, als je maar lang genoeg traint’.  is het vooral bedoeld als weerlegging van het idee ‘je hebt talent of je hebt het niet, en als je na een paar uur sommen maken nog steeds geen wereldberoemde wiskundige bent dan kun je het net zo goed opgeven’.

Het is die luiheid, dat als je maar talent hebt je verder niks hoeft te doen, waar tegen  wordt  geaggeerd

Ook  (met name arme getto-)kinderen wordt wel eens  aangepraat ‘als je niet snapt wat de leraar allemaal verteld ben je gewoon een loser zonder talent, het maakt helemaal niet uit of je je huiswerk maakt’ …. 

In het  voorbeeld van de ghetto’s spelen ook veel andere zaken mee. Te beginnen met het feit dat de basisbehoeften van de mensen daar niet voorzien kunnen worden. Als je daar al onder druk komt te liggen dan kan je alsnog zo hard werken als je wilt, maar de kans dat je dan uit de ghetto komt is vele malen kleiner.  …..Die hele ‘american dream’ is ziek.
Het is gewoon een excuus voor rijke mensen om op arme mensen neer te kijken: die zijn ziekelijk dom en lui, anders zouden ze wel rijk zijn.
Terwijl er feitelijk natuurlijk een gigantische correlatie is tussen ‘hoe rijk zijn je ouders’ en ‘hoe rijk ben je zelf’. Zeker in een land als de USA waar de inkomensverschillen gigantisch zijn.

Maar toch  …..  Je kan ergens goed in worden door er veel tijd aan te besteden, echter je zal nooit wereldtop worden.

–°Een natuurkunde leraar  begon zijn eerste les met het statement: “Maak je geen zorgen. Iedereen kan natuurkunde leren…….. Alleen sommigen van jullie leven niet lang genoeg”

…Het  spreekwoord zegt ; wie voor een dubbeltje geboren is, wordt nooit een kwartje……maar er zijn meerdere gevallen gezien van mensen die voor minder dan een dubbeltje geboren waren en toch een briefje van 500 werden. …..Andersom ook trouwens. Selectieve generalisaties   ingebouwd in dit soort spreekwoorden en triviale wijsheden  worden altijd ontkracht door  vele (weliswaar  anecdotische ) uitzonderingen  

°Als duizenden hetzelfde trainingsprogramma volgen en net zo hard trainen, zullen degenen met het meeste talent de besten zijn.

Trainen  heeft zeker invloed, maar of ik door 10.000 uren training een slangenmens zal kunnen worden betwijfel ik

Oefening baart kunst, jazeker  – maar het is wel  zo slim om eerst een onderwerp te zoeken waarin het zin heeft te oefenen….. Eentje waar je talent  voor hebt  als het ware . Doe je dat niet en kies je iets waar je geen talent voor hebt dan wordt je een  uitstekend geoefende  en vakkundige   prutser  …..Aanleg is het belangrijkste  … maar 1% inspiratie / talent    moet gepaard gaan met 99 % transpiratie ( Picasso ) want anders wordt het ook niets …… natuurlijk moet je aanleg hebben en dan moet je trainen en als je heel veel traint wordt je beter dan iemand die niet zoveel traint ook al heeft die de zelfde aanleg……iemand die niets kan zal ook nooit door hoeveel uur dan ook ,goed worden, een beetje beter dan slecht, maar meer niet……..

Wanneer je na  10.000 uur trainen   de vaardigheid nog niet meester bent… kan er met zekerheid worden gesteld dan je nooit een ‘meester’ zal worden in die vaardigheid. Een redelijke aanleg en interesse is meestal toch al een vanzelfsprekende kwestie wanneer iemand zich zo ver zal verdiepen in een vaardigheid… want als het je niet ligt dan gaat de lol er meestal ook alweer snel vanaf... een natuurlijk proces eigenlijk.

Het 10,000 verhaal  met gegrandeerd succes  ……is bedacht door een broodschrijver van zogenaamde succes-boeken, een tak van het  zelf-hulp genre….En  waarom  zou  iemand die ‘10.000 regel’ überhaupt letterlijk interpreteren. Nee, natuurlijk is er niemand zo zwart wit dat ze leeftijd, aanleg en intelligentie volledig buiten beschouwing laten.

Alles staat of valt met motivatie. De wil om verder te komen. Ambitie en motivatie wordt je bijgebracht, door een goede leraar of lerares, ouders die daar tijd voor hebben, een idool, de wil om iets te bereiken gepaard gaand met de kracht om het te verwezenlijken en een omgeving die dit ondersteunt

En focus is ook broodnodig , veel mensen verspillen veel tijd aan bijzaken.
Als je ouder wordt, komen er zoveel bijzaken bij, dat de focus op wat je echt wil verloren raakt.

  • De drogreden die veel mensen maken is het gelijk stellen van leren aan oefenen. Dit hoeft niet het geval te zijn.
    Laten we het spelletje schaak nemen. Als men slechts het spel voor de ‘lol’ speelt, en weigert om nieuwe patronen te zien in het spel en bestaande strategieën van de tegenstander te onthouden, zal oefening inderdaad zelden tot ‘leren’ leiden.

    Enkel wanneer oefenen wordt gecombineerd met een rationele analyse (hier komt het intelligentie gedeelte voorbij) van het te overbruggen probleem, zal dit enigszins zin hebben. Eindeloos de zelfde zetten herhalen bij een spel is niet alleen nihilistisch, maar ook nog eens nutteloos vanuit een leercontext.

    • intelligentie is een belangrijke succesfactor naast oefening voor gebieden die logisch/mathematisch zijn …. Maar dat wisten we al

    • Hoe men oefent schijnt ook veel effect te hebben om echt goed worden. Vooral reflectie en de juiste feedback.

  • ‘Een nauwkeurige beoordeling van de capaciteiten van mensen kan ze in de juiste richting duwen.” ?

    Dit is zowel hoopvol als beangstigend tegelijkertijd. Uiteraard wil iedereen het beste van zichzelf geven en uitblinken in de talenten en interesses die hij heeft maar langs de andere kant moeten we oppassen voor de valkuil om stempels op mensen te drukken.

    Is die stempel wel iets wat we aan een individu moeten toekennen ? Misschien vergissen we ons en beïnvloeden we het individu zodat het de verkeerde beslissing neemt, misschien hebben we het bij het rechte eind maar volgt de persoon zijn gevoel en denkt er gewoon anders over – wie weet maakt het onderdeel van zijn levensdoel – , misschien wil de persoon het gewoonweg zelf niet weten en nog meer – vindt hij dat de rest van de wereld daar al helemaal geen boodschap aan heeft.

    Ik ben van mening dat iedereen in zijn binnenste perfect weet waar hij of zij goed in is en misschien is er een hulpje van buitenaf nodig maar de bewoording “beoordeling van de capaciteiten” is er mijns inziens ver over. Dat neigt naar praktijken die Orwell (….. Zie onderaan  nota (1) van “Knutselsmurf ” ) in zijn boek  beschreef – het gaat dus met name over  het  opdelen in alfa’s bèta’s en gamma’s.

WIST U DAT…

 

Mensen met een hoog IQ verwerken zintuiglijke informatie

anders dan anderen

24 mei 2013  12

beweging hond fiets

Met een hoog IQverwerkt  u  de  informatie van uw zintuigen heel anders. Het brein is ‘kieskeurig’ en hierdoor veel efficiënter. Dat stellen wetenschappers in een studie.

Het brein is efficiënter als het om selectie van zintuiglijke informatie gaat. Bij bijvoorbeeld bewegende objecten, is de informatie van het object zelf belangrijker dan de informatie van de achtergrond waartegen de beweging zich afspeelt. Dus neigt het brein om mindere relevante achtergrondbeweging te onderdrukken

“Dit betekent niet dat mensen met een hoog IQ beter visueel waarnemen,” zegt Duje Tadin van de University of Rochester over zijn studie in Current Biology.

“Hun visuele waarneming is meer discriminerend. Kleine bewegende objecten zien ze uitstekend, maar ze hebben wel moeite met grote, achtergrondbewegingen.”

Onderzoek
Deelnemers keken in drie formaten cirkels naar bewegende balken op een scherm. Ze moesten vertellen of ze zich naar links of rechts bewogen. De onderzoekers namen de tijd op die het de deelnemers kostte om de juiste beweging te zien. Mensen met een hoog IQ hadden veel minder tijd nodig om de goede beweging te detecteren in de kleinste cirkels. Dit bevestigt eerder onderzoek dat mensen met een hoog IQ sneller perceptueel beoordelen en snellere reflexen hebben. Bij de grotere objecten, dus bij de balken in een grotere cirkel, gebeurde het tegenovergestelde: de intelligentere mensen zagen pas veel later welke kant de balken opgingen.

 

Efficiëntie
“Iets in het hoge IQ-brein voorkomt dat de mensen snel grote achtergrondbeweging zien,” zegt Tadin. Denk maar aan wanneer we ergens lopen of rondrijden, alles zien we dan eigenlijk bewegen, omdat we zelf bewegen. Dit blokkeren van achtergrondbeweging gebeurt niet bewust, maar automatisch en het is een fundamenteel verschil in hoe het brein met een hoog IQ werkt ten opzichte van het brein met een lager IQ. Het hoge IQ-brein blokkeert afleiding beter. En dit kan handig zijn als er meer informatie op te nemen is dan wij eigenlijk op kunnen nemen. Het hoge IQ-brein selecteert wat belangrijker is en werkt hierdoor efficiënter doordat het zich goed kan focussen op de informatie die er om doet. “Een efficiënt brein móet wel kieskeurig zijn,” voegt Tadin toe.

Hoe snel iemand beweging van grote of kleine objecten kan waarnemen, is dus gelink aan het IQ.

Zo’n dergelijke bewegingstest kan nu dus ook een indicatie van het IQ geven.

“Intelligentie is zo breed, je kunt het eigenlijk niet aan één deel van het brein koppelen,” zegt Tadin.

“Maar omdat de taak zo simpel is en toch zo nauw verbonden is met het IQ, kan het ons wel aanwijzingen geven wat het is wat een brein meer efficiënt maakt, en daarmee, meer intelligent.”

Bronmateriaal:
Motion Quotient ” – University of Rochester.
De foto bovenaan dit artikel is gemaakt door Electron (cc via Commons.wikimedia.org).

°

Hersenscan & intelligentie variaties

 02 augustus 2012 r 7

 Nieuw onderzoek wijst erop dat intelligentie zichtbaar kan gemaakt worden: het zou mogelijk moeten zijn om op basis van hersenscans vast te stellen in hoeverre  iemand  intelligent is .

We kunnen ons allemaal wel een voorstelling maken van intelligentie.

Misschien denkt u bij het horen van het woord aan uw verrassend laag uitgevallen IQ-test (Niets mis mee hoor ; alleen is een standaard IQ test onvoldoende  )of aan een professor of een heel intelligent individu dat u eens ergens ontmoette.

Maar wat maakt een mens nu precies intelligent? Of anders gezegd: zijn er verschillen tussen het brein van een intelligent en minder intelligent mens?

Eerder onderzoek
Wetenschappers houden zich al een tijdje met dat vraagstuk bezig en stapje voor stapje komen ze in de buurt van een antwoord.

Zo blijkt de grootte van ons brein al iets te zeggen over intelligentie. De grootte van het brein kan variaties in intelligentie voor zo’n 6,7 procent verklaren.

Nog eens vijf procent van de intelligentie is te verklaren door de mate van activiteit in de laterale prefrontale cortex.

Verbinding
Wetenschappers hebben nu echter in het brein nog iets gevonden wat wijst op intelligentie.

De verbindingen die van de laterale prefrontale cortex naar andere delen van het brein lopen, kunnen iets vertellen over hoe intelligent mensen zijn.

Zeker tien procent van de variaties in intelligentie zou door deze verbindingen te verklaren zijn.

“Dit onderzoek suggereert dat intelligentie deels betekent dat je een laterale prefrontale cortex hebt die zijn werk goed doet en dat deze op effectieve wijze met de rest van het brein communiceert,” stelt onderzoeker Todd Braver.

Doelen
Maar hoe hangen die verbindingen dan precies samen met intelligentie?

De onderzoekers weten het niet precies, maar hebben wel een vermoeden.

Ze denken dat de laterale prefrontale cortex zijn verbindingen met alle andere delen van het brein gebruikt om ze in de gaten te houden en bij te sturen indien nodig.

“Er is bewijs dat de laterale prefrontale cortex het deel van het brein is dat de doelen en instructies die je helpen om een taak te volbrengen, onthoudt,” vertelt onderzoeker Michael Cole.

“Wanneer deze regio effectief met andere gebieden (de waarnemers en doeners in het brein) communiceert, is het dus ergens logisch dat je daardoor taken op intelligentere wijze kunt afhandelen.”

De onderzoekers trekken die conclusie nadat ze hersenscans van diverse proefpersonen bestudeerden.

De helft van de scans was gemaakt terwijl de proefpersonen rustten.

De andere helft terwijl ze bezig waren met een uitdagende opdracht.

Er valt nog meer  dan  genoeg te ontdekken als het gaat over onze intelligentie.

De wetenschap schrijdt moedig voort. Uiteindelijk hopen onderzoekers intelligentie helemaal te doorgronden.

Als het eenmaal zover is, leidt dat mogelijk ook tot behandelingen die mensen intelligenter maken.? 

Onderzoek ontkracht IQ mythe

Door P.uncia, Op maa 7 jan 2013

Na het uitvoeren van het grootste online intelligentie onderzoek in de geschiedenis heeft een door de Western University geleid onderzoeksteam geconcludeerd dat het begrip van het meten van iemands intelligentie quotiënt, of IQ, door een singuliere, gestandaardiseerde test zeer misleidend is.

De uitkomsten van het mijlpaal onderzoek, waaraan meer dan 100.000 participanten deelnamen, werd recent gepubliceerd in het tijdschrift Neuron. Het artikel, “Fractionating human intelligence”, werd geschreven door Adrian M. Owen en Adam Hampshire van Western’s Brain and Mind Institute (Londen, Canada) en Roger Highfield, directeur van External Affairs, Science Museum Group (Londen, UK).

Gebruik makend van een online onderzoek open voor iedereen, waar ook ter wereld, vroegen de onderzoekers de respondenten om 12 cognitieve tests af te maken met de onderwerpen geheugen, redeneren, aandacht en planning vaardigheden, evenals een enquête over hun achtergrond en levensstijl gewoonten.

“De deelname was verbazingwekkend”, zegt Owen, de Canadese Excellence Research Chair in Cognitive Neuroscience en Imaging en senior onderzoeker aan het project. “We hadden een paar honderd reacties verwacht, maar duizenden en duizenden mensen namen deel, waaronder mensen van alle leeftijden, culturen en geloofsovertuigingen uit alle hoeken van de wereld”.

De resultaten toonden dat als een groot aantal cognitieve vaardigheden wordt onderzocht, de waargenomen variaties in de prestaties slechts kunnen worden verklaard met ten minste drie verschillende componenten: korte termijn geheugen, redeneren en een verbale component.

Geen alleenstaand component, of IQ, verklaarde alles. Bovendien gebruikte de wetenschappers een brein scanning techniek bekend als functional magnetic resonance imaging (fMRI), om aan te tonen dat deze verschillen in cognitieve vaardigheden verschillende circuits in de hersenen in kaart brengen.

Met zo veel respondenten leverde de resultaten ook een schat aan nieuwe informatie over hoe factoren zoals leeftijd, geslacht en de neiging om computerspelletjes te spelen onze hersenfunctie beïnvloeden.

“Regelmatige hersentraining hielpen de cognitieve prestaties van mensen totaal niet, hoewel veroudering een diepgaand negatief effect had op zowel geheugen als redenatie vaardigheden”, zegt Owen.

Hampshire voegt toe: “Intrigerend is het dat mensen die regelmatig computerspellen spelen significant beter presteren in termen van zowel redeneren als korte termijn geheugen. En rokers deden het slecht op de korte termijn geheugen en met verbale factoren, terwijl mensen die vaak last hebben van angst in het bijzonder slecht presteerde met de korte termijn geheugen factor “.

Om het baanbrekende onderzoek voort te zetten heeft het team hier een nieuwe versie van de tests gestart.

“Om te verzekeren dat de resultaten niet vertekend zijn, kunnen we niet veel anders zeggen over de agenda dan dat er nog veel meer fascinerende vragen over variaties in de cognitieve vaardigheden zijn die we willen beantwoorden”, legt Hampshire uit.

Door, Jeff Renaud.

NEURONEN en hersencellen

glia cellen.docx (200.8 KB)
NETWERK.docx (66.1 KB)

Over neuronen   (op evodisku WP )

16 November 2012
…  In een dolfijnenbrein zit veel bindweefsel en maar weinig neuronen. Dit maakt de dolfijn ongeschikt om te denken, maar wel uiterst …  laat staan hersenen – maar alleen een rijtje zenuwcellen (neuronen), waaronder eentje om de kieuw in te trekken,eentje voor onaangename …
13 November 2012
…  van soortgenoten kunnen worden opgevangen.  Neuronen van de Grueneberg-ganglion   Dat schrijven Zwitserse …  met de elektronenmicroscoop. Ze stelden vast dat de neuronen in het ganglion sterk lijken op die van het …  van Lawrence Katz van Duke Universiteit lukte het om de neuronen in dit gebied af te luisteren met piepkleine elektrodes. Ze …
28 November 2012
…  van bloedvaten, voor dopamine en serotonine gevoelige neuronen en hormoonsecreterende pancreascellen. Maar een mens is geen muis en …  diverse weefsels bevatten, zoals (kraak)been, spiercellen,neuronen, bloedvaten en zelfs tandweefsel of haren, wat een vrij grotesk …
17 February 2013
…  hebben. Alle zes de sensoren staan in verbinding met ‘neuronen’; zes input neuronen, drie verborgen neuronen, en drie output neuronen. Twee van de drie …
5 October 2012
…  de hersenen zijn, maar om de verbindingen die tussen de neuronen worden gelegd. Het gaat niet om kwantiteit, maar om …
10 November 2012
…  een lange incubatietijd en de typische vacuolisatie in de neuronen en de neuropil. De OSE bij dieren zijn Scrapie bij schapen en …  waarbij een typische vacuolisatie (holtevorming) in de neuronen en de neuropil (kitstof tussen deneuronen) wordt aangetroffen; · na …
7 December 2012
…  het oor is daar praktisch ongevoelig voor. De neuronen in het oor zijn zo fijn afgestemd dat ze hun deel van het geluid, de …  luide achtergrondgeruis kunnen halen. De tonen waarop de neuronen zijn afgestemd zijn de meest waarschijnlijke om insecten te kunnen …
24 September 2012
…  in andere primaten. Het liefst had ik natuurlijk dat die neuronen alleen in menselijke hersenen voorkwamen. Maar de werkelijkheid is …  Dus toch een verschil. Maar het wordt nog mooier: die neuronen komen in twee hersengebieden voor die betrokken zijn bij aspecten van …
17 March 2013
…  van mutaties, als de activering van individuele neuronen in de hersenen en de overlevingskansen van individuele cellen en …
29 November 2012
…  Dit betekent dat er genoeg ruimte in het oog is voor alle neuronen (zenuwcel) en synapsen enz., maar evengoed kunnen de Müllercellen …  plaats is binnen het oog om plaats te bieden aan alle neuronen en sypnapsen (bovenop de fotocellen (= staafjes en kegeltjes ) en …
OOGEVOLUTIE

24 November 2012
…  plaats is binnen het oog om plaats te bieden aan alle neuronen en sypnapsen (bovenop de fotocellen (= staafjes en kegeltjes ) en …
(op WP )
NEURONS:Brain cells or neurons like the ones shown here form a system of communication that acts like social networking.neuron-chat-21.jpgNeuroscience And Neurons

Zenuwcellen gekoppeld aan specifiek gedrag

Amerikaanse neurowetenschappers  zijn er bij onderzoek in geslaagd voor het eerst bepaalde typen zenuwcellen te koppelen aan specifiek gedrag.

De onderzoekers publiceerden hun resultaten zondag in Nature.

De neurowetenschappers  wisten te achterhalen dat er twee typen zenuwen zijn die bepalen wanneer muizen beginnen en stoppen met het zoeken naar voedsel.

Het belangrijkste resultaat is dat individuele soorten cellen aan specifieke gedragingen gekoppeld kunnen worden.(2.2.1)

Tot nu toe was het erg lastig om cellen in de hersenen te identificeren én te meten wat ze in vrij bewegende muizen doen. Nu dat is gelukt, kan gedrag gekoppeld worden aan wat er in de hersenen op celniveau gebeurt.

Lichtgevoelig

De onderzoekers kregen dit voor elkaar door een gen in te bouwen dat de cellen, zenuwcellen van de typen SOM en PV, lichtgevoelig maakte. Door er dan met een lamp op te schijnen, werden die specifieke cellen actief en kon het signaal onderscheiden worden van alle andere hersencellen.

Door de muis los te laten en zoveel mogelijk natuurlijk gedrag te laten vertonen, kwamen de Amerikanen erachter dat de SOM zenuwen het voedsel zoekend gedrag starten, en de PV zenuwen er weer een einde aan maken.

 27 mei 2013

Door: NU.nl/Stephan van Duin 

Reacties ;
  1. Niemand zal er echt bezwaar tegen hebben als een kinderverkrachter wordt behandeld door specifieke zenuwcellen te wijzigen waardoor zijn gedrag verandert. Maar hoever gaat dat? Wat is wenselijk en onwenselijk gedrag en wie bepaalt dat? 
    1. Wat onwenselijk gedrag is bepaald de samenleving in zijn geheel eigenlijk.
      De meeste van ons vinden dat kinderen verkrachten ongelooflijk onwenselijk is, dus is dat het ook.
      Als het grootste deel van de mensen ineens zou vinden dat iedereen Klaas moet heten, dan word het niet Klaas noemen van je kind ook als onwenselijk gezien.
      °Het grootste punt hier lijkt me dat als je mensen met onwenselijk gedrag zo manipuleert, de definitie van onwenselijk gedrag nauwelijks of niet veranderd, en dat kan nare gevolgen hebben.
      °Vroeger vond iedereen dat slavernij normaal was, dus was slavernij ook normaal. Men is van mening veranderd dat slavernij niet normaal is, dus is slavernij niet langer normaal. Ik ben dan bang dat mensen niet meer van mening veranderen. Als dat vroeger was gebeurd, dan was slavernij bijvoorbeeld nooit afgeschaft.

      1. de mensheid gaat een hoop lastig ethische kwesties tegemoet in de toekomst, met de voortschrijdende wetenschappelijke ontdekkingen en (mogelijke) technische toepassingen daarvan…
    1.  Ik zie weinig verschil met ‘stop muizen in een EEG-scanner en kijk welk hersen-gebiedje oplicht’. Dat soort onderzoek heeft inmiddeld een heleboel plaatjes opgeleverd met ‘kijk eens, gebiedje x bij Y bij z geeft gemiddeld genomen over alle muizen het meeste hersen-activiteit bij handeling a’, maar vertelt ons feitelijk zo goed als niks mbt hoe informatie wordt verwerkt in het brein, laat staan dat we die verwerking kunnen beïnvloeden. 
    2. Dit is van een heel andere orde. Door de cellen zowel te meten als selectief te activeren, kan je een causaal verband leggen. Met een scan kan je geen individuele cellen meten of identificeren, laat staan activeren. Nu weten we precies welke soort cellen, in welke structuur dit bepaalde gedrag daadwerkelijk veroorzaken (dus niet enkel ‘erbij betrokken zijn’, wat het enige is wat je met scans aan kan tonen). Door met ouwe getrouwe anatomische en fysiologische technieken die cellen en hun connecties te bestuderen kan je dus veel zekerheid krijgen over de rol van zo’n cel in het grotere geheel. Als je niet weet welke exacte cellen welke rol spelen in het gedrag, kan je ook hun anatomie of fysiologie niet bestuderen, omdat je de cellen gewoonweg niet kent. 

      1. Overigens is dit zeker niet de eerste keer dat een directe link tussen gedrag en cellen wordt gelegd, ook niet met dergelijke methoden, zoals hier beschreven. Dit is al een paar jaar dagelijkse kost in de vakbladen.
  2. Vrije wil blijkt steeds meer onzin. ?
  3. Er zijn talloze dier-eigenschappen ‘bewezen’ in dierpoeven die bij nader onderzoek helemaal niet golden voor dieren in hun natuurlijke habitat. 

Evenwichtscellen’ gelokaliseerd in brein

29 juli 2013

Canadese wetenschappers hebben bij apen een klein groepje hersencellen gelokaliseerd dat waarschijnlijk ook bij mensen een grote rol speelt bij het bewaren van het evenwicht.

De cellen bevinden zich in het cerebellum, oftewel de kleine hersenen, en reageren vermoedelijk binnen enkele milliseconden bij een onbedoelde beweging van het lichaam, bijvoorbeeld wanneer apen of mensen dreigen uit te glijden of te struikelen.

Het gebiedje stelt het brein in staat om de onverwachte manoeuvre in kaart te brengen en het evenwicht te herstellen. Dat schrijven onderzoekers van de McGill Universiteit in het wetenschappelijk tijdschrift Current Biology.  *

Makaken

De wetenschappers ontdekten de bijzondere cellen bij een experiment met makaken. De hersenactiviteit van de dieren werd in kaart gebracht, terwijl ze op een draaischijf stonden en verschillende activiteiten moesten uitvoeren.

De beweging van de draaischijf leidde tot activiteit van specifieke cellen in de kleine hersenen van de dieren, waarna ze hun evenwicht herstelden.

Volgens de wetenschappers komen de ‘evenwichtscellen’ onmiddellijk in actie als er beweging optreedt die het lichaam niet kan plaatsen. De onderzoekers nemen aan dat het hersengebied in het cerebellum bij mensen op dezelfde manier werkt.

Exacte berekening

Nog nooit eerder werd een reactie van specifieke hersencellen gemeten bij verlies van evenwicht. “We weten al een behoorlijke tijd dat het cerebellum zintuiglijke informatie opneemt en vervolgens zorgt voor een geschikte reactie daarop”, verklaart hoofdonderzoekster Kathleen Cullen op nieuwssite MedicalXpress.

“Maar nu hebben we voor het eerst duidelijk laten zien dat dit hersengebied onverwachte bewegingen encodeert (1)en ons lichaam een boodschap stuurt die helpt bij het bewaren van het evenwicht”, aldus de wetenschapper. “Dat er zo’n exacte calculatie plaatsvindt in de hersenen is voor ons een verrassing.”

De ontdekking van de ‘evenwichtscellen’ komt mogelijk van pas bij onderzoek naar aandoeningen waarbij het evenwichtsorgaan wordt verstoord, zoals wagenziekte of zeeziekte.

Door: NU.nl/Dennis Rijnvis

 

*

The Primate Cerebellum Selectively Encodes Unexpected Self-Motion

 

 ABSTRACT  //  Summary

Background

The ability to distinguish sensory signals that register unexpected events (exafference) from those generated by voluntary actions (reafference) during self-motion is essential for accurate perception and behavior. The cerebellum is most commonly considered in relation to its contributions to the fine tuning of motor commands and sensorimotor calibration required for motor learning. During unexpected motion, however, the sensory prediction errors that drive motor learning potentially provide a neural basis for the computation underlying the distinction between reafference and exafference.

Results

Recording from monkeys during voluntary and applied self-motion, we demonstrate that individual cerebellar output neurons encode an explicit and selective representation of unexpected self-motion by means of an elegant computation that cancels the reafferent sensory effects of self-generated movements. During voluntary self-motion, the sensory responses of neurons that robustly encode unexpected movement are canceled. Neurons with vestibular and proprioceptive responses to applied head and body movements are unresponsive when the same motion is self-generated. When sensory reafference and exafference are experienced simultaneously, individual neurons provide a precise estimate of the detailed time course of exafference.

Conclusions

These results provide an explicit solution to the longstanding problem of understanding mechanisms by which the brain anticipates the sensory consequences of our voluntary actions. Specifically, by revealing a striking computation of a sensory prediction error signal that effectively distinguishes between the sensory consequences of self-generated and externally produced actions, our findings overturn the conventional thinking that the sensory errors coded by the cerebellum principally contribute to the fine tuning of motor activity required for motor learning.

 

_____________________________________________________________________________________________________________________________________

(1) Encoderen en decoderen zijn elkaars tegenovergestelde. Input van buitenaf, waargenomen door de verschillende zintuigen, wordt “genormaliseerd” naar elektrische signalen die de hersenen kunnen interpreteren.
De zintuiglijke waarneming is voor ons bewustzijn interpretabel, en zou je dus als de “rauwe” informatie kunnen zijn, daar de elektrische signalen voor ons nietszeggend zijn.
Zo kun je dus weldegelijk stellen dat de input van buitenaf wordt “ge- encodeert” naar signalen die de hersenen kunnen interpreteren, en tot slot weer worden “gedecodeerd” bij een reactie daarop (wat dus weer voor anderen te observeren is).Overigens weet ik  ook niet of” encoderen ” wel een goed Nederlands woord is, lijkt op een iets te letterlijke vertaling uit het Engels. Voor zover ik weet is het coderen..

°
 -er is nog maar een heel klein percentage bekend van het functioneren op celniveau..
– de mogelijkheden om  een  specifieke cel uit te schakelen of specifieke stukjes dna uit te schakelen is nog maar heel jong als je het vergelijkt met gewoon observatieonderzoek

MEXICAANSE ROTSTEKENINGEN

Uit  het ZUIDEN van de  VS  en uit  MEXICO  is veel rotskunst  bekend    , en  er worden steeds  opnieuw  nieuwe schilderingen en tekeningen  ontdekt  die (volgens sommigen)  terug voeren  zijn  tot  40.000 jaar geleden   of  de vroegste menselijke bewoning   van  de amerikas …..

De  specifieke  streekgebonden  werken (= petrogliefen ), blijken allen uit dezelfde cultuurregio te stammen  ( de inheemse  indiaanse  cultuurstreek  midden amerika)  en   zijn te vinden op  de  rotswanden beschermd door  overhangende kliffen  en/of in grotten en spelonken  .Ze zijn in wezen allemaal precolombiaans  ( tot en met minstens de 14-15 eeuw NC ) 

Wat de relatie is met de meso-amerikaanse beschavingen  is nog onduidelijk …..

Texas  RIO  GRANDE

‘The Ecstatic Shaman’ – the radiant hair of this small figure identifies it as an entranced shaman. Hair, because of its growth and regeneration, is one of the most magical parts of the human body, and is therefore thought to be vulnerable to supernatural influences. This superstition is expressed in the Biblical tale of Samson, whose power resided in his uncut hair, and in folk magic that considers hair and nail clippings necessary for many charms and spells. Many of the inverted flying or falling figures in the Pecos River style pictographs are shown with streaming unbound hair, one of the characteristics that illustrates the symbolic flight of the shaman between the worlds of the living and the dead; the shaman at the height of his mystical power and immune to attack by evil spirits. This figure from Panther Cave is duplicated at nearby Lookout Shelter, and at Rattlesnake Canyon on the Rio Grande above Langtry. Variations on the theme of unbound hair are found throughout the Lower Pecos region in Texas and northernCoahuila

http://www.sott.net/article/231417-US-Archaic-Texan-Rock-Art-Reveals-Prehistoric-Culture

Mexico  bezit honderden rots-kunst  sites ; de bekenste   voorbneelden vindt men in ,  Baja California, Chihuahua, Yucatan, Oaxaca, Tlaxcala, Durango , Nuevo Leon,  en in der vallei van Mexico-stad 

(Tort voor kort ) De oudste Mexikaanse rotskunst  bevindt zich in   Baja California en is minstens   7,400 jaar oud  

 

BAJA CALIFORNIA

http://mexicanart.info/

 

Great Mural Rock Art , Baja Mexico . Some of the Rock Art painting in Baja date to 7,500 years ago

Cueva de las Flechas

https://nl.wikipedia.org/wiki/Rotstekeningen_van_de_Sierra_de_San_Francisco

https://en.wikipedia.org/wiki/Great_Mural_Rock_Art,_Baja_California

http://whc.unesco.org/en/list/714

Baja Cave Paintings - Cueva Pintada - Sierra de San Francisco   Cueva Pintada - Sierra de San Francisco

Baja Cave Paintings - El Palmarito site example, easily visited in one day from San Ignacio.

http://www.allaboutbaja.com/cavepaintingsofbaja.htm

Precolombiaanse rotstekeningen ontdekt in Mexico

2012  MEXICO 
De EERSTE EEUW  NC 
 Sierra de San Carlos.

rotstekeningen

Archeologen hebben in Mexico  4926 rotstekeningen ontdekt. De tekeningen zijn gemaakt door jagers en verzamelaars en bevinden zich in grotten in de bergen   van de   Sierra de San Carlos.

De tekeningen zijn gemaakt door drie verschillende groepen jagers – verzamelaars.

De vondst is heel belangrijk: eerder dachten archeologen namelijk dat zich in de bergketen geen pre-Columbiaanse volkeren hadden opgehouden. De overweldigende hoeveelheid tekeningen schetst letterlijk een heel ander beeld.

Foto: INAH.

Foto: INAH.

De rotstekeningen laten verschillende aspecten van het leven van de bewoners zien. Zo hebben sommige afbeeldingen betrekking op de jacht en visserij, terwijl anderen weer dieren vertonen en weer anderen religieus van aard zijn.

De tekeningen in rood, geel, zwart en wit geven zowezl  gewervelde als  ongewervelde dieren weer, maar sommige beelden zijn abstract of bieden een luchtgezicht. Dat heeft de Britse omroep BBC donderdag gemeld.

De tekeningen zijn ontdekt in elf grotten in de regio Burgos. In een ervan werden 1550 tekeningen aangetroffen.

De tekeningen zijn er in verschillende kleuren: rood, geel, wit en zwart.

De onderzoekers vermoeden dat de jagers en verzamelaars hun verf zelf maakten uit organische verfstoffen en mineralen. Nader onderzoek moet de exacte samenstelling van de verf uitwijzen.

Het is de onderzoekers nog niet gelukt om de kunst te dateren.Wellicht dat dat in de toekomst nog gaat lukken als de onderzoekers de pigmenten in de verf gaan bestuderen.

Foto: INAH.

Foto: INAH.

Bronmateriaal:
Identifican 5 mil pinturas rupestres en Tamaulipas” – INAH.gob.mx
De foto bovenaan dit artikel is gemaakt door INAH.

°

http://uplibrarydigitisationproject.wordpress.com/category/rock-art-woodhouse/

GERELATEERD 

Cultures prehistorique.docx (2.6 MB)     

FAYOUM en omgeving

fayoum

III  Dynasty

De  trappen pyramide  van Meidum.

“de omgevallen Toren  “

meidum

http://www.ask-aladdin.com/Pyramids-of-Egypt/pyramid-of-Meidum.htm

De laatste pharao van  de 3rd Dynasty,   Huni en later   bijgebouwd door zijn opvolger Snefru 

http://ancientegyptonline.co.uk/Huni.html

http://www.neferchichi.com/huni.html

Huni
Horus name:
 Huni (“The Smiter”)
Rule: 2637 – 2613 BC (5th king of the 3rd dynasty, Old Kingdom)
Noteworthy relatives: Snefru (son-in-law), Hetepheres (daughter)


4th dynasty
Seneferu, Khufu, Khafre, Menkaure, Djedefre, etc.11th dynasty
Kings named Mentuhotep and Intef

12th dynasty
Amenemhet I – IV,
Senusret I-III


XII  DYNASTY

The 12-th Dynasty

Middle Kingdom

Pharaoh Queens Royal Children Noblemen
Amenemhat I (Sehetepibre)
Neferitatenen
Dedet?
Sons
Senusret IDaughters
Neferu III
Neferusherit
Kayet
Antefiqer (Vizier)
Khnumhotep I (Nomarch)
Meketre (Treasurer)
Sehetepebre-ankh (High Priest of Ptah)
Nessumontu (Military Commander)
Senusret I Kheperkare Neferu III Sons:
Amenemhat IIDaughters:
Sebat
Itakayet (A)?
Neferusobek ?
Neferuptah (A)?
# Nensed[…]?
Djefai-Hapi II (Governor in Asyut)
Amenemhat (Governor in Beni Hasan)
Intefiqer (Vizier)
Senusret (Vizier – end of reign)
Sobekhotep (Treasurer)
Mentuhotep (Treasurer)
Nakht (High Steward)
Intef son of Satamun (High Steward)
Hor (High Steward)
Intef son of Satuser (High Steward)
Amenemhat (II) Nubkaure
Senet
Kanefru?
Keminub? (possibly later date)
Sons:
Amenemhat-ankh?
Senusret IIDaughters:
Ita
Itakayet B?
Itaweret
Khnemet
Neferet II
Khnemetneferhedjet
Sithathormeryet
Ameni (Vizier)
Djehutyhotep  (Nomarch of the Hare Nome)
Khnumhotep II
Sarenput II, also called Nub-kau-ra-nakht, (Chancellor of lower Egypt)
Senusret, Vizier
Wepwaweta-a (Nomarch of the Thinite Nome)
Senusret (II) Khakheperre
Khnemetneferhedjet I Weret
Khnemet?
Neferet II
Itaweret ?
Sons:
Senusret  III
Senusret-sonbeDaughters:
Itakayet C?
Neferet B?
Sit-hathor-iunet
Khnumhotep (Treasurer)
Nakhti (Chancellor)
Djehutyhotep (Nomarch of the Hare Nome)
Khnumhotep II (Nomarch of the Jackal Nome?)
Nakht (Nomarch of the Jackal Nome)
Senusret (III) Khakaure
Sit-Hathor-Iunet ?
Meretseger ?
Khnemetneferhedjet II Weret
= ? Khnemet-nefer-hedjet-khered
= ?  Khnemet-nefer-hedjet
Neferhenut
Son:
Amenemhat IIIDaughters:
Khnemet[..]
Menet
Mereret B
Senetsenbetes
Sithathor A
Sobekemhat (Vizier)
Neb-it  (Vizier)
Khnumhotep (Vizier)
Ikhernofret (Chief Treasurer)
Djehutyhotep (Nomarch of the Hare Nome)
Sehetepibre-ankh (Steward)
Sebek-khu named Djaa (Commander of the king’s personal troops)
Amenemhat (III) Nimaatre
Aat
Hetepi ?
Son:
Amenemhat IV (?)Daughters:
Neferuptah B
Sobeknefru
Hathorhetepet ?
Nubhotepet ?
Sithathor B ?
Amenemhat (IV) Maakherure

Queen Sobeknefru Sobekkare

Medinet  El Fayoum ( CROCODILOPOLIS )

Obelisk of Senusret I, from the Fayoum
For better quality image see: Lepsius Abt II, Band 4, Bl 119


ca. 1956-1911/10 BC

Horus name: Ankh-mesut
Nebty name: Ankh-mesut
Golden Falcon name: Ankh-mesut
Prenomen: Kheper-ka-re
Nomen: Senusret



Horus Ankhmesut, Kheper-ka-Re, Senusret

Burial place: Lisht

Senusert I  ……tweede   pharaoh  12th Dynasty.  (1971 BC to 1926 BC)

https://en.wikipedia.org/wiki/Senusret_I

“The shining Pyramide” van  EL-Lahun 

Bestand:SenusretIIPyramid.jpg

Senusret II,(1897 BC to 1878 BC.) Vierde pharaoh van de 12 dynastie 

http://en.wikipedia.org/wiki/El-Lahun

http://nl.wikipedia.org/wiki/Senoeseret_II

http://euler.slu.edu/~bart/egyptianhtml/kings%20and%20Queens/Senusret_II.html

Deze pyramide ligt aan de basis van een archeologisch   zeer belangrijke necropool  ( zie hieronder  –>  de beschilderde sarcofagen ) 

Amenemhat (II) Nubkaure

  

(Image from Metmuseum)
Ca. 1914-1879/76 BC

Horus name: Hekenmaat
Nebty name: Hekenmaat
Golden Falcon name: Maakheru
Prenomen: Nubkawre
Nomen: Amenemhat

Burial place: Pyramid at Dahshur

Parents:  Senwosret I and Neferu III

Wives:

  • Senet: Likely a wife of Amenemhat II and the mother of  Senwosret II. Known from statues in the Delta.
    Titles: Hereditary Princess (iryt-p`t), King’s Mother (mwt-niswt), King’s Wife (hmt-nisw).
  • Keminub, Buried in tomb in her husband’s funerary complex in Dashur.
    Titles: King’s Wife (hmt-nisw).
  • Kanefru? Probably a wife of Amenemhat. Mentioned on a seal with Amenemhat. Had the title Mistress of all women.

Sons:

  • Amenemhat-ankh? probably a son of Amenemhat.
  • Senusret II, son and heir to the throne.

Daughters:

  • Ita King’s daughter. Owner of a Sphinx in Syria. Buried in double tomb with her sister Khnemet.
  • Itakayet B? Probably a daughter of Amenemhat II. It is also possible she was his grand-daughter.
  • Itaweret Daughter of Amenemhat II and probably wife of her brother Senusret II. Buried in a double tomb wit Sithathormeryet in their father’s pyramid complex.
  • Khnemet Daughter of Amenemhat II and probably wife of her brother Senusret II. Buried in a double tomb wit Ita in their father’s pyramid complex.
  • Neferet II Daughter of Amenemhat II and wife of her brother Senusret II. Known from two statues and possible owner of a small pyramid in the funerary complex of Senusert II.
  • Khnemetneferhedjet Daughter of Amenemhat II, and possibly identical with Khnemetneferhedjet I Weret, a wife of Senusret II.
  • Sithathormeryet A female relative of Amenemhat II (possibly his daughter?). Buried in a double tomb with Itaweret in their father’s pyramid complex.

Sphinx depicting Amenemhat II (Louvre)

Madinat Madi   :  Tempel

Pyramide van Hawara (Labyrinth)

Bestand:Hawara.jpg

http://www.ask-aladdin.com/Pyramids-of-Egypt/Pyramids-of-Hawara.html

Amenemhat III ( 1860 VC to 1814 VC. ): zesde pharaoh  XII dynasie  ,   bouwde  de  “Zwarte Pyramide “ die was bedoeld als zijn grafmonument .

http://nl.wikipedia.org/wiki/Amenemhat_III

Senusret (III) Khakaure 

 
Ca. 1872-1853 BC

Horus name: Netjerkheperu
Nebty name: Netjermesut
Golden Falcon name: Kheper
Prenomen: Khakaure
Nomen: Senusret

Burial place: Pyramid in Dahshur; tomb in Abydos

Son of Senusret II and Queen Khnemetneferhedjet I Weret.

Wives:

  • Sit-Hathor-Iunet: Daughter of Senusret II. Priobably married her brother Senusret III. Buried in Lahun in the funerary complex of her father. Titles: King’s Daughter (s3t-niswt), King’s Wife (hmt-nisw)
  • Meretseger: Depicted in Semna in a temple built by Tuthmosis III in honor of her husband. Titles: King’s Wife (hmt-nisw), Great King’s Wife (hmt-niswt-wrt)
  • Khnemetneferhedjet II Weret, Buried in Pyramid IX in Dashur. Known from statues. Her skeleton appears to be of a woman about seventy years old.
    Titles: King’s Wife (hmt-nisw), Great one of the hetes-sceptre (wrt-hetes).
  • Khnemet-nefer-hedjet-khered: Wife of Senwosret III.
    Khnemet-nefer-hedjet-“the child” is mentioned on a papyrus from Lahun. Possibly Khnemet-nefer-hedjet-khered II ?
    Titles: King’s Wife (hmt-nisw)
  • Khnemet-nefer-hedjet: Wife of Senwosret III. Possibly Khnemet-nefer-hedjet-khered II again? Known from a canopic jar and two scarabs. Titles: Hereditary Princess (iryt-p`t), King’s Wife (hmt-nisw), Mistress of the Two Lands (hnwt-t3wy)
  • Neferhenut, Buried in tomb II in Dashur. Titles: King’s Wife (hmt-nisw), United with the White Crown (khnmt-nfr-hdjt).

Son:
Amenemhat III

Daughters:

  • Khnemet[..], King’s Daughter of his body. Known from her father’s funerary complex in Dashur.
  • Menet, King’s Daughter. Buried in Dashur
  • Mereret B, King’s Daughter. Buried in Dashur
  • Senetsenbetes, King’s Daughter. Buried in Dashur
  • Sithathor A. , King’s Daughter. Buried in Dashur
                
Senusret III.
18th dynasty
Amenhotep I-IV,
Tuthmosis I-IV, Akhenaten, Tutankhamen, Aye, Horemheb, etc.
19th dynasty
Sety I-II, Ramesses I-II, Merenptah, Amenmesses, Tawosret.

20th dynasty

Sethnakht, Ramesses III
Ramesses IV – XI

Queens (D1-6)- Old Kingdom
Queens (D11-13) Middle Kingd.
Queens (D16-20)- New Kingdom
Queens (D21-29)- Late Period

Beschilderde  sarcofagen   uit de fayoum

XVIII    DYNASTY

57 oude graftombes

24 mei 2010   1

In Fayoum, nabij Lahoun, op ongeveer 100 kilometer van de Egyptische hoofdstad Caïro, hebben archeologen 57 graftombes opgegraven …. De oudste zijn naar schatting 4750 jaar oud ( eerste en tweede dynastie ) .12 graven behoren tot de 18 de dynastie Dat heeft de Egyptische Hoogste Raad voor Antiquiteiten bekend gemaakt.

Het zou onder meer gaan om twaalf tombes die behoren tot de achttiende dynastie die over Egypte heerste, meer dan tweeduizend jaar voor het begin van onze jaartelling. De meeste van de opgegraven tombes bevatten een beschilderde houten sarcofaag met een mummie.

Volgens de raad, die de ontdekking bekendmaakte, zal de opgraving ‘een nieuw licht werpen op oude Egyptische religies’.

Een beschilderde sarcofaag uit de tombes. Foto: EPA
Nog een prachtige sarcofaag uit de tombes. Foto: AP
In de tombes lag ook aardewerk
Op de wanden van de tombes staan diverse religieuze tekstenBronmateriaal:
Archeologists unearth 57 ancient tombs in Egypt, most boasting a painted sarcophagus and mummy” – Breakingnews.gaeatimes.com

53 graven

Het jaar voordien werden reeds  een  53 graven gevonden in dezelfde regio , met eveneens beschilderde sarcofagen  uit verschillende perioden 

An Egyptian worker touches an ancient Pharaonic sarcophagus of Isis Her Ib, Illahun mayor’s daughter dated to the 22nd Dynasty (ca. 931-725 BC) inside a rock-cut tomb which has been discovered by an Egyptian archaeological mission sponsored by the Supreme Council of Antiquities (SCA) southeastern part of the pyramid field of Illahun, Sunday April 26, 2009, in Egypt’s Fayoum region. (AP Photo/Amr Nabil)

De  Ptolemeeën   de Grieks -romeinse tijd

Cleopatra VII Philopator

Beroemde  Grieks-ROMEINSE   portretkunst  

http://nl.wikipedia.org/wiki/Fayum-portret

Fayum-portretten zijn encaustieke portretten die tussen 100 n.C. en 300 n.C. van de Egyptische oudheid in de Romeins-Egyptische stad Fajoem werden gemaakt. De portretten werden na de dood van de afgebeelde persoon met de mummie in de graftombe geplaatst.

De meeste van de ruim 1000 mummieportretten werden gevonden bij Fayum, maar een aantal is op andere plekken gevonden, zoals bij Antinoöpolis.

  1. Afbeeldingen van fayoum

oude split mensapen – apen

°

overzicht en commentaren <— SCHEDELS EN SKELETTEN  (beeldmateriaal)

Fossiele primaten en co <—-(beeldmateriaal)

Mensapen

Splitsing 1

Tijdens het Mioceen, tussen de 8 en 4,5 miljoen jaar geleden vond van de stam Hominini de laatste aftakking plaats tussen nu nog levende geslachten Homo en Pan, waartoe de Chimpansees en de Bonobo behoren. De Sahelantrhopus Tchadenis en de Orrorin tugunensis waren mogelijk de voorouders die wij met de Chimpansee delen.

Ardipithecus is ook een serieuse kandidaat 

Splitsing 2    De scheiding tussen deze voorouder en de tak van de gorilla’s wordt geschat op circa 8 tot 10 miljoen jaar geleden.

Splitsing 3   De gemeenschappelijke voorouder van ons en de orang-oetans wordt geschat tussen de 13 en de 16 miljoen jaar geleden.

Splitsing 4  De scheiding tussen lagere mensapen (Hylobatidae) en de hogere mensapen wordt geschat op 15 à 19 miljoen jaar geleden.

(  ?   <—zie ook  )

Sivapithecus  en   Anoiapithecus brevirostris.  zijn door mij(speculatief )  toegevoegd aan deze stamboom 

– aegyptopithecus en dergelijke.docx (4.3 MB)

(evodisku2)

Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Orang oetan

Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen. Nog een aap uit de mouw
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Saadanius hijazensi

Iyad S. Zalmout/University of Michigan Museum of Paleontology//A primate skull unearthed in Saudi Arabia suggests the split may have occurred 24 million to 29 million years ago.

Splitsing  5  ….Splitsing tussen mensapen en apen zou ongeveer 30 miljoen jaar geleden plaats hebben gevonden

(the evolutionary split )

At the crossroads. Fossils of two primates, an early ape ancestorRukwapithecus fleaglei(left foreground) and an early Old World monkey  Nsungwepithecus gunnelli..(right background) were found in Tanzania’s Rukwa Rift Basin.
Credit: (left) Nancy J. Stevens; (right) Illustration by Mauricio Antón
Old World monkeys (cercopithecoids).
genus Rukwapithecus, an early member of the hominoids, the group containing the great apes (gorillas, chimpanzees, bonobos, orangutans and humans) and lesser apes (gibbons).
Rukwapithecus fleaglei

Twee fossielen getuigen van splitsing aap en mensaap

Artikel | 16 mei, 2013 – EOS 

Wetenschappers hebben de oudste restanten van apen en mensapen gevonden.

Een fossiele onderkaak en enkele tanden geven aan dat de evolutionaire tak van mensen en mensapen zich 25 tot 30 miljoen jaar geleden afscheidde van de zogenoemde apen van de Oude Wereld.

De genen van huidige primaten vertellen ons dat de evolutionaire tak van mensapen – waaronder ook mensen – zich zo’n 25 à 30 miljoen jaar geleden afscheidde van de zogenoemde apen van de Oude Wereld, zoals bonobo’s en makaken. Het was tot nu toe moeilijk die theorie te staven aangezien de oudste relevante fossielen dateren van ongeveer 20 miljoen jaar geleden. De ontdekking van twee nieuwe, oudere fossielen werpt nu nieuw licht op de zaak.

Nancy Stevens van University of Ohio documenteert in een studie in Nature twee nieuwe fossielen, één van een mensaap, en één van een aap van de zogenoemde Oude Wereld. Beide vondsten zijn afkomstig van de Rukwa Rift, een onderdeel van het Oost-Afrikaanse Rift in Tanzania. De onderzoekers konden met grote zekerheid vaststellen dat de fossielen 25,2 miljoen jaar oud zijn. Concreet gaat het om de onderkaak, inclusief enkele tanden, van wat de onderzoekers een Rukwapithecus fleaglei doopten, en een kies van een Nsungwepithecus.

Onderzoek van de dierenrestanten wijst uit dat de Nsungwepithecus een oudewereld-aap was die tot de Cercopithecoidea behoorde, een familie binnen de clade van de Catarrhini (een onderverdeling binnen de primaten). Een andere familie binnen die clade is de Hominidae, waartoe de chimpansees, bonobo’s, gorilla’s, oerang-oetans en ook de mensen behoren. De Rukwapithecus vertoont dan weer kenmerken die geassocieerd worden met de Hominidae. Die aap valt dus te klasseren als een vroeg soort mensaap, en niet als een oudewereld-aap.

De Nsungwepithecus en de Rukwapithecus zijn de oudste beschreven primaten en tonen aan dat de clade van de Catarrhini 25 miljoen jaar geleden al bestond. De vondst van de fossielen impliceert dat de splitsing van mensapen en oudewereld-apen meer dan 25 miljoen jaar geleden plaatsvond, en dat bevestigt de bestaande hypothese op basis van DNA-onderzoek.

Het onderzoek suggereert bovendien dat de evolutionaire lijnen uiteenliepen in een tijd met veel geologische veranderingen. Toen Rukwapithecus en Nsungwepithecus ten tonele verschenen, was het klimaat warmer en was het vlakke Tanzaniaanse landschap al voor een deel opengebroken in bergen, diepe kloven en meren. (ma)

old Split Between Old World Monkeys and Apes
http://www.nature.com/nature/journal/vaop/ncurrent/fig_tab/nature12161_F3.html

http://www.nature.com/nature/journal/vaop/ncurrent/fig_tab/nature12161_F1.html

Oldest Evidence of Split Between Old World Monkeys and Apes(

b)=Nsungwepithecus gunnelli.

 

http://www.nature.com/nature/journal/vaop/ncurrent/fig_tab/nature12161_F2.html

http://www.the-scientist.com/?articles.view/articleNo/35555/title/Oldest-Fossil-of-Ape-Discovered/

Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fossiele apen in 2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Darwinius masillae
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.GANLEA megacanina

Antropologie woordenlijst

 

 

http://nl.wikipedia.org/wiki/Antropologie

 

Antropologie wordt door de American Anthropological Association (AAA) in vier gebieden onderverdeeld.

In Noord-Amerika krijgen antropologiestudenten dan ook al deze velden onderwezen, terwijl in Europa voor alle deelgebieden aparte opleidingen bestaan.

De deelgebieden zijn:

  1. Biologische antropologie of antropobiologie, die de mens als biologisch organisme, het gedrag van primaten, menselijke evolutie en bevolkingsgenetica bestudeert;
  2. Linguïstische antropologie, die de variatie in taal door tijd en ruimte bestudeert en ook het sociaal gebruik van taal en de relatie tussen taal en cultuur;
  3. Archeologie, die de materiële overblijfselen van menselijke samenlevingen bestudeert; en
  4. Sociale antropologie of Culturele antropologie (vroeger ‘volkenkunde‘ of ‘etnologie‘) is de wetenschap die o.a. het sociale gedrag, de economische structuur, en de ideologie (incluis religie) van volken en bevolkingsgroepen bestudeert. In de Verenigde Staten is de term ‘cultural anthropology’ in zwang, in Groot-Brittannië de term ‘social anthropology’. In Vlaanderen is de term sociale en culturele antropologie gebruikelijk.

Verder worden tegenwoordig ook de volgende deelgebieden in de antropologie onderscheiden:

http://nl.wikipedia.org/wiki/Culturele_antropologie

http://nl.wikipedia.org/wiki/Fysische_antropologie ( BIOLOGISCHE ANTROPOLOGIE)

—————————————————> http://nl.wikipedia.org/wiki/Paleoantropologie

 

 

Animisme
Animisme is het toekennen van een geest(spirit )  aan niet-menselijke dingen zoals planten, bomen, dieren, het weer, vuur, werktuigen, enzovoorts.

http://www.museumkennis.nl/asp/page.asp?alias=museumkennis&id=i000024

Niet alleen mensen zijn ” bezield” volgens het animisme  , maar ook dieren, natuurverschijnselen en dingen.

1. Sculptuur van een hondachtig wezen (100%)

instelling: Rijksmuseum voor Volkenkunde

-Wild  waarop gejaagd werd, had/heeft  een ziel. Dus moe(s)ten ze met respect worden behandeld. Anders zouden de dieren wegblijven( kunnen  uitsterven )  en leden de mensen honger( zullen de  mensen uiteindelijk  ook uitsterven ) .

https://nl.wikipedia.org/wiki/Animisme_(religie)

http://nl.wikipedia.org/wiki/Animisme

_______________________________________________________________________________________________________

Anomalie
Afwijkend van het gangbare(binnen een cultuur ) .

Anders dan het andere.

Bv alle bekende vissen binnen een cultuur zijn geschubd behalve de aal. De laatste kan dan een anomalie genoemd worden.

Vaak zijn anomalische voedingsmiddelen geladen met speciale krachten die of  juist gemeden moeten worden van wege krachten die negatief op het lichaam zouden werken OF juist wel gegeten vanwege een toegeschreven heilzame werking.

    wortelmannetje     wortelmeisje

zie ook  —> spijswetten / Kosher / Halal 

http://nl.wikipedia.org/wiki/Spijswetten    http://nl.wikipedia.org/wiki/Kosher       http://nl.wikipedia.org/wiki/Halal

Men zou  ook  zo naar de vrouw in haar vruchtbare periode kunnen kijken : zij bloedt periodiek, maar is toch niet gewond.

zie ook  —> wetten rond  menstruerende vrouwen 

http://nl.wikipedia.org/wiki/Anomalie

______________________________________________________________________________________________________
Anomie
Een anomie is een situatie waarin de normaal geldende culturele en sociale regels wegvallen. Veel korter gezegd: vormen van (beperkte )  normloosheid. (….beter = ” everything goes “als je de situatie maar overleeft  ) 

–> oorlogssituatie –>” la geurre et   l’amour   ne connaissent   point  de lois  ”

( uiteraard zijn er wel ingebouwde “morele” gedragingen / tenzij het gaat  om  mensen met aangeboren( of verworven ) hersenschade of mentale handicaps  / ook het ontbreken van de  directe lijfelijke aanwezigheid  van de slachtoffers ( bommenwerpers piloten/ knopjes drukkers op duizenden kilometers afstand   ) laat deze  directe “morele  remmen “(gedeeltelijk) wegvallen  )

______________________________________________________________________________________________________

Arbeidsdifferentiatie
Arbeidsdifferentiatie is de functionele differentiatie van vormen van arbeid binnen een samenleving.

Als een samenleving complex is en mensen niet slechts produceren om aan hun directe levensbehoeftes te komen treden er verschillen op in de vorm van arbeid die mensen verrichten.

Er vindt een uitwisseling van arbeidsproducten plaats waarbij mensen zich toespitsen op hun eigen arbeidsproces( specialisatie ), daarvan teveel produceren en dat ruilen met de producten van anderen.(Handel/ Distributie  )

De onderlinge afhankelijkheid en de vormen  van solidariteit veranderen  hierdoor.—>er onstaan ook   allerlei  vormen van afhankelijkheid  ,    paternalisme , uitbuiting ,   klassenverschillen    , armoede , egoisme , onverschilligheid   en rijkdom  

http://nl.wikipedia.org/wiki/Historisch_materialisme

zie ook  —> arbeids(ver)deling  

http://nl.wikipedia.org/wiki/Arbeidsdeling

______________________________________________________________________________________________________

Boemerangclassificatie
Een classificatie die je bewust of onbewust, bedoeld of onbedoeld zelf in het leven roept en die je daarna `ontdekt`. Keert die zich tegen je dan is er strikt genomen sprake van een contra-finaliteit —>  vgl Merlot-Ponty.

°…….What happens when you throw a Boomerang? It comes straight  back to You, of course!      That’s exactly what the Boomerang List Builder does……

Zie ook  —>  retoriek –> cirkelredeneringen  / “Begging the question” fallacy  —> Tunnel visie 

Contra finaliteit ;”… in de put vallen die je hebt gegraven( al dan niet voor iemand anders )  …”

_______________________________________________________________________________________________________

Bruidsprijs
In traditionele Afrikaanse culturen wordt het huwelijk pas als voltrokken beschouwd nadat de bruidsprijs betaald is. Deze bruidsprijs kan de jongeman op verschillende manieren vereffenen: in vee of in geld, ( of  schaarse produkten voorwerpen uit de ruilhandel  en het ruilverkeer ) of door voor de families van de bruid te werken. Deze betalingen van het meisje worden gezien als een vergoeding voor het verlies van een van de familieleden. De bruidsprijs is een belangrijke, dwingende kracht bij de bestendiging van het huwelijk: hij is voor beide families een goede reden om ervoor te zorgen dat het paar bij elkaar blijft en zijn wederzijdse verplichtingen nakomt. Een man die een bruidsprijs betaalde aan de familie van het meisje kan, wanneer hij haar geen goede levensgezellin vindt, eisen dat haar familie erop toeziet dat zij haar leven betert of dat de familie de bruidsprijs teruggeeft.

Artikelen
1. Halsketting (100%)
instelling: Rijksmuseum voor Volkenkunde
2. Halsketting (100%)
instelling: Rijksmuseum voor Volkenkunde
3. Ceremoniële doek (100%)
instelling: Rijksmuseum voor Volkenkunde
4. Neusring (100%)
instelling: Rijksmuseum voor Volkenkunde
5. Oorhanger (100%)
instelling: Rijksmuseum voor Volkenkunde
6. oorhangers (100%)
instelling: Rijksmuseum voor Volkenkunde

http://en.wikipedia.org/wiki/Bride_price
Bruidsgave/bruidsgift/bruidsprijs

In de Islam is de man formeel verplicht aan zijn vrouw een bruidsprijs of bruidsgave te betalen bij het sluiten van het huwelijk. Het gaat om een geldigheidsvoorwaarde van het islamitisch huwelijk. Voor meer inlichting hierover, zie M.-C. Foblets & J.-Y. Carlier, Le code marocain de la famille, Brussel, Bruylant, 2005.

http://members.chello.nl/~j.boersema/onderzoek.html

Huwelijksbetalingen  Een antropologisch-ethisch onderzoek naar de bruidsprijs op Oost-Sumba.

zie ook —> http://nl.wikipedia.org/wiki/Bruidsschat

____________________________________________________________________________________________________

Collectief “Geweten”(  =publieke  kennis + bewustzijn van de eigenheid van de groep   + interpretatieve  maatschappelijke consensus + collectief sociaal geheugen   )

OPMERKING

Het is veel  beter te spreken van 

Conscience collective

 

(zie ook ) —-> Sociale controle  —>Zwijgende meerderheid  –> SILENT MAJORITY 

 
Deze term werd bedacht door

De term komt voort uit de behoefte om de sociale wetenschap af te scheiden van de psychologie.

Het woord geweten is hier eigenlijk niet op haar plaats, het is een manke vertaling van het franse woord conscience.

De betekenis daarvan komt dicht in de buurt van een definitie van cultuur. Het duidt zowel interpretatie als kennis als bewustzijn aan. Wat de term collectief geweten precies inhoud is vrij gecompliceerd. De term maakt duidelijk dat Durkheim vond dat de samenleving meer was dan de optelsom van de individuen in die samenleving. Collectief geweten is collectief in de zin dat de mensen in een samenleving handelen volgens normen die binnen de groep besloten liggen (en dus niet in de hoofden van de individuen). Collectief geweten is geweten omdat groepen mensen een gezamenlijk bewustzijn hebben waarin zij sociale herinneringen opslaan. Dat gezamenlijk bewustzijn ‘leert’ en verandert. De samenleving heeft dus ook een eigen collectief gedrag en dat sluit eigenlijk heel nauw aan bij een ideationeel begrip van cultuur.

http://fr.wikipedia.org/wiki/Conscience_collective

http://nl.wikipedia.org/wiki/Sociale_controle

http://en.wikipedia.org/wiki/Silent_majority

_______________________________________________________________________________________________________

Cultureel Determinisme
Antropologen duiden het gedrag van mensen meestal aan de hand van culturele verklaringen. Ze proberen te verklaren welke rol cultuur speelt in de samenleving. Tegenwoordig wordt cultuur veelal gezien als een ideationeel systeem dat zowel in het hoofd van het individu zit als dat het `tussen` individuen aanwezig is. In die focus op cultuur schuilt ook een gevaar. De culturele component van een sociaal conflict bijvoorbeeld kan overbelicht worden. Als de samenleving helemaal vanuit cultuur verklaard wordt noemen we dat cultureel determinisme.

Cultureel Relativisme
Elke persoon interpreteert de wereld anders. De interpretatie die hij/zij maakt wordt beïnvloed door de cultuur waarin hij/zij is opgegroeid. Een cultuur is geen afgebakende set ideeën. Je kunt de ideeën van de ene cultuur ook niet vertalen naar een andere cultuur. De leden van een cultuur delen de ideeën ook niet in gelijke mate maar we spreken van een distributief cultuurmodel. Het is ook maar zeer de vraag in hoeverre je iemand anders écht kunt begrijpen als je zowel persoonlijke als culturele interpretaties moet maken. Ook antropologen zullen interpretaties moeten maken. Desalniettemin willen zij toch de culturele factor in de samenleving zo ‘objectief’ mogelijk verklaren. Cultureel relativisme is een aanduiding voor de beperkte verklaarbaarheid van andere culturen. Als een antropoloog zich cultureel relativistisch opstelt is hij/zij zich bewust van het feit dat hij/zij een culturele bagage heeft waarvan hij/zij zich niet kan ontdoen. Daarom spreekt de antropoloog over `andere` cultuur in termen van zijn/haar eigen cultuur. Dit is echter een bewuste en geïnformeerde vorm van verklaren en moet niet verward worden met etnocentrisme.

Cultuur
Cultuur bestaat uit allerlei ideeën, voorstellingen, denken, manieren van doen en zijn die je deelt met andere mensen op basis waarvan je handelt in relatie tot die andere mensen. Cultuur kan je zien als een soort lijm: als we niet iets hadden op basis waarvan we met elkaar kunnen communiceren, zou onze werkelijkheid er heel anders uitzien. We zouden meer zijn zoals dieren, hoewel die in een beperkte mate ook cultuur kennen en op basis daarvan met elkaar communiceren. Daarnaast handelen dieren natuurlijk op basis van hun instincten, die hen vertellen wat wanneer te doen.Cultuur is dus veel meer dan een basis voor communicatie. Zo bestaat er een materiele cultuur: dat wat mensen maken en gebruiken.Bron: Webklas Antropologie

Distributief Cultuurmodel
Cultuur is niet gelijk verdeeld over alle dragers van die cultuur, noch heeft iedereen gelijke toegang tot alle delen van een cultuur. Mensen delen bepaalde ideeën over de werkelijkheid, en op grond daarvan kunnen ze samenleven. Toch delen ze ook weer niet al hun ideeën met betrekking tot die werkelijkheid. We zijn geen kuddedieren die allemaal hetzelfde plaatje in ons hoofd hebben van hoe de wereld er buiten ons uit ziet, want de algemene beelden die we in onze cultuur krijgen overgedragen (via school of via de opvoeding) geven we onze eigen kleur en eigen interpretatie. Daarom kunnen mensen het oneens zijn en ontstaan conflicten.Bron: Webklas Antropologie

Dynamische Densiteit
In eenvoudige samenlevingen is er weinig verschil tussen wie welk beroep uitvoert. Zo kan ieder voor zijn eigen voedsel zorgen en er zijn weinig specialistische beroepen waarvoor scholing nodig is. Als een samenleving dichter bevolkt raakt en er steden ontstaan komen mensen niet alleen dichter op elkaar te wonen maar ook de sociale organisatie verandert. Als beroepen steeds specialistischer worden zeggen we dat er arbeidsdifferentiatie plaats vindt. Als gevolg hiervan raken mensen ook sneller met elkaar in conflict, de wereld van het individu wordt gevarieerder en gecompliceerder. Durkheim stelde voor om het begrip dynamische densiteit te gebruiken. De dynamische densiteit in een complexe samenleving: bevolkingdichtheid, arbeidsdeling, activiteit en dientengevolge sociale conflicten, is hoog.

Endogamie
Endogamie is de gewoonte om te trouwen binnen een bepaalde groep. De norm van de groep bepaalt wie bij de groep hoort en wie niet. Endogamie is het tegenovergestelde van exogamie.

Essentialiseren
Essentialiseren is een vorm van stereotype. Als een groep mensen wordt gecategoriseerd op basis van wat men beschouwt als hun `essentie` is er sprake van essentialisme. De veronderstelling is ook dat deze essentie de oorzaak van het gedrag van de groep is. Een bekende essentialisatie van tegenwoordig is bijvoorbeeld dat alle moslims fanatici zijn.

Etniciteit
Etniciteit gaat over een specifieke soort van identificatie van groepen mensen met bepaalde groepskenmerken. Kenmerkend voor etniciteit is dat mensen verwijzen naar een bepaald territorium, waar dan in hun ogen een specifieke cultuur bij hoort. Bij een etniciteit hoort vaak een gedeelde geschiedenis en soms ook een gedeeld geloof. Je ziet dat etnische groepen vaak een bepaald verleden claimen, terwijl die etnische groep in dat verleden als zodanig nog niet eens bestond.Bron: Webklas Antropologie

Etnocentrisme
Het Griekse woord ethnos betekent volk. Met etnocentrisme wordt bedoeld dat je andere culturen beoordeelt met de normen en waarden van je eigen samenleving?. Omdat je de eigen cultuur centraal stelt als maatstaf, worden andere culturen automatisch gezien als minderwaardige imitaties van je eigen cultuur. Met etnocentrisme wordt ook altijd een waardeoordeel gegeven over andere culturen. Antropologen gaan er vanuit dat een beoordeling, bijvoorbeeld in termen van goed of kwaad, afhankelijk is van de normen en waarden van de eigen cultuur. Met andere woorden, normatieve begrippen als goed en kwaad, zijn aangeleerde begrippen. Een beoordeling uitspreken over een cultureel verschijnsel is dan ook voor de antropoloog zinloos. Beter is het te zoeken naar waarom men in een cultuur bepaalde verschijnselen goed of kwaad acht (of mooi, lelijk, waardevol, educatief, overbodig etc.).Bron: Webklas Antropologie

Etnografie
Een etnografie is een beschrijving van een onderzoek naar bepaalde groep mensen, een volk, een stam, een leeftijdscategorie, en ga zo maar door.

Etnografisch Heden
Het etnografisch heden is de vertelde tijd en het vertelde tijdstip van een etnografie. Als een etnografie gaat over een stam in de 1971, dan moet je er als antropoloog rekening mee houden dat het boek geen afspiegeling is van het onveranderlijke leven van die stam maar dat ook daar de tijd voortschrijdt en er dus grote veranderingen kunnen zijn opgetreden. Aldus bestaat de situatie in het etnografisch heden als je het leest al niet meer. Dit is een belangrijke constatering omdat er in het verleden vanuit werd gegaan dat de tribale samenleving? zich al honderden jaren in min of meer dezelfde vorm bevond en dat je deze samenlevingen kon beschouwen als contemporaine voorgangers van onze eigen moderne samenleving.

Etnohoptologie
Wat is in hemelsnaam etnohoptology? Hoptologie is de wetenschap die zich bezighoudt met de wijze waarop de mens denkt over zijn voedsel. Het doen vooronderstelt een denken zodat het waarachtig toebereiden van voedsel ook onder deze discipline valt. Ethnohoptologie heeft dan betrekking op hoe verschillende volkeren/culturen denken over hun voedsel. Vgl bv Anderson and Anderson : A Peking-Hokin Chinese ethnohoptology. Of Drs Theo A. Vermolen : Sprekend Voedsel. Een culinaire-antropologie en ethnohoptologie, een exploratie in West-Java

Exogamie
Exogamie is de gewoonte om te trouwen buiten een bepaalde groep. De norm van de groep bepaalt wie bij de groep hoort en wie niet. Exogamie is het tegenovergestelde van endogamie.

Functionalisme
Functionalisme gaat uit van het idee dat menselijk gedrag (hoe onlogisch ook) een functie heeft die uiteindelijk ten goede komt van de groep. Deze lijn van gedachte leidt er echter ook toe dat cultuur gereificeerd wordt. Cultuur “doet” iets. Daarnaast is het een visie die redelijk statisch is en wel verklaart waarom cultuur zich reproduceert, maar niet waarom cultuur verandert.

Gender
Het begrip gender verwijst naar de culturele invulling van verschillen in sexe. Wat een man is en wat een vrouw is, is qua fysieke kenmerken natuurlijk niet moeilijk te bepalen, hoewel er soms wel even iemand voor moet worden uitgekleed. Alleen, hoe mannelijkheid en vrouwelijkheid worden uitgedrukt, dat is per cultuur verschillend. Dus op basis van biologische kenmerken die universeel zijn, doen mensen in verschillende culturen heel verschillende dingen. Vrouwen die vanwege hun vrouwelijkheid een burqa moesten dragen van de Talibaan in Afghanistan, hebben te maken met een benadering van vrouwelijkheid die totaal verschilt van de onze. Bij ons zie je bijvoorbeeld een grootschalig gebruik van vrouwenlichamen voor reclamedoeleinden. Ook die manier om met vrouwelijkheid om te gaan is cultureel bepaald en mogelijkerwijze voor iemand uit Afghanistan weer shockerend.Bron: Webklas Antropologie

Globalisering
Ook wel mondialisering genoemd. Globalisering is de term waarmee de tendens wordt bedoeld dat sociale interactie boven de nationale grenzen aan het uitstijgen is. Mondiaal gezien is er een toename te zien in de omvang van een aantal belangrijke stromen: die van mensen, goederen, geld en informatie. Die stromen trekken zich steeds minder aan van regionale indelingen in natiestaten, waarvan de grenzen voor het grootste gedeelte in de 19de en 20ste eeuw zijn vormgegeven. Het globaliseringsproces wordt vaak in economische termen geduid. Ook op het gebied van cultuur is het proces echter van groot belang.Bron: Webklas Antropologie

Glokalisatie
De wisselwerking tussen mondiale, transnationale verschijnselen, waarden en normen ( globalisering ) en de lokale culturele invulling en aanpassing van die mondiale verschijnselen ( lokalisatie ).Bron: Webklas Antropologie

Holistisch
Als we een samenleving op een holistische manier benaderen wil dat zeggen dat wij die samenleving proberen te zien als een vervlochten geheel van facetten waaruit zij is opgebouwd. Economische -, religieuze – of juridische facetten worden zo veel mogelijk benaderd als deel van het geheel en niet als een losstaande ‘kracht’ binnen het systeem. Als we de antropologie holistisch benaderen bedoelen we daarmee dat we inzichten uit verschillende vakgebieden buiten de antropologie gebruiken om tot dieper inzicht te komen.

Identiteit
Je spreekt van identiteit als mensen zich met bepaalde culturele kenmerken gaan identificeren. Mensen gaan zich identificeren met bepaalde kenmerken, niet alleen door dingen te benoemen die bij hen ‘horen’, maar ook door dingen te benoemen die typisch bij anderen horen. Bepaalde mensen horen erbij, en anderen niet. Identiteit gaat primair om in- en uitsluiting. Sociale insluiting betekent dat bepaalde mensen samen een groep vormen, waarmee zij zich identificeren. Sociale uitsluiting betekent dat bepaalde mensen geen lid kunnen worden van deze gemeenschap.Bron: Webklas Antropologie

Informatiecultuur
Een informatiecultuur is een cultuur waarin het beschikken over informatie en het uitwisselen van informatie cruciaal is. In onze samenleving zien we hoe via Internet en andere informatiekanalen er steeds meer kennis wordt uitgewisseld. Onze afhankelijkheid van deze stromen van informatie is zeer groot. De Amsterdamse beurs, bijvoorbeeld, draait op deze informatiestroom. Als de stroom uitvalt en de informatiestromen stil vallen – zoals in de zomer van 2003 in New York het geval was – dan is het gehele openbare leven verlamd en is de schade enorm. Mensen kunnen niet werken omdat zij niet beschikken over computers, want heel veel bedrijven maar ook instellingen zoals de universiteiten zijn zeer afhankelijk van e-mail en Internet, en van interne computernetwerken. Terwijl de informatiestromen toenemen, neemt ook de macht toe die samengaat met de beheersing van die informatie. In Peru kon je zien dat de televisiestations tot de meest zwaar bewaakte gebouwen in de stad Lima behoorden, en dat is niet voor niets. Als je de geschiedenis bestudeert, zie je dat revolutionairen of opstandelingen altijd zullen pogen om invloed uit te oefenen op de informatiestromen. Via die kanalen immers worden allerlei beelden over hoe je de wereld zou moeten zien verspreid. Die beelden beïnvloeden ons, en bepalen de beelden waarmee wij weer naar de wereld kijken, in ieder geval tot op zekere hoogte. Ook dit is kenmerkend voor onze informatiecultuur. Niet alleen communicatiewetenschappers, ook antropologen bestuderen de communicatiemedia die van invloed zijn op onze cultuur.Bron: Webklas Antropologie

Initiatie

Wat is initiatie?   / ……In Van Dale (11e editie, 1984) staat als omschrijving bij het woord initiatie: “inwijding, t.w. het volgens zekere regels en met zekere plechtigheid opnemen in een geheim genootschap of in zekere kring, bij natuurvolken veelal als puberteitsceremonie”. Een initiatie markeert altijd de overgang van een levensfase naar een andere. Op een plechtige en vaak ook feestelijke manier wordt gevierd dat iemand bij een bepaalde groep gaat horen: bij de volwassenen, bijvoorbeeld, of bij de huwbare vrouwen of bij de strijdbare mannen. Heel vaak moet zo iemand enkele beproevingen doorstaan om te bewijzen dat hij of zij er klaar voor is om bij die groep te horen. Zo moeten bij de Wajana-indianen in het binnenland van Suriname jongens tussen de tien en twaalf jaar bij hun initiatie de zogenaamde wespenproef ondergaan. In het midden van een gevlochten en met veren beplakt matje worden verdoofde wespen gestoken. De mat vol met stekende wespen wordt een paar minuten tegen de borst en de rug van de jongens gedrukt. Wanneer zij de pijn kunnen verdragen, worden zij als dapper en volwassen beschouwd. Zo’n matje is te zien in het Rijksmuseum voor Volkenkunde, RMV 5379-41.

In de westerse wereld bestaan ook allerlei initiatiegebruiken. Kerkelijke rituelen als doop, communie (rooms-katholiek) en belijdenis (protestants), zijn in feite ook een vorm van initiatie: daardoor ga je bij de kerkgemeenschap horen. En verder hebben veel studentenvereniging een ontgroeningsperiode. Pas wanneer de ‘nuldejaars’, zoals de nieuwe leden aanvankelijk worden genoemd, een aantal vernederingen en plagerijen dapper verdragen hebben, zijn ze volwaardig lid van de vereniging. Misschien ken je uit je eigen omgeving ook vormen van initiatie.

(Namens het Rijksmuseum voor Volkenkunde)

MuseumKennis.nl

Liminaal
Een liminale status is een niet-geaccepteerde of een niet-gedefinieerde rol binnen een cultuur. Liminaliteit is meestal van korte duur. Iemand die in een liminale status zit is meestal onderdeel van een overgang tussen twee geaccepteerde rollen. Tijdens een overgangsrite bijvoorbeeld zijn mensen vaak in een liminale status en ze hoeven zich dan ook niet te gedragen naar de normen van hun cultuur. Aan de andere kant kunnen ze vaak in die status ook niet deelnemen aan het leven in hun samenleving totdat de liminaliteit wordt opgeheven. De pubertijd bijvoorbeeld, zou ook gezien kunnen worden als liminaal. Een puber is geen kind meer maar ook nog geen volwassene. Er zijn geen duidelijke sociale normen voor pubers en daarom wordt extreem gedrag van hun eerder geaccepteerd.

Lokalisering
Met deze term wordt de reactie van lokale culturen bedoeld op mondiale verschijnselen. Door het globalisatieproces verspreiden mensen, goederen, geld en ideeën zich over de grenzen van landen en regio’s heen. Dat heeft een invloed op hoe mensen in een lokale gemeenschap denken en zich gedragen. Voor een deel zal men de nieuwe ideeën, goederen en mensen omarmen en overnemen. Voor een groot deel echter zullen mensen deze mondiale verschijnselen een plek geven in de plaatselijke normen en waarden van de gemeenschap. Mondiale verschijnselen krijgen daardoor een unieke, lokale invulling en krijgen daarmee een eigen, nieuwe lokale betekenis.Bron: Webklas Antropologie

Lokaliteit
De vestigingsplaats na een huwelijk is in veel culturen aan regels gebonden. Binnen de antropologie wordt dit aangeduid met de term lokaliteit. Een bruidspaar gaat na het huwelijk bij de familie van de man of bij de familie van de vrouw wonen. Dit noemen we respectievelijk patrilokaal en matrilokaal.

Macht
In de taal spreken we vaak van macht alsof het een ding is wat je als individu kan hebben. Een president ‘heeft’ macht, en een maffiabaas ook. Macht lijkt op deze manier op een eigenschap van een individu, net zoals machteloosheid. Het gevaar hiervan is dat macht een absoluut gegeven lijkt. Je hebt het of je hebt het niet, en daar valt niet veel aan te doen. Antropologen benaderen macht niet als een absoluut gegeven. Ze zien macht als een eigenschap van een relatie: een machtsrelatie is een ongelijke verhouding tussen mensen. Een baas van een bedrijf kan van zijn werknemers eisen dat zij doen wat hij wil, omdat hij hen kan ontslaan. Alleen, mensen die meer macht bezitten dan anderen, zijn ook weer van die ‘zwakkeren’ afhankelijk. Bijvoorbeeld een president van de kiezers; een keizer van de lokale leiders die zijn bewind steunen; een dictatoriale ouder van de gehoorzaamheid van de medegezinsleden. Deze benadering van macht voorkomt dat je als antropoloog machtsverhoudingen absoluut maakt: de zwakkeren hebben ook macht, alleen in een andere vorm en een andere mate.Bron: Webklas Antropologie

Matrilineair
In een matrilineaire samenleving wordt je verwantschap bepaald via je moeder.

Matrilokaal
In een matrilokale samenleving gaat een bruidspaar nadat het is getrouwd bij de familie van de vrouw wonen. Dit in tegenstelling tot patrilokaal.

Mechanische Solidariteit
De begrippen mechanische – en organische solidariteit verklaren de manier waarop de arbeidsdeling in een maatschappij is georganiseerd. In moderne samenlevingen bestaat een hoge dynamische densiteit. In een moderne samenleving is het arbeidsproces zeer gedifferentieerd. Individuen hebben gespecialiseerd en geschoold werk. Van al de arbeid die verricht moet worden in een samenleving om deze te laten draaien voeren individuen een heel specifiek deel uit. Ieder is afhankelijk van elkaar. De mensen in zo’n samenleving vormen als het ware één lichaam waarin elk orgaan zijn taak uitvoert. Dit noemt Durkheim organische solidariteit. Dit zet hij tegenover mechanische solidariteit. In eenvoudige samenlevingen is men minder afhankelijk van elkaar maar niettemin is er een zekere solidariteit. In deze situatie zijn mensen gelijkwaardiger wat betreft hun plaats in het arbeidsproces en autonomer. De metafoor van de machine voor een dergelijke arbeidsdeling ligt voor de hand. Een machine is minder gecompliceerd dan een organisme.

Mondialisering
Ook globalisering genoemd. Het begrip mondialisering kent eigenlijk in het Engels geen andere vertaling dan globalisation. In het Nederlandse woord mondialisering ontbreekt de notie dat de wereld door mondiale verschijnselen er ‘globaler’ op wordt, oftewel, dat alles in de wereld op elkaar gaat lijken. Dit is voor tegenstanders van mondialisering een belangrijk argument.Bron: Webklas Antropologie

Natiestaat
In onze huidige wereldorde leven wij overwegend in natiestaten. Het samengestelde woord natiestaat duidt er op dat het gaat om een combinatie van een gedeeld nationaal bewustzijn, en een staat. De staat is in feite het bestuurlijke orgaan. Natiestaten zijn staten die bestaan uit burgers die de macht en autoriteit erkennen van een nationale staat, en die zich idealiter ook identificeren met die nationale staat.Bron: Webklas Antropologie

Nationalisme
Nationalisme, is het gevoel dat je bij een bepaalde natie hoort. Het is een cultureel gegeven en niet een ‘aangeboren’ gevoel. Nationalisten neigen er vaak toe om wel te claimen dat een bepaalde groep als van ‘nature’ bij een bepaald gebied hoort en daarom recht heeft op dat gebied. Als je kijkt op een historische wereldatlas, zie je echter dat groepen mensen sinds het begin der tijden over de aarde trekken, en er dus niet echt een ‘oerbevolking’ is die altijd bij een bepaald gebied heeft gehoord. Toch is het een belangrijk cultureel verschijnsel, dus hoewel je kan zeggen dat groepen mensen nationalisme ‘bedenken/maken’, moet je als antropoloog dat gevoel wel serieus nemen.Bron: Webklas Antropologie

Norm
Een norm is een stelsel van ideeën dat voorschrijft hoe je je dient te gedragen. Het zijn de `regels` voor sociaal aanvaard gedrag. Normen zijn relatief in de zin dat ze niet in gelijke mate gedeeld worden door de individuen in een samenleving.

Organische Solidariteit
De begrippen mechanische solidariteit en organische solidariteit verklaren de manier waarop de arbeidsdifferentiatie in een maatschappij is georganiseerd. In moderne samenlevingen bestaat een hoge dynamische densiteit. In een moderne samenleving is het arbeidsproces zeer gedifferentieerd. Individuen hebben gespecialiseerd en geschoold werk. Van al de arbeid die verricht moet worden in een samenleving om deze te laten draaien voeren individuen een heel specifiek deel uit. Ieder is afhankelijk van elkaar. De mensen in zo’n samenleving vormen als het ware één lichaam waarin elk orgaan zijn taak uitvoert. Dit noemt Durkheim organische solidariteit. Dit zet hij tegenover mechanische solidariteit. In eenvoudige samenlevingen is men minder afhankelijk van elkaar maar niettemin is er een zekere solidariteit. In deze situatie zijn mensen gelijkwaardiger wat betreft hun plaats in het arbeidsproces en autonomer. De metafoor van de machine voor een dergelijke arbeidsdeling ligt voor de hand. Een machine is minder gecompliceerd dan een organisme.

Overgangsrite
Een overgangsrite is een periode waarin een persoon een aantal handelingen moet verrichten om van de ene sociale rol in de andere over te gaan. Een jongen die man wil worden moet in sommige culturen een aantal handelingen verrichten om zijn `mannelijkheid` te bewijzen. De overgangsrite is een ceremonie om een verandering sociaal te bevestigen.

Particularisme
De grondgedachte achter het particularisme is willekeur. Elke cultuur is uniek en is zo gevormd door de unieke historische en regionale omstandigheden. Je verklaart zo het gedrag van een groep mensen enkel vanuit de historische en lokale context en niet vanuit een eventueel groter verband of vanuit relaties met andere culturen. De voor de hand liggende zwakte van particularistische theoretiseringen is dat je een mozaiekmodel creeert. Particularisme helpt je niet om de verbanden tussen culturen te verklaren.

Patrilineair
In een patrilineaire samenleving wordt je verwantschap bepaald via je vader.

Patrilokaal
In een patrilokale samenleving gaat een bruidspaar nadat het is getrouwd bij de familie van de man wonen. Dit in tegenstelling tot matrilokaal.

Polyandrie
Polyandrie is het gebruik dat een vrouw met meerdere mannen trouwt. Polyandrie in sociale zin is de acceptatie van het feit dat meerdere mannen met één vrouw getrouwd zijn. Polygamie is het tegenovergestelde van polyandrie.

Polygamie
Polygamie, vroeger ook `veelwijverij` genoemd, is het gebruik dat een man met meerdere vrouwen trouwt. Polygamie in sociale zin is de acceptatie van het feit dat meerdere vrouwen met één man getrouwd zijn. Polygamie is het tegenovergestelde van polyandrie.

Referentiekader
Iedere persoon heeft een eigen referentiekader. Daarmee wordt de algemene samenhang van alle factoren bedoeld die voor een persoon, of zelfs een hele gemeenschap, de psychische werkelijkheid op een zeker ogenblik vormt.Bron: Webklas Antropologie

Ritueel
Een ritueel is een handeling waarbij een bepaalde sociale identiteit verworven of bevestigd wordt. Denk aan een huwelijk: door het huwelijkse ritueel verwerven de man en de vrouw de status van een getrouwd echtpaar. Zij verwerven die status door een ritueel bewust door te maken en tevens dringt dit bewustzijn door tot het publiek. Het is een soort show, waarbij mensen iets duidelijk maken aan zichzelf en aan anderen. Universeel zijn rituelen belangrijk die de overgang van de ene levensfase naar andere markeren. Zoals het huwelijk, maar ook een doopsplechtigheid. In bepaalde culturen word je als leeftijdsgroep collectief ingewijd in de volwassenheid. Dit noem je initiatierituelen. De show van macht en sociale status die je kan zien in het geval van de kerkindeling in Celendín, noem je ook een ritueel. In dit geval is het ook een performance, een opvoering waarin de sociale identiteiten bevestigd worden door alle deelnemers, en ook aan alle deelnemers.Bron: Webklas Antropologie

Structuralisme
Het structuralisme is een theoretische benaderingswijze binnen de sociale wetenschappen met als uitgangspunt dat niet direct waarneembare structuren ten grondslag liggen aan sociale verschijnselen. Deze structuren zijn verzamelingen van de relaties tussen de elementen waaruit de sociale werkelijkheid is opgebouwd.

Symbolisch Interactionisme
Symbolisch interactionisme is de sociologische manier van denken die voortkomt uit de Chicago School in de periode 1925–1950. De kerngedachte van deze stroming is het idee dat cultuur bestaat uit de overdracht van het symbool.

Symbool
Symbolen zijn dragers van betekenis. Zo kan een vlag een symbool zijn voor een land, een idee, een gevoel van vrijheid. Denk maar aan de `stars and stripes` van de verenigde staten. Verbranden van deze vlag wordt vaak gezien als een aanval op alles waar dat symbool voor staat en niet alleen voor het verbranden van een stuk stof.

Syncretisme
Versmelting van verschillende levensbeschouwingen, godsdienstige opvattingen en inzichten zonder dat een volkomen innerlijke eenheid ontstaat.

Taboe
Verbod op grond van religieuze voorschriften. `Tabu` komt van het het Samoaanse woord `tapu`, verboden. Bv in ‘Ua tapu le popo i le vaiaso nei. Het is verboden om deze week kokosnoten te plukken. Voor de Samoaan ligt de relatie tussen het geheiligde en het verbodende veeleer in het woord `sa` dan in `tapu’`.

Totemisme
In Freud’s visie kan het totemisme gezien worden als het resultaat van een traumatisch gebeuren in het eerste begin van de geschiedenis van de mensheid. De eerste mensen leefden in groepen onder controle van een vader, een sterke leider die de seksuele relaties met de vrouwen van de groep allemaal voor zich opeiste. De jonge mannen in de groep revolteerden tegen die houding van de leider en doodden hem, de vader. Zij aten hem op in de hoop zijn kracht te verkrijgen. Nadien voelden ze zich schuldig en wroeging. Om dergelijke zaken in de de toekomst te voorkomen besloten ze om exogamie in te voeren. Zij sublimeerden hun vader en hij werd een totem. Van dan af doodt en vereert men de totem in rituelen/liturgische praktijken. Binnen de antropologie is totemisme nauw verwant met het begrip animisme. Een totem is een object uit de natuurlijk omgeving zoals een dier of een plant. Deze totem wordt vereerd als vader of moeder van een stam of groep. De totem is vergelijkbaar met een mascotte met dien verschil dat een totem vereerd wordt om de kracht ervan te onvangen. Levi-Strauss zag het onstaan van totemisme itt Freud als een manier om de wereld te structureren en groepen te onderscheiden. Levi-Strauss legt de oorsprong van totemisme in de geestelijke / rationele opmaak van de mens. Freud daarentegen legt de oorsprong van totemisme in de biologische / seksuele opmaak van de mens.

Veldwerk
Veldwerk is een methode van onderzoek waarbij je probeert onderdeel uit te maken van de levenswijze van de groep mensen die je onderzoekt. Deze mensen zijn door wat zij zeggen en wat zij doen, voor de antropoloog bronnen van informatie. Vandaar dat ze informanten? worden genoemd.Bron: Webklas Antropologie

Verwantschap
Vanaf het prille begin van de antropologie houden haar beoefenaars zich bezig met verwantschap. De relaties tussen personen binnen de familie worden overal ter wereld anders uitgelegd. Onder meer de antropologen Morgan?, Radcliffe-Brown en Lévi-Strauss deden baanbrekend werk op dit gebied. Dat bloedlijnen en de mentale constructies over verwantschap vaak parallel lopen in de samenlevingen waar antropologische onderzoekers vandaan kwamen in de tijd van Radcliffe-Brown, zo merkte hij op, betekende niet dat dat stelsel op andere samenlevingen toepasbaar was. Onder verwantschap verstaan we de regels waarmee mensen hun familie van andere individuen onderscheiden. Verwantschapsbanden zijn dus, naast de concrete relatie die op bloed gebaseerd is, ook mentale stelsels.

JUNK DNA ; ENCODE

Note Junk DNA  doc, Notes J

JUNK DNA  Dockx archief  ….

nature12132[1] junk DNA

http://sandwalk.blogspot.be/2008/02/theme-genomes-junk-dna.html

 

,   evolutie, Wetenschap , , , , , , , ,

 

25 juli 2014

‘Ruim 90 procent van menselijk DNA heeft geen functie’

(1)

Grote stukken erfelijk materiaal lijken niet meer te zijn dan biologische bagage die over miljoenen jaren is verkregen.

Dat beweren Britse onderzoekers van de Universiteit van Oxford in PLoS Genetics.

“Wetenschappelijk gezien hebben we geen bewijs (1) dat 92% van ons genenbestand ook maar iets bijdraagt aan onze biologie”,(2) aldus onderzoeker Gerton Lunter tegenover the Guardian.

Al langer was bekend dat slechts 1 procent van het erfelijk materiaal in de mens is verpakt in genen die voor de productie van cruciale eiwitten zorgen om cellen – en daarmee het menselijk lichaam – in leven en gezond te houden.

Het nieuwe onderzoek suggereert dat nog eens 7 procent van het menselijk DNA eveneens belangrijk is in zijn rol om te bepalen waar, hoe en wanneer genen tot uiting komen.

Neushoorns

De onderzoekers kwamen tot hun conclusie na het vergelijken van het erfelijk materiaal van mensen met dat van diverse diersoorten in diverse takken van de evolutionaire stamboom, zoals muizen, honden, paarden en neushoorns.(3)

Wanneer DNA door diersoorten onderling wordt gedeeld en ook in verschillende afsplitsingen van de evolutionaire stamboom bewaard blijft, impliceert dat dat de genen een waardevolle rol spelen.

Volgens Lunter kan hieruit worden afgeleid dat slechts 8,2 procent van het menselijk DNA ‘functioneel’ is, en belangrijk genoeg was om bewaard te blijven tijdens de evolutie.

Tarwe

Toch waken de wetenschappers ervoor te laatdunkend te doen over de grote hoeveelheid ongebruikt genetisch materiaal. “Het is niet zo dat de natuur er per se naar streeft dat soorten een zo klein mogelijk genenbestand hebben. Tarwe heeft bijvoorbeeld een veel groter genenbestand dan wij”, aldus Lunter.

“Een mens is geen ontwerp.(5) We zijn geëvolueerd, en dat is nu eenmaal een rommelig proces. Het overige DNA is in feite gewoon opvulling. Maar het is geen afval, of een last. Op een dag zou het best wel eens van pas kunnen komen.”

Definitie

Overig is de definitie van wat ‘functioneel DNA’ precies is nogal arbitrair. In de nieuwe studie zijn genen functioneel als ze invloed hebben op ons vermogen tot gezonde reproductie.(1e)

Andere wetenschappers hanteren een bredere definitie en oordelen dat een groot deel van de overgebleven 92 procent van het DNA alsnog op een bepaalde manier actief is in het lichaam.(4)

Daarbij horen bijvoorbeeld niet-evolutionair overgeërfde genen die betrokken zijn bij het ontstaan van ziektes zoals laat beginnende Alzheimer.

(Door: NU.nl)

*

 

  •  (1) …..De titel  van dit stuk  is een onjuiste interpretatie van wat er door de wetenschappers beweerd wordt. ‘Geen wetenschappelijk bewijs’ is niet hetzelfde als ‘niet'(of in dit geval )  als ” GEEN “
  • …De kop vh artikel zegt hoogstwaarschijnlijk meer over de huidige stand van de DNA-wetenschap en de biologie  dan over ons lichaam?….                              Neuh, het zegt meer over de journalisten bij NU. ……
  • (1b) …..Klinkt als een harde schijf van een computer.Waarbij 8,2% van de inhoud bestaat uit bestanden om het systeem draaiende te houden, en de rest de gegevens (tekstbestanden, spreadsheets, muziek, films, foto’s, etc. ) zijn die de gebruiker heeft gemaakt/verzameld
  • Een sprekend rommelig persoon (= ook een gebruiker ) verpakt zijn code-woorden   in een hoop rommel. en soms is rommel ook gewoon maar  rommel ( die al dan niet een leven lang werd verzameld ).
  • (1c)Maar zoals altijd lopen vergelijkingen mank en kunnen ze  niet onbeperkt verder worden doorgetrokken om tot valabele conclusies te komen   ….  op moleculair niveau is  levende stof  een  geheel van  chemisch systemen en daartussen zit geen “klassieke  ” hardware …..Bovendien is er geen “gebruiker ” van de “levende stof  “… Er zit geen  homunculus aan een of ander stuur of toetsenbord   of een “besturende geest ” ….
  • (1b)…..Totdat het een functie krijgt!  –> Waar ik aan denk is de  mutatie of  ‘kopieerfout’ in ‘niet nodige’ DNA die bij het kopiëren kan ontstaan.
    Dan kan er namelijk wel een nieuwe functie ontstaan.
    Of die ‘fout’ positief of negatief voor ons is wil ik even buiten beschouwing laten.
    De evolutie kan op deze manier rustig verder gaan zonder heel veel rigoureuze stappen te moeten nemen.  
  • (1c)……Overigens  kan je onder de opgespaarde rommel in de kelder of op zolder , nog dingen vinden die een  inventief  knutselaar nog best kan gebruiken of een fervent  verzamelaar   kan herangschikken tot een  “beter bruikbare “collectie  … Overtollige(=redundante ?)  en  “gebroken “( maar te herstellen )  CHEMISCHE  “info-“dragers in het DNA   worden  vast gebruikt in de  moleculaire evolutie als bouwsteen voor een of andere  “aanpassing”?
  • (1d)…..Waar het bij dit soort discussies om gaat is het duidelijk definieren van functie. Als ik op zolder een heleboel troep heb liggen, kapot / gebroken / geen batterijen / whatever. Dan zou je kunnen zeggen dat die troep geen functie heeft. Maar wat als blijkt dat doordat ik op zolder zoveel troep heb liggen dat mijn huis beter geisoleerd is in de winter? Heeft die troep dan een functie? Of ben ik het die er een functie aan toekent?
  • = Zo ook met stukken troep in ons DNA. We weten dat veel stukken van oude virale infecties zijn. Deze virussen kunnen nooit meer wat doen, ze zijn stuk, het is troep. Stel dat deze stukken nu toevallig een invloed hebben op functionele genen eromheen. Kun je dan spreken van een functie?
  • (1e)Ook ik heb mijn vraagtekens bij de in dit onderzoek gehanteerde definities. Neemt niet weg dat we waarschijnlijk zullen vinden dat inderdaad een groot deel van ons DNA verwijderd of veranderd zou kunnen worden zonder dat dit levensvatbaarheid of voortplanting beinvloedt.

 

  • (2) ….Een paar jaar terug beweerde wetenschappers nog dat 98% van het DNA ‘junk’ was.
    Men is er ook achter gekomen dat (delen van wat vroeger  bij het ) junk’-DNA(hoorde )  in het lichaam een belangrijke rol speelt doordat het speciale vormen van RNA (ribonucleïnezuur) produceert die essentieel zijn voor het leven.
    Dus ‘nutteloos’ is nogal een boute stelling.(Maar niettemin is niet al het DNA  daarom perse “nuttig “)
  • (2b)Dat alles  neemt niet weg dat er een bepaald percentage van het DNA simpelweg geen andere rol speelt dan ruimte innemen op het chromosoom. Het is goed mogelijk dat dit percentage vrij groot is. Hoe groot precies, daar kunnen de meningen over verschillen, en daar zal toekomstig onderzoek ook nog het een en ander over te vertellen hebben.
  • (2c)van 93 % van het DNA weten we niet wat het doet, dus is het overbodig ?Goed, het is best mogelijk dat een deel van die 93 % alleen maar dient om de andere delen op voldoende afstand te houden, en dat dus de basenvolgorde niet van belang is, maar is het daarom overbodig?
    Als je dat vindt, moet je eens het bovenstaande copy-pasten en dan de spaties weghalen.
    Zal je zien dat het toch lastiger te begrijpen is.
  • Er moet niet iets “begrepen” worden door een individuele  gebruiker  … het zijn slechts  chemische opdrachten die  worden uitgevoerd en die het fertiele voortplanten niet in de weg staan ( en natuurlijk geeft het helemaal   niet als die opdrachten niet worden uitgevoerd bij  een  persoon die zich al heeft voortgeplant  )Het gaat in de evolutie namelijk  om populaties en doorlopende kluwens  van  stamlijnen  en  niet om “individuen “; dat zijn slechts voertuigen voor de  overlevende  populatie(s) genen-die zodoende  worden  doorgegeven  naar de genenpool  van de  opeenvolgende generatie(s )van de populaties  van veel  “individuen ” in de onmiddelijke toekomst … Een individu is een beperkt houdbare  (zichzelf hopelijk voortplantende )container  van de  potentieel  doorgeefbare genen die gebouwd werd door de genen van de (mogelijk al overleden ) directe  ouders en  voorouders

 

  • (3) ….als een mens en een neushoorn stukken identiek DNA hebben dan hebben die gelijke stukken  WEL een functie”.
  • Met andere woorden: wanneer twee organismen zoveel overeenkomsten hebben in hun ‘bouwplan’, dan zou hun beider DNA nog veel meer op elkaar moeten lijken wanneer alles een daadwerkelijke  functie heeft.
  • Overigens kun je functionaliteit van een stuk DNA niet bepalen alleen aan de hand van conservatie. Er zijn genoeg functionele genen die tussen deze soorten vrij sterk gedivergeerd zijn.
  • Bovendien vraag ik me af tot welke  groepvan het DNA  ,   LTRs, centromeren en telomeren worden gerekend.

 

  • (4)….Andere wetenschappers stellen, ook als dat de definitie van ‘functioneel’ wat ruimer moet worden genomen, en dat daarom het percentage van DNA dat op enigerlei wijze onze voortplanting en evolutie beinvloedt wellicht wat groter is.
    –> Maar dat neemt niet weg dat er zelfs dan nog steeds een substantieel deel is dat geen andere rol heeft dan ruimte innemen in chromosomen.                                            
  • (4b)—> De bevindingen in dit onderzoek suggereren  niet dat van  90% van het DNA de rol nog niet bekend was, maar dat het eenvoudigweg geen rol heeft, anders dan ruimte innemen op het chromosoom.
  • (4c)–> Dat wil  dus wederom  niet zeggen dat het noodzakelijk “waar” (4d)is, wat de wetenschappers hier stellen. Afhankelijk van de definitie zou men een groter of kleiner getal dan 90% kunnen opperen. Ook verder onderzoek zal dit getal nog beinvloeden.
  • (4d)—> Geen respect voor misplaatste twijfel over de wetenschappelijke methode.
  • Het gaat niet om waarheden. De enige plek die over “waarheden” gaat is de wiskunde….Het gaat erom in de rest van de wetenschappen  of iets werkt. De relativiteitstheorie ( een kombinatie van wiskunde en  waarnemingen ) werkt bijvoorbeeld. Niet alleen in het nu, maar ook in de toekomst. Het voorspelt metingen extreem nauwkeurig. Keer op keer. En deze prestatie van de wetenschap rechtvaardigt de term ‘waarheid’.
  • Waarheid is trouwens  niet een of andere religieuze en/of doctrinaire “absolute”   waarheid  want dat is  slechts  het produkt  van   wens – en/of  magisch denken   of  (kortom) een produkt van  onze psychologie en  ons aangeleerd (of aangeboren )  onvoorwaardelijk  respect voor  autoriteit en de traditie  
  • Ik zet overigens   het – vereren van bomen, ontvoeringen door aliens claimen of de islam of christendom  etc …etc …..    – op één lijn= Het zijn allemaal  ( door hun aanhangers ) niet -falsifeer gemaakte  (bij)geloven 
  • ….tenslotte  is er de  drogreden van  de   omgekeerde bewijslast. Niet ik hoef te bewijzen dat er geen God(en)is. Dat is onmogelijk, net als bewijzen dat er geen onzichtbare koffiepot om pluto draait. Degenen die stellen dat er een god(en) is, dienen dit te bewijzen. En zo lang dit niet lukt, moeten ze het  privé te houden.
  • Iedereen  heeft recht op zijn eigen mening   ….. Alle respect daarvoor…… en recht op zorg verstrekking   als  het een psychiatrische stoornis / cognitieve dissonantie   blijkt in het spel te zijn die erg  storend  de  dagelijkse werkelijkheid ontkent  , de verdere gezondheid bedreigd  en/of het  gewenste (of minstens degelijk geachte  ) maatschappelijke weefsel fundamenteel  bedreigd   .
  • Kritisch zijn is  prima; het is o.a.  de houding om niet klakkeloos iets voor waar aan te nemen en/of  zelf onderzoek te doen of minstens onderzoeken   na te lezen (4e) Als het het geloof betreft, is dat voor velen  zomaar “de waarheid. “Maar dat is dan niet dezelfde kritische houding . Geloof wordt dan klaarblijkelijk, min of meer, wel klakkeloos aangenomen.
  • De wetenschappelijke methode is overigens in zichzelf al extreem kritisch  Religie en wetenschap zijn GEEN  twee gelijkwaardige meningen (die tegenover elkaar staan. )De wetenschap is in haar aard gebaseerd op waarnemingen, onderzoek en is zelfkritisch. Ze stuurt zichzelf bij wanneer het de verkeerde kant op blijkt te gaan. Religie daarentegen is in haar aard gebaseerd op niets meer dan geloven (het woord zegt het al). Dat vind ik een groot verschil. 
  • (4e)Het enige wat jou ervan weerhoudt om alles zelf te onderzoeken is een gebrek aan tijd daarvoor. Maar je kunt wel degelijk een volledig vrije keuze maken in wat je gaat onderzoeken en daar vervolgens diep induiken. Sterker nog, dat gebeurt dagelijks in de wereld door vele duizenden mensen

 

  • (5) ‘De mens is geen ontwerp’ is een metafysische uitspraak, geen wetenschappelijke.
  • (5b) MAAR …..  Aangezien alles duidt op een ongeleid – of slechts door natuurlijke principes geleid – wordingsproces voor de mens en alle andere dieren en levende wezens is de uitspraak “de mens is geen ontwerp” niet meer dan een gezonde wetenschappelijke bevinding….Het is gewoon een wetenschappelijke uitspraak, gestaafd door decennia keurig onderzoek. En  waarom eigenlijk zou dat “metafysisch “moeten zijn? Als je ONTWERP duidelijk definieert valt daar heel goed een uitspraak over te doen. Zonder dat er geloof aan te pas komt.Dat is nou net het punt. Er is geen wetenschappelijke definitie van ‘ontwerp’. Als je die wel hebt hoor ik die graag …. inclusief wetenschappelijke referenties.

 

 

 

Slechts 8,2 procent van ons genoom is functioneel

dna

Slechts 8,2 procent van ons DNA is functioneel. Tot die conclusie komen Engelse onderzoekers.

Het zijn hele andere cijfers dan twee jaar geleden, toen onderzoekers nog beweerden dat 80 procent van ons DNA een belangrijke functie had.

In 2012 stelden onderzoekers dat ongeveer tachtig procent van ons genoom een biochemische functie had.(–> encode )  Maar het onderzoek is omstreden.

Zodra de onderzoekers activiteit op een stukje DNA zagen, concludeerden ze dat het stukje DNA een biochemische functie had. En daar zijn lang niet alle wetenschappers het mee eens: dat er activiteit is, wil nog niet zeggen dat het stukje DNA ook functioneel is. Daarvoor moet je aantonen dat de activiteit die het stukje DNA vertoont, ook belangrijk is.

Evolutie
Onderzoekers van de Oxford University hebben dat nu gedaan. Ze maakten daarvoor handig gebruik van de evolutie. Ze achterhaalden welk deel van ons genoom in een periode van 100 miljoen jaar verandering na verandering heeft weten te vermijden. Want, zo redeneerden de onderzoekers, als DNA niet verandert, wijst dat er immers op dat het één of andere belangrijke functie heeft en om die reden moet blijven zoals het is.

Natuurlijke selectie
De onderzoekers bestudeerden het genoom van verschillende zoogdieren: muizen, konijnen, honden, paarden, mensen, enzovoort. “Door de evolutie van deze soorten heen ontstaan mutaties in het DNA en natuurlijke selectie gaat die veranderingen tegen om nuttige DNA-sequenties intact te houden,” vertelt onderzoeker Gerton Lunter.

“WE ZIJN GENEIGD OM TE VERWACHTEN DAT AL ONS DNA IETS DOET. IN WERKELIJKHEID DOET SLECHTS EEN KLEIN DEEL IETS”

Klein beetje functioneel
Uit het onderzoek van de wetenschappers blijkt dat 8,2 procent van het menselijke genoom functioneel is. “We kunnen niet vertellen waar elk stukje van dit functionele DNA zich in ons genoom bevindt, maar onze aanpak is vrij van aannames en hypotheses,” stelt Lunter. “Zo is het niet afhankelijk van wat we van ons genoom weten of wat voor specifieke experimenten zijn gebruikt om de biologische functie te identificeren.” Als 8,2 procent van ons genoom functioneel is, wat is de rest dan? Dat is zogenoemd junk DNA. “We zijn geneigd om te verwachten dat al ons DNA iets doet,” stelt onderzoeker Chris Rands. “In werkelijkheid doet slechts een klein deel iets.”

Niet allemaal even belangrijk
De onderzoekers wijzen erop dat niet alle stukjes DNA die tot het functionele DNA behoren even belangrijk zijn. Iets meer dan één procent van het menselijk DNA is verantwoordelijk voor de eiwitten die bijna alle belangrijke biologische processen in het lichaam regelen. De overige zeven procent is betrokken bij het aan- en uitzetten van genen die eiwitten coderen. “Welke eiwitten waar en wanneer aangezet worden, moet gecontroleerd worden en de zeven procent gaat daarover,” legt Rands uit.

Zoals gezegd bestudeerden de onderzoekers niet alleen de functionaliteit van het menselijk genoom. Ze keken ook naar het genoom van onder meer muizen, paarden en honden. Uit het onderzoek blijkt dat zoogdieren die nauwer aan elkaar verwant zijn ook een groter deel van hun functionele DNA gemeen hebben. Wanneer we het genoom van muizen en mensen naast elkaar leggen, vallen de overeenkomsten echter mee. Slechts 2,2 procent van ons functionele DNA delen we met muizen. Dat komt doordat het regelgevende DNA (de zeven procent) in de tachtig miljoen jaren waarin muizen en mensen zich afzonderlijk ontwikkeld hebben, sterk veranderd is. “Regelgevend DNA is veel dynamischer dan we dachten,” stelt Lunter. “Het feit dat we slechts 2,2 procent van ons DNA gemeen hebben met muizen laat echter niet zien dat we heel anders zijn,” benadrukt onderzoeker Chris Ponting. “We zijn niet zo speciaal. Elk zoogdier heeft ongeveer dezelfde hoeveelheid functioneel DNA. En ongeveer dezelfde verdeling van functioneel DNA dat heel belangrijk en minder belangrijk is.”

 

 

°

2012

http://www.sciencepalooza.nl/2012/09/%e2%80%98junk%e2%80%99-dna-heeft-eindelijk-een-functie/#comments

30.09.2012

JUNK  DNA en FUNCTIES   
‘Junk’ DNA heeft eindelijk een functie

8 reacties

Jarenlang werden de stukken DNA tussen onze genen letterlijk weggezet als afval – junk DNA.  Deze term werd in 1972 door de Japanse wetenschapper Ohno geopperd; hij voorspelde dat er een bovengrens  was aan  het aantal genen in zoogdieren (30.000) en dat de rest van het DNA niks doet. Hij bleek met zijn voorspelling niet ver naast het correcte aantal te zitten.

Maar uit een grote publicatie begin september van 30 artikelen met veel nieuwe informatie over ons genoom, blijkt dat ons junk DNA niet langer zonder nut is, maar een zeer grote regulerende rol heeft over onze genen. Het lijkt erop dat we nu zelfs meer variatie hebben in deze regulerende DNA-elementen dan in onze genen. Verschillen tussen individuen kunnen we nu waarschijnlijk ook beter verklaren.

Human Genome Project
Na voltooiing van het Human Genome Project in 2003 bleek de mens twintig- tot vijfentwintigduizend genen te bezitten; slechts het dubbele van een ‘simpel’ organisme als de fruitvlieg. Genen worden gebruikt om alle eiwitten in ons lichaam te produceren (en noemen we daarom protein-coding DNA). Maar genen beslaan slechts 2% van ons genoom. Het overige non-coding DNA (en dus niet junk DNA), leidt niet tot de vorming van eiwitten. Er heerste veel onbegrip over de functie van non-coding DNA.

Wetenschappers begrepen maar niet waarom, na een evolutionair proces van miljarden jaren, er zoveel onnuttige informatie in ons DNA zou zitten.

  1. OPGELET  twee wijdverbreide misverstanden liggen ook hier op de loer    nml. dat

    1) we dachten dat er veel junk-DNA was alleen maar omdat we geen functie konden bedenken en

    1. ENCODE krijgt in dit stuk, net als in erg veel andere beschrijvingen die ik elders heb gezien, teveel toegeschreven: er was al langer vermoed dat delen van  het “junk” DNA wel degelijk een functie kunnen hebben (zie epigenetica ) . Als men dat niet had vermoed, zou het consortium helemaal niet zijn opgezet…..

    2) dat we nu de functie weten voor 80% van het menselijk genoom.

    ° de  uitspraken  van ENCODE over junk-DNA zijn   vreselijk overdreven.

    Het is niet zo dat we hele lappen van het genoom als “junk” hebben gelabeld omdat we niet wisten wat het deed. Er zijn een aantal argumenten die aantonen dat er wel degelijk veel junk in ons genoom zit:

    1) Ons genoom KAN niet helemaal functioneel zijn, omdat onze soort dan zou bezwijken aan mutatiedruk.

    2) Er bestaat een grote hoeveelheid variatie in genoomgrootte: Salamanders hebben een 10-maal groter genoom dan wij, longvissen 30-maal. Het is onwaarschijnlijk dat dat allemaal functioneel is (dit staat bekend als de C-value paradox)

    3) Een groot deel van het menselijk genoom (40-50%) bestaat uit defecte transposons, zoals Alu. Deze elementen hebben zich waarschijnlijk uit zelfzuchtige motieven vermenigvuldigd (parasitair DNA).

    De ENCODE-resultaten hebben daar niets aan veranderd. Ze hebben laten zien dat veel stukken DNA eiwitten binden, zoals transcriptiefactoren en histonen, zoals Sidhartha boven prima beschreven heeft, maar ze hebben niet aannemelijk gemaakt dat al die schakelaars ook daadwerkelijk een cellulaire functie hebben:

    Om de analogie met schakelaars door te trekken: het is net zoals oude huizen vaak lichtschakelaars hebben die niet meer aangesloten zijn.

ENCODE
Onderzoekers begonnen al gauw te speculeren dat de sleutel tot onze complexheid als organisme wel eens in het onbegrepen stuk DNA zou kunnen zitten.

Zo werd negen jaar geleden het ENCODE consortium opgericht, een samenwerking van ruim 400 wetenschappers uit 32 onderzoeksinstituten. ENCODE (Encyclopedia of DNA Elements) had zich ten doel gesteld alle functionele elementen van het genoom te achterhalen. Deze aanpak heeft een schat aan informatie opgeleverd over de functies van non-coding DNA. De belangrijkste conclusie uit het hoofdartikel:  

80% van ons DNA vervult een biochemische functie in onze cellen.

(Over dit getal bestaat overigens nog  enige discussie: sommige wetenschappers vinden dat ENCODE wel een erg ruime definitie van het woord ‘functie’ heeft genomen.)

  1. reactie   “....Over dit getal bestaat overigens nog wel enige discussie...”

    Dat is wat zacht uitgedrukt. Van wat ik heb gelezen in de blogosfeer, is deze uitspraak van encode  volledige nonsens. Veel wetenschappers zijn het erover eens dat hoe nuttig de ENCODE-resultaten ook zijn, het helemaal niets zegt over junk-DNA. De storm van artikelen over “het einde van junk-DNA” wordt algemeen beschouwd als een mislukte PR-stunt.

    T. Ryan Gregory van GenomicronS heeft een lijstje bijgehouden van alle hype en de kritiek.

DNA-schakelaars en DNA-vouwing

Een van de interessantste vindingen zijn de 4 miljoen schakelaars in ons DNA die de activiteit van genen aan en uit kunnen zetten. Deze schakelaars kunnen zowel vlakbij (promotors) als verder weg (enhancers) van het gen zitten (zie plaatje).

In verschillende lichaamsceltypen zijn andere combinaties van deze functionele DNA-elementen actief, waardoor in elk celtype andere genen aan of uit staan.

Elk lichaamsceltype heeft zo dus een eigen genetische identiteit. Dit is ook nodig want in bijvoorbeeld een levercel moeten hele andere processen plaatsvinden dan in een huidcel.

Met deze nieuwe kennis in het achterhoofd heeft één ENCODE onderzoeksteam de vouwing van DNA in de cel onderzocht.

Aan DNA-schakelaars moeten eerst speciale eiwitten (transcriptiefactoren) binden om genen te activeren. Daarvoor zal het DNA – normaal met hulp van zogenaamde histon-eiwitten strak opgevouwen in de kern (zie plaatje) – op die plekken eerst ontvouwen moeten zijn. Wanneer DNA ontvouwen  wordt, een teken dat het wordt gebruikt in de cel, is het ook gevoeliger voor een enzym (DNase) dat het DNA op die plek in stukken knipt. Door gebruik te maken van deze eigenschap kun je uitvinden welke stukken DNA actief zijn in een bepaalde cel. Er wordt eigenlijk een soort ‘vingerafdruk’ van de cel gemaakt, iets wat de onderzoekers van ENCODE ook hebben gedaan. Door cellen nu bloot te stellen aan gifstoffen en/of geneesmiddelen kan men bestuderen hoe de ‘vingerafdruk’ verandert en daarmee achterhalen welke genen betrokken zijn.

De resultaten van ENCODE kunnen ook gebruikt worden om met een frisse blik oude onderzoeken opnieuw te bekijken. Een goed voorbeeld zijn de DNA-onderzoeken die het afgelopen decennium zijn uitgevoerd om de genetica van ziekten beter te begrijpen, zogenaamde genome-wide association studies. Hierbij werd gezocht naar mutaties in het hele genoom die gecorreleerd waren aan het voorkomen van een bepaalde aandoening.

In deze studies werden veel zogenaamde SNP’s gevonden, een verandering van één enkele letter in het DNA.

Een ENCODE onderzoeksteam heeft data van deze studies gekoppeld aan hun eigen data en vond dat slechts 12 procent van de SNP’s in genen zat. Het merendeel ligt echter in het non-coding DNA, en waarschijnlijk op een plek waar DNA-schakelaars liggen.

Door ENCODE kan men nu onderzoeken welke genen hierdoor worden beinvloed.

ENCODE zal ons nieuwe aanwijzingen geven over de oorzaken van verschillende ziekten en het zal hierdoor het biomedische  onderzoek in een flinke stroomversnelling brengen.

( de auteur van het artikel )

  1. Laat ik beginnen met te zeggen dat jullie kritiek over hoe ENCODE te veel eer krijgt en/of een overdreven PR heeft gevoerd , een terechte is. Daarom heb ik ook toegevoegd dat er wel enige discussie is over hun uitspraak dat ze van 80% van het genoom hebben bepaald dat het een biochemische functie heeft. Ik had er ook een link bijgevoegd en ik heb ook bewust voor deze link gekozen omdat het een ‘graceful and measured’ stuk was zoals wetenschapsblogger Ed Yong hier schrijft.

    http://blogs.discovermagazine.com/notrocketscience/2012/09/08/ive-got-your-missing-links-right-here-09-september-2012/

    Ed Yong geeft nog een aantal andere links naar blogs met kritiek op ENCODE.

    En hier nog een andere link naar een artikel van de hand van Faye Flam.

     http://ksj.mit.edu/tracker/2012/09/skeptical-takes-elevation-junk-dna-and-o

    Het artikel van Ed Yong geeft nog iets anders aan: namelijk, hoe moeilijk het is om in een stuk alle nuances en voorbehouden te stoppen, zowel het enthousiasme als de scepsis over het project te vangen, en er een coherent geheel van te maken voor een algemeen publiek én een wetenschappelijk publiek.

    Vooral dit laatste kan ik beamen.

    ENCODE  ZELF

    ENCODE logo.png

    ENCODE (Encyclopedia of DNA Elements)

    http://en.wikipedia.org/wiki/ENCODE

    Junk-DNA

    De belangrijkste vondst van het  ENCODE PROJEKT  is dat in het menselijk ‘junk-DNA’ maar liefst vier miljoen genetische schakelaars liggen besloten. Deze schakelaars bepalen of een gen meer of minder actief wordt, zoals de dimmer op een schemerlamp.

    Het systeem van genetische schakelaars blijkt extreem complex. De computerberekeningen om de data te analyseren duurden bij elkaar opgeteld meer dan 300 jaar.

    ENCODE geeft een voorbeeld  van een   niet -coderende sequenties  met   biochemische functie

    http://eoswetenschap.eu/artikel/junk-dna-krijgt-eerherstel

    7 september, 2012

    …….. Een voorbeeld van één ‘verborgen’ functioneel element is een stukje RNA (een vorm van DNA die een boodschap kan overbrengen) dat voorlopig nog ‘incRNA’ wordt genoemd, en dat als een kleine schakelaar functioneert voor de genen die in de buurt liggen. ‘

    De incRNA’s werken als minuscule schakelaars in een gigantisch complex elektronisch netwerk. Zij bepalen welke proteïnen er door de genen worden aangemaakt, waar ze worden gemaakt (in welke soort cellen) en op welk tijdstip’, legt de Amerikaanse hoofdonderzoeker John Stamatoyannopoulos van de University of Washington in Seattle tijdens een telefonische persconferentie uit.

    ‘We kenden de incRNA’s al langer, maar het is dankzij ENCODE dat we ze voor het volledige menselijke genoom en voor verschillende biologische contexten beter hebben leren kennen. Ze treden nu echt op de voorgrond.

    En dat geldt ook voor de andere functionele elementen die we hebben kunnen identificeren in het junk-DNA.

    Ik zou zelfs durven zeggen dat we op termijn de status van het gen als kleinste eenheid van erfelijke informatie moeten gaan herzien, want deze elementen spelen zeker ook een niet te onderschatten rol in de overerfbaarheid van fysieke eigenschappen.’ 

ENCODE  en de  wereld van DNA

03 maart 2013

Het is oorlog in de wereld van de genetica. Het Encode-project, dat vorig jaar wereldwijd het DNA-onderzoek op zijn kop zette door te zeggen dat er meer DNA functioneel is dan men eerder dacht, ligt onder vuur bij collega-genetici. 

“Dit is geen werk van wetenschappers. Dit is het werk van een groep slecht opgeleide laboranten”.

Met deze woorden gaat Dr. Dan Graur van Houston University (Texas) de onderzoekers van het Encode-consortium te lijf in het vakblad Genome Biology and Evolution.

“Alles was Encode beweert is fout. Om te beginnen zijn hun statistieken vreselijk”, verkondigde de wetenschapper in de Britse krant The Guardian.

http://gbe.oxfordjournals.org/content/early/2013/02/20/gbe.evt028.full.pdf+html

http://blogs.scientificamerican.com/the-curious-wavefunction/2013/02/21/encode-applemaps-and-function-why-definitions-matter/

http://www.guardian.co.uk/science/2013/feb/24/scientists-attacked-over-junk-dna-claim

Encode (Encyclopedia Of DNA Elements, red.) is een project waarbij negen jaar lang meer dan vierduizend vorsers hebben gewerkt aan het ontrafelen van het menselijk DNA.

Tot voor kort was men ervan overtuigd dat slechts drie procent van het DNA functioneel is, .

De overige zevenennegentig procent werd bestempeld als ‘junk-DNA’. De onderzoekers van Encode verstomden echter in september 2012 de wetenschappelijke wereld. Zij concludeerden dat tachtig procent van het menselijke DNA een cruciale functie heeft in het lichaam.

Toch niet zo nutteloos

Encode verklaarde dat achttien procent van die nutteloos geachte DNA werkt als een soort schakelbord dat genen aan- en uitschakelt. Dit bepaalt of een cel een darmcel, spiercel dan wel niercel zal worden. Ook regelt het junk-DNA de hoeveelheid proteïnen die een bepaald gen moet produceren.

Die resultaten liggen nu onder vuur.

Graur en enkele onderzoekers van Johns Hopkins University (Baltimore) noemen de cijfers van Encode absurd.

“Omdat een stuk DNA biochemische activiteit vertoont, heeft het nog geen noemenswaardige functie in de cel”, aldus Graur.

Encode zou veel te snel concluderen dat DNA functioneel is.

Graur argumenteert dat de data van Encode niet betrouwbaar zijn en dat het project vooral slaagde op vlak van marketing en het creëren van een massahype.

Onderzoeksbudget is doorn in het oog

Dr. Ewan Birney van het Europees Instituut voor Bio-informatica is een van de onderzoekers achter Encode. Hij noemt de kritieken onterecht.

“De manier waarop men ons aanvalt, is oneerlijk en ongemotiveerd. Dr. Birney benadrukt dat de focus op de bijeengesprokkelde data moet liggen en niet op de hypotheses.

Volgens hem legt de discussie een te grote nadruk op het begrip ‘functioneel’.

De overvloedige data die zijn team heeft verzameld is bruikbaar voor geneeskundige en wetenschappelijke toepassingen in de toekomst. Volgens Birney is het grote budget waarover het Encode-consortium kon beschikken een doorn in het oog van Graur en andere critici.

Dr. Kevin Verstrepen, verbonden aan de KU Leuven en de VUB, zegt dat de waarheid ergens in het midden ligt.

“Graur haalt goede argumenten aan. De drie procent van ons DNA dat de genen bepaalt, is vrij resistent voor veranderingen. Fouten in ons DNA hebben meestal een negatief effect. In de functionele drie procent komen die fouten zelden voor. In het junk-DNA komen wel veel veranderingen voor. Dat ze zo vatbaar zijn voor veranderingen, is een indicatie dat ze geen sterke functie hebben.”

Evolutionaire speeltuin

Dr. Verstrepen haalt aan dat junk DNA, een term van Francis Crick, een te negatieve betekenis heeft gekregen.

Verstrepen beklemtoont dat ze misschien geen grote functie hebben, maar kunnen gezien worden als een evolutionaire speeltuin: ze bieden basismateriaal om verder te evolueren.

Verstrepen zegt dat de Encode-onderzoekers correct werk hebben geleverd.

“Heel veel erfelijke ziektes kunnen we niet plaatsen op het functionele DNA, maar op wat we junk DNA noemen. Dat DNA is misschien niet cruciaal, zoals het Encode-consortium beweert, maar heeft vaak wel een functie.”

Volgens hem is het in zekere zin waar dat Encode te sterke conclusies heeft getrokken en deze nogal krachtig geformuleerd heeft. Aan de andere kant stelt hij dat het niet eenvoudig is nuances aan te brengen wanneer je heel ingewikkelde genetische materie naar een breed publiek wil brengen.

Dr. Graur moet ook in eigen borst kijken wanneer hij Encode beschuldigt. “Met de stijl waarin hij Encode aanvalt maakt hij zich schuldig aan dezelfde praktijken die hij Encode verwijt”, aldus Verstrepen. V

Volgens hem heeft het consortium genoeg kanalen om zich te verdedigen. Deze discussie kan dan ook zelf nog tot interessante bevindingen leiden. (JB) 

Cryptogenomicon

http://selab.janelia.org/people/eddys/blog/?p=683

1.- Onderzoekers in de biologie weten al vijftig jaar dat genen worden gecontroleerd door regulerende elementen in niet-coderende DNA.
2.- Het is duidelijk dat in ieder geval de belangrijkste ENCODE papers niet zoiets beweren als wat de kranten publiceren
3.- Het menselijk genoom bezit veel junk-DNA

Maar genoomgrootte varieert nogal veel tussen verschillende soorten ….
Je zou kunnen denken dat blijkbaar meer complexe organismen, zoals de mens , meer DNA zouden moeten bezitten dan eenvoudiger organismen zoals eencellige amoeben, maar dat blijkt niet waar te zijn.
Salamanders hebben 10 X meer DNA dan wij; LONGVISSEN ongeveer 30 X meer.
____Misschien weten we niet echt weten hoe “complexiteit” te definiëren of te meten: misschien zijn we gewoon te antropocentrisch wanneer we denken dat we zelf een voorbeeld van ” grote (indien al niet de beste )
complexiteit ” zijn . Wie zegt dat amoeben minder complex zijn dan de mens? Ooit gekeken naar een amoebe? ____

De belangrijkste constatering is niet alleen dat heel verschillende wezens zeer verschillende genoom -maten bezitten maar vooral dat zelfs “hierarchisch geneste “soorten zeer verschillend genoom -maten kunnen hebben.

Dit feit, verrassend destijds, smeekte om een goede uitleg.
Als er twee soorten onderling vergelijkbaar zijn , maar waarbij hun genoom tot 10x kan verschillen in grootte, wat is al dat extra DNA dan voor nodig ?

Deze observatie over genoom maten (genaamd de ‘C-waarde’ paradox, om technische redenen) ondersteunde het idee dat een genoom misschien snel kon uitbreiden (en/of krimpen) (op een evolutionaire tijdschaal)
als gevolg van een aantal neutrale (niet-adaptieve) processen – Ofwel :
dat misschien vele organismen DNA zonder directe functionele effecten op het organisme zelf , moesten dulden ….. DNA dat evolutionair werd gecreëerd , in stand gehouden(en replicerend doorgegeven ) ;
in het bijzonder door ingebouwd geraakte neutrale mutaties en/ of zelfs parasitaire mechanismen in het(gastheer) genoom

Iemand noemde dat allemaal “junk” DNA, en dat was waarschijnlijk een ongelukkige term, want dat heeft veel mensen van bij het begin woest gemaakt ; het is immers nogal beledigend om iemand te vertellen dat zijn
prachtige huis vol staat vol met troep.

Een belangrijke ontdekking die een bevredigende verklaring van de C-waarde paradox leverde , was de ontdekking dat genomen, vooral die van dieren en planten , grote aantallen transposons (mobiele) elementen
bevatten .

Die Mobiele genetische elementen repliceren zich op de (meestal lichte) kosten van hun gastheer -genoom-replicatie mechanismen .

Zo bezit ongeveer 10% van het menselijke genoom ongeveer
een miljoen kopieën van het kleine beweegbare element genaamd Alu.

Een ander groot deel van het genoom bestaat uit een mobiele element L1.
Transposons zijn gelieerd aan virus-achtige taktieken , en we denken dat ze voor het grootste deel parasitair van aard zijn . Ze infecteren een genoom, repliceren zich , verspreiden en vermenigvuldigen zich ,
en uiteindelijk zullen ze sterven, muteren, en vervallen een/of , hun DNA-sequenties verliezen .

Soms zal een zich replicerend en hoppend Alu element aankomen op een andere plaats(locatie) in  het gastheer  genoom
waarbij het iets in dat genoom  om zeep helpt . Maar meestal zal een nieuwe Alu sprong gewoon ergens in de junk belanden zonder merkbaar effekt ( omdat het geen   echte of noodakelijke  functie binnen het gastheer genoom , vervult )

Het leek erop dat als we kijken naar al de verschillende genoom -maten, bijna alles van die” raadselachtige” grootte variaties kan worden wordt verklaard door het genoom te beschouwen als volgestouw met verschillende aantallen van krachtige en verschillende transposons.

Sommige wezens, zoals kogelvis, hebben slechts lage transposon – belastingen
Sommige wezens, zoals salamanders, longvis, amoeben, maïs, en lelies, zijn beladen met enorme aantallen transposons.

Het menselijk genoom bestaat ongeveer voor 50% uit transposon-afgeleide sequenties _____ net op de 50% grens waarbij iemand kan gaan beweren : “het menselijk genoom is meestal junk”
en iemand anders evengoed kan zeggen “het menselijk genoom is meestal geen junk “.

In 1980, verschenen twee belangrijke papers – door Orgel en Crick , en door Sapienza en Doolittle – mooi en uitgebreid en met het argument dat het genoom “egoïstisch”( selfisch ) of “junk” DNA, bevat ….. grotendeels transposon-afgeleide sequenties en in soms vrij grote hoeveelheden

Ze waren wel zo voorzichtig te verklaren  dat , bijvoorbeeld, het verrassend zou zijn als de evolutie niet af en toe sommige nuttige functies uit deze deze grote hoeveelheid extra DNA-sequentie zou kunnen ineen prutsen
Sterker nog, we vinden nu vele interessante voorbeelden van transposon-afgeleide spullen die worden/werden gecoöpteerd voor organismale functies (maar dit zijn de uitzondering, niet de regel).

Zonder te proberen om hatelijke of pedant academisch te zijn , houd ik er rekening mee dat  ze beide papers en  hun auteurs onvermeld laten noch citeren  /
Dat  betekent, (ongeacht wat we lezen in de kranten) dat ENCODE eigenlijk niet probeerde hun (goed ondersteunde ) gegevens (over het junk DNA ) te interpreteren

Transposon afgeleide sequenties zijn het schoolvoorbeeld van “junk DNA” omdat we positief kunnen identificeren wat transposon-afgeleide sequenties zijn en wat niet , dmv een geautomatiseerde analyse en reconstructie van de evolutionaire geschiedenis van transposon- invasies van de  genomen.
Er is kans op ander niet-functioneel DNA “junk” in het DNA die we op dit moment niet kunnen herkennen , maar het belangrijkste punt is dat de dode restanten van vele transposons iets voorstellen wat we met een hoge mate van waarschijnlijkheid (nog steeds ) kunnen indentificeren –

Niet-coderende DNA is deels junk, deels regulatorisch , deels onbekend

Het is cruciaal om te beseffen  dat “niet-coderende” DNA  GEEN  synoniem is   voor “junk” DNA.  Het  huidige model  van het menselijke genoom, dat ENCODE nu systematisch en volledig bevestigd en  heeft  uitgebreid, is dat het ongeveer 1% eiwit-codering(, in misschien ongeveer 20.000 “genen”) gemiddeld ongeveer 1500 basen omvat  (waarbij het begrip ” gen ” amorf, maar nuttig is , we kennen er eentje   als we eentje  zien ).

Genen worden aan-en uitgezet door regulerende DNA-gebieden, zoals promoters en versterkers(enhancers )  – zoals  reeds al vijftig jaar werd uitgewerkt r, te beginnen met hoe bacteriële virussen(bacteriofagen )  werken .

Bij dieren en  mensen, zitten er ( denkt de auteur )  misschien 10-20 regulerende gebieden per gen, elk misschien 100-300 basen lang, dus, heel ruw, misschien in de orde van ongeveer 1000-6000 grondslagen van coderende informatie tenbehoeve van regulatorische  sdequenties per  1500 codering bases in een gen.

I’m only giving hand-wavy back of the envelope notions here because it’s actually quite difficult to pin these numbers down exactly; our current knowledge of regulatory DNA sequences in detail is distressingly incomplete. Ik ben alleen het geven van de hand golvende achterkant van de envelop begrippen hier, want het is eigenlijk heel moeilijk om deze cijfers vastpinnen precies; onze huidige kennis van regulerende DNA-sequenties in detail is bedroevend onvolledig. That’s something that ENCODE’s trying to help figure out, in systematic fashion, and where a lot of ENCODE’s substantive value is. Dat is iets dat ENCODE probeert figuur te helpen, in een systematische manier, en waar veel ENCODE de inhoudelijke waarde. The point is, we already knew there was likely at least as much regulatory DNA as coding DNA, and probably more; we just don’t have a very satisfying handle on it all yet, and we thought we needed an ENCODE project to survey things more comprehensively. Het punt is, we al wisten dat er waarschijnlijk minstens zoveel regulerende DNA als coderend DNA, en waarschijnlijk meer, we gewoon niet hebben een zeer bevredigend handvat op het nog allemaal, en we dachten dat we nodig hadden een CODEREN project te overzien dingen uitgebreider.

So when you read a Mike Eisen saying “those damn ENCODE people, we already knew noncoding DNA was functional” , and a Larry Moran saying “those damn ENCODE people, there is too a lot of junk DNA” , they aren’t contradicting each other. Dus als je leest een Mike Eisen zeggen “die verdomde ENCODE mensen, wisten we al niet-coderende DNA was functioneel” , en een Larry Moran zegt “die verdomde ENCODE mensen, er is te veel junk-DNA ‘ , zijn ze niet tegenspreken elke andere. They’re talking about different (sometimes overlapping) fractions of human DNA. Ze hebben het over verschillende (soms overlappende) fracties van menselijk DNA. About 1% of it is coding. Ongeveer 1% van het coderen. Something like 1-4% is currently expected to be regulatory noncoding DNA given what we know (and our knowledge about regulatory sites is especially incomplete). Iets als 1-4% wordt momenteel verwacht dat de regelgeving niet-coderende DNA gegeven wat we weten (en onze kennis over de regelgeving sites is vooral incompleet) zijn. About 40-50% of it is derived from transposable elements, and thus affirmatively already annotated as “junk” in the colloquial sense that transposons have their own purpose (and their own own biochemical functions and replicative mechanisms), like the spam in your email. Ongeveer 40-50% van het is afgeleid van transposons, en dus bevestigend reeds geannoteerd als “junk” in de omgangstaal zin dat transposons hebben hun eigen doel (en hun eigen biochemische functies en replicatiemechanismen), net als de spam in uw e-mail . And there’s some overlap: some mobile-element DNA has been co-opted as coding or regulatory DNA, for example. En er is enige overlap: sommige mobiele-element DNA werd gecoöpteerd als codering of regulatoire DNA, bijvoorbeeld.

Now that still leaves a lot of the genome. Nu dat laat nog veel van het genoom. What’s all that doing? Wat is dat allemaal doen? Transposon-derived sequence decays rapidly, by mutation, so it’s certain that there’s some fraction of transposon-derived sequence we just aren’t recognizing with current computational methods, so the 40-50% number must be an underestimate. Transposon-afgeleide sequentie snel vervalt, door mutatie, dus het is zeker dat er een aantal fractie van transposon-afgeleide volgorde nog niet herkennen met de huidige computationele methoden, zodat het 40-50% nummer moet een onderschatting zijn. So most reasonable people (ok, I) would say at this point that the human genome is mostly junk (“mostly” as in, somewhere north of 50%). Dus de meeste redelijke mensen (ok, ik) zou op dit punt zeggen dat het menselijk genoom is meestal junk (“meestal” als in, ergens ten noorden van 50%).

At the same time, we still have only a tenuous grasp on the details of gene regulation, even though we think we understand the broad strokes now. Op hetzelfde moment, we hebben nog slechts weinig greep op de details van de genregulatie, hoewel we denken dat we nu begrijpen de grote lijnen. Nobody should bet against finding more and more regulatory noncoding DNA, either. Niemand zou inzetten tegen het vinden van meer en meer regelgeving niet-coderend DNA, ofwel. The human genome surely contains a lot of unannotated functional DNA. Het menselijk genoom bevat zeker veel unannotated functionele DNA. The purpose of the ENCODE project was to help us sort this out. Het doel van het ENCODE project was om ons te helpen dit uitzoeken. Its data sets, and others like them, will be fundamental in giving us a comprehensive view of the functional elements of the human genome. Zijn datasets, en anderen zoals zij, zal fundamenteel zijn in het geven van ons een uitgebreid overzicht van de functionele elementen van het menselijk genoom.

ENCODE’s definition of “functional” includes junk ENCODE’s definitie van “functionele” omvat junk

ENCODE has assigned a “biochemical function” to 80% of the genome. CODEREN heeft een “biochemische functie” tot 80% van het genoom toegewezen. The newspapers add, “therefore it’s not junk”, but that’s a critically incorrect logical leap. De kranten voegen, “daarom is het niet junk”, maar dat is een kritisch onjuiste logische sprong. It presumes that junk DNA doesn’t have a “biochemical function” in the sense that ENCODE chose to operationally define “function”. Zij veronderstelt dat junk-DNA niet een “biochemische functie” in de zin dat ENCODE ervoor gekozen om operationeel “functie” te definiëren. So in what sense did ENCODE define the slippery concept of biological function, to allow them to assign a human genome fraction (to two significant digits, ahem)? Dus in welke zin heeft ENCODE bepalen de glibberige begrip van biologische functie, om hen in staat stellen om een ​​menselijk genoom fractie (tot twee significante cijfers, ahem) toe te wijzen?

ENCODE calls a piece of DNA “functional” if it reproducibly binds to a DNA-binding protein, is reproducibly marked by a specific chromatin modification, or if it is transcribed. CODEREN noemt een stuk DNA “functionele” als het reproduceerbaar bindt aan een DNA-bindend eiwit, reproduceerbaar wordt gekenmerkt door een specifieke chromatine modificatie, of als het wordt getranscribeerd. OK. OK. That’s a fine, measurable operational definition. Dat is een prima, meetbare operationele definitie. (One might wonder, why not just call “DNA replication” a function too, and define 100% of the genome as biochemically functional, but of course, as Ewan Birney (the ENCODE czar) would tell you, I would never be that petty. No sir.) I am quite impressed by the care that the ENCODE team has taken to define “reproducibility”, and to process their datasets systematically. (Men kan zich afvragen, waarom niet gewoon bellen “DNA-replicatie” een functie ook, en bepalen 100% van het genoom als biochemisch functioneel, maar natuurlijk, als Ewan Birney (de ENCODE tsaar) je zou vertellen, zou ik nooit dat kleine . Nee meneer.) Ik ben behoorlijk onder de indruk van de zorg die de ENCODE team heeft genomen om “reproduceerbaarheid” te definiëren, en om hun datasets systematisch te verwerken.

But as far as questions of “junk DNA” are concerned, ENCODE’s definition isn’t relevant at all. Definitie, maar voor zover de vragen van “junk DNA” betreft, ENCODE is niet relevant bij allen. The “junk DNA” question is about how much DNA has essentially no direct impact on the organism’s phenotype – roughly, what DNA could I remove (if I had the technology) and still get the same organism. De “junk DNA” vraag is over hoeveel DNA heeft in wezen geen direct effect op fenotype van het organisme – ruwweg, wat DNA kon ik verwijderen (als ik de techniek) en nog steeds hetzelfde organisme. Are transposable elements transcribed as RNA? Zijn transposons getranscribeerd als RNA? Do they bind to DNA-binding proteins? Hebben ze binden aan DNA-bindende eiwitten? Is their chromatin marked? Wordt hun chromatine gemarkeerd? Yes, yes, and yes, of course they are – because at least at one point in their history, transposons are “alive” for themselves (they have genes, they replicate), and even when they die, they’ve still landed in and around genes that are transcribed and regulated, and the transcription system runs right through them. Ja, ja, en ja, natuurlijk zijn ze – omdat minstens op een punt in hun geschiedenis, transposons zijn “leven” voor zichzelf (ze hebben genen, ze repliceren), en zelfs wanneer ze sterven, hebben ze nog steeds in landden en om genen die worden getranscribeerd en gereguleerd, en de transcriptie-systeem loopt dwars door hen heen.

Thought experiment: if you made a piece of junk for yourself — a completely random DNA sequence! Gedachte-experiment: als je een stuk schroot voor jezelf gemaakt – een volstrekt willekeurige DNA-sequentie! — and dropped it into the middle of a human gene, what would happen to it? – En liet het in het midden van een menselijk gen, wat zou er gebeuren om het te? It would be transcribed, because the transcription apparatus for that gene would rip right through your junk DNA. Het zou worden getranscribeerd, omdat de transcriptie apparaat voor dat gen recht zou rippen via uw junk-DNA. ENCODE would call the RNA transcript of your random DNA junk “functional”, by their technical definition. ENCODE zou het RNA-transcript van uw willekeurige DNA junk “functioneel”, door hun technische definitie noemen. And if even it weren’t transcribed, that would be because it acted as a different kind of functional element (your random DNA could accidentally create a transcriptional terminator). En als zelfs dat niet getranscribeerd, dat zou zijn omdat het fungeerde als een ander soort functioneel element (een willekeurige DNA kan per ongeluk maak een transcriptiebeëindiger).

The random genome project De willekeurige genoomproject

So a-ha, there’s the real question. Dus a-ha, er is de echte vraag. The experiment that I’d like to see is the Random Genome Project. Het experiment dat ik graag zou willen zien is de Random Genome Project. Synthesize a hundred million base chromosome of entirely random DNA, and do an ENCODE project on that DNA. Synthetiseren honderd miljoen base-chromosoom van geheel willekeurige DNA, en geen CODEREN project op dat DNA. Place your bets: will it be transcribed? Plaats uw inzet: het zal worden overgeschreven? bound by DNA-binding proteins? gebonden door DNA-bindende eiwitten? chromatin marked? chromatine gemerkt?

Of course it will. Natuurlijk zal het.

The Random Genome Project is the null hypothesis, an essential piece of understanding that would be lovely to have before we all fight about the interpretation of ENCODE data on genomes. De Random Genome Project is de nul-hypothese, een essentieel stuk van begrip dat mooie voordat we aan alle strijd over de interpretatie van de gegevens te coderen op genomen zou zijn. For random DNA (not transposon-derived DNA, not coding, not regulatory), what’s our null expectation for all these “functional” ENCODE features, by chance alone, in random DNA? Voor willekeurige DNA (niet transposon-afgeleide DNA, geen codering, geen regelgeving), wat is onze null verwachting voor al deze “functionele” ENCODE functies, alleen door toeval, in willekeurige DNA?

(Hat tip to The Finch and Pea blog, a great blog that I hadn’t seen before the last few days, where you’ll find essentially the same idea.) (Hoed topje naar De Vink en Pea blog, een geweldige blog die ik niet eerder had gezien de laatste paar dagen, waar je in wezen hetzelfde idee vindt.)

Evolution works on junk Evolutie werkt op junk

Even if you did the Random Genome Project and found that a goodly fraction of a totally random DNA sequence was “functional”, transcribed and bound and chromatin-marked, would this somehow diminish your view of the human genome? Zelfs als je dat deed de Random Genome Project en vond dat een flink deel van een totaal willekeurig DNA-sequentie was “functioneel”, getranscribeerd en gebonden en chromatine-gemarkeerde, zou dit een of andere manier verminderen uw weergave van het menselijk genoom?

Personally, I don’t think we can understand genomes unless we try to recognize all the different noisy, neutral evolutionary processes at work in them . Persoonlijk denk ik niet dat we kunnen begrijpen genomen tenzij we proberen om alle verschillende erkennen luidruchtig, neutraal evolutionaire processen aan het werk in hen . Without “noise” — without a background of specific but nonfunctional transcription, binding, and marking — evolution would have less traction, less de novo material to grab hold of and refine and select, to make it more and more useful. Zonder “ruis” – zonder een achtergrond van specifieke, maar niet-functionele transcriptie, binding, en markering – evolutie zou minder grip hebben, minder de novo materiaal te houden van en te verfijnen grijpen en te selecteren, om het meer en meer bruikbaar te maken. Genomes are made of repurposed sequence, borrowed from whatever happened to be there, including the “junk DNA” of invading transposons. Genomen zijn gemaakt van hergebruikt volgorde, geleend van wat er gebeurd om er te zijn, met inbegrip van de “junk DNA” van binnenvallende transposons.

As Sydney Brenner once said, there’s a difference between junk and garbage; garbage is stuff you throw out, junk is stuff you keep because it just might be useful someday. Zoals Sydney Brenner zei ooit, er is een verschil tussen rommel en vuilnis, vuilnis is dingen die je eruit gooien, junk is dingen die je te houden, want het zou wel eens nuttig zijn.

Conflict of interest/full disclosure: I was a member of the national advisory council to the NIH National Human Genome Research Institute at the time ENCODE was conceived and planned – so I’m not quite as innocent and disinterested in policy questions of NIH NHGRI big science projects and media engagement strategy as this post may have made it sound. Belangenconflict / full disclosure: ik was een lid van de nationale adviesraad voor de NIH National Human Genome Research Institute op het moment ENCODE is bedacht en gepland – dus ik ben niet zo onschuldig en belangeloze in beleidsvragen van NIH NHGRI grote wetenschappelijke projecten en media engagementstrategie als deze post kan het geluid gemaakt hebben.

http://sandwalk.blogspot.be/search/label/Genes

Mijn foto

18 september 2012

ENCODE project is een mijlpaal, maar 80% functioneel dna roept vragen op

Nota  : 

  • ……when further questioned as to how much of this ‘functional’ DNA was actually important or necessary to cell processes one of the leads of the Genome project , downgraded the estimate to around 40% (which is probably finger-in-the-air but gives an idea).

Op 20 september 1952 werd door Alfred Hershey en Martha Chase aangetoond dat DNA en niet eiwit de drager van de erfelijke informatie is: dat is exact 60 jaar geleden! Nog maar 60 jaar!

2012

Het ENCODE project (Encyclopedia of DNA Elements) is een mijlpaal in het genetisch onderzoek van de mens. Genetica begon met Mendel en met name met de herontdekking van Mendel in 1900. Ongeveer 50 jaar later werd de chemische structuurformule van DNA ‘ontdekt’ (of beredeneerd? of voorspeld?) door James Watson en Francis Crick (1953), en nog eens 50 jaar later (2001) werd de complete basevolgorde van het menselijke dna vastgesteld (Human Genome Project). In 2012, dat is maar 11 jaar later werd vastgesteld welke delen van het menselijk dna ‘actief’ zijn (ENCODE). ‘Actief’ is iets anders dan het aantal genen dat de mens heeft.

Hoeveel genen heeft de mens?

2001

In 1999 dus 2 jaar voor de afronding van het HGP, schatte de bekende evolutie-bioloog John Maynard Smith het aantal genen van de mens op 60.000 tot 80.000 [1]. Als het om eiwit-coderende genen gaat is dit in onze ogen belachelijk hoog, maar het was toen de gangbare opvatting [2]. ‘Genen’ waren toen vrijwel synoniem met ‘eiwit coderend dna’. Er waren zelfs nog hogere schattingen. Eén jaar vóór de afronding van het Human Genome Project werd het aantal genen teruggebracht van 120.000 naar 81.000. Midden jaren 80 stond in verscheidene handboeken het berekend aantal van 100.000 genen [3]. In het boek dat Nature ter gelegenheid van de afronding van het Human Genome Project in 2001 publiceerde wordt er gesproken over 30.000 – 40.000 genen [3]. Enigzins teleurgesteld werd er bij gezegd: only about twice as many as in worm or fly! Let op de grote spreiding! Het waren schattingen (predictions). Dit is toch best opvallend als je bedenkt dat de dna sequence bekend was. Uit die tijd dateert ook het beroemde percentage van 1,5% van het menselijke dna dat codeert voor eiwitten.

‘Niet-coderend’ dna
In 2001 was er niet veel aandacht voor niet-coderende genen, d.w.z. genen die alleen RNA produceren en geen eiwit. De schatting was dat er ‘duizenden’ niet-coderende RNAs zouden bestaan, maar met zekerheid slechts enkele honderden [3:p.105).

ENCODE: hoeveel genen heeft de mens?
Volgens ENCODE [4]:

20.687 protein-coderende genen
18.441 RNA-genen
_____________________
39.128 genen totaal    (*1)

Grappig dat we met dit aantal weer terug zijn op het peil van 2001! En dan heb ik nog niet meegerekend dat eiwit-coderende genen gemiddeld ongeveer 4 verschillende eiwitten produceren (tgv alternative splicing) waardoor er plm. 80.000 eiwitten worden geproduceerd, waardoor we terug zijn bij de schattingen van eind jaren 90. Zou je kunnen zeggen. Wat zeker opvalt is dat het aantal RNA-genen enorm omhooggeschoten is ten opzichte van 10 jaar geleden. Bijna net zoveel als ‘gewone’ genen. En dan heb ik nog niet genoemd 11.224 pseudogenen: ‘dode’ genen waarvan een deel soms in sommige celtypen in sommige individuen afgelezen wordt. Die tel ik even niet mee.

Hoeveel dna is functioneel?
De controversiële claim van ENCODE is dat 80% van het menselijk dna ‘biochemisch functioneel’ is. Maar hun definitie van ‘functioneel’ is heel ruim:

“Operationally, we define a functional element as a discrete genome segment that encodes a defined product (for example, protein or non-coding RNA) or displays a reproducible biochemical signature (for example, protein binding, or a specific chromatin structure).” [4]                  (2)

Vrij vertaald: 80% van het menselijk dna ‘doet iets’. Dit is een veel ruimere defintie dan gebruikelijk in de (evolutie)biologie. In de evolutie betekent ‘functioneel’ dat iets survival value heeft (fitness). Maar de taak die ENCODE zichzelf gesteld heeft is alle activiteit van alle dna vast te stellen in dat is inclusief modificaties van histonen die aan dna vastzitten. En ook als het dna maar in één celtype actief is. Zo heeft ENCODE de activiteit in 147 verschillende celtypes getest. Dat is nieuw. Het gaat om de totaliteit. Wil je een compleet overzicht dan moet je alles meenemen. Zo is die 80% ontstaan.

Nog maar een paar jaar geleden stond in een standaardwerk [5] dat van een typisch genome één derde (33%) wordt afgelezen (dat heet: transcriptome omdat het op transcriptie gebaseerd is, dat is de productie van RNA). Volgens ENCODE is dat nu 62%. De rest is betrokken bij histonen, en andere eiwitten die aan dna binden. Van die 62% is de meerderheid intronen, want die worden ook afgelezen, maar daarna er uit geknipt (splicing).

Maximum aantal genen?
Zou het menselijk genoom echt 100.000 ‘genen’ kunnen hebben? [10] Of een miljoen??? Volgens Manfred Eigen [6] kan een organisme niet onbeperkt veel genen hebben omdat die informatie iedere generatie betrouwbaar gecopieerd moet worden en mutaties zullen zich op den duur ophopen zodat de originele informatie verloren zal gegaan. Anders gezegd: het aantal informatie dragende bases heeft een maximum. Dat wordt bepaald door de mutatiefrequentie. De maximale mutatiefrequentie is het omgekeerde (reciprocal) van het aantal informatie dragende bases. Dus heb je een mutatiefrequentie van 1 op de miljoen dan zal het maximum aantal informatieve bases 1 miljoen zijn.

We moeten dus genen omrekenen in bases. Schattingen in de literatuur voor het totaal aantal relevante bases (exons) van de mens is 30 miljoen bases (30 Mb) verdeeld over 180.000 exons [7]. Als je het aantal RNA genen erbij optelt zou je grofweg op 60 miljoen bases komen (schatting!). Verder hebben we nog dna dat betrokken is in gen regulatie. Volgens ENCODE [8] zou dat tenminste zo veel bases in beslag nemen als eiwit-coderende genen, dus tenminste nog eens 30 miljoen. Totaal: tenminste 90 miljoen bases. Uit de literatuur [9] blijkt dat de mutatiefrequentie in de orde van 1 op de 100 miljoen is. De menselijke soort zou dus net zoveel significant dna hebben dat hij kan onderhouden. Te mooi om waar te zijn? Gezien het feit dat het berekeningen op de achterkant van een bierviltje gemaakt zijn, lijkt dat inderdaad te mooi om waar te zijn!

Postscript  
(19 – 23 sept):

Als we die 80% functioneel dna omrekenen naar bases: 80% van 3,2 miljard bases =  2,56 miljard bases, dan is niet in te zien hoe die bases onderhouden kunnen worden als er een mutatiefrequentie is van 1 : 100 miljoen (1 : 10-8) per generatie! Het menselijke genome zou maximaal 100 miljoen bases functioneel dna kunnen bevatten. Dat is 3,1% van het totale dna. ENCODE komt neer op ruim 25x hoger! Daar kom ik zeker nog een keer op terug!

Populatiegeneticus en evolutiebioloog Joe Felsenstein heeft bevestigd dat de error threshold een onafhankelijk argument tegen 80% functioneel dna in het menselijk genome is (hier).

Een onafhankelijke (ruwe) berekening gebaseerd op “very roughly, maybe on the order of about 1000-6000 bases of noncoding regulatory information per 1500 coding bases in a gene” (Sean Eddy):

aantal bases in genen:        20.687 x 1500 = 31.030.500 bases
aantal bases in regulators: 20.687 x 3500 = 72.404.500 bases
totaal:                                                           103.435.000 bases
in het menselijk genome die er toe doen.

Dus 103 miljoen komt heel aardig overeen met mijn berekening gebaseerd op het idee van Manfred Eigen [6] (nl 100 miljoen)!

Postscript 3 Okt 2012
“Mammalian conservation suggests that ~5% of the human genome is conserved due to noncoding and regulatory roles ” [11]. Dit is dus méér dan alleen eiwit-coderende genen (“Short noncoding RNAs are as strongly constrained as protein-coding regions”) en méér dan de schatting 3,1% hierboven.
Een onafhankelijk manier om het percentage functioneel dna te bepalen is misschien het perc. dna dat in zoogdieren geconserveerd (constrainted, conserved) is?

Noten

  1. John Maynard Smith (1999) The Origins of Life  (p.16).
  2. Mark Ridley (2000) Mendel’s Demon meldt 60.000 genen, tabel op p. 82.
  3. Carina Dennis, Richard Gallagher (2001) The Human Genome. Palgrave. p. 19; p.67; p.72; p.110; p.112.
  4. The ENCODE Project Consortium: ‘An integrated encyclopedia of DNA elements in the human genome‘, Nature 57-74 6 sep 2012 (Open Access). “we annotated 8,801 small RNAs and 9,640 long non-coding RNA (lncRNA) loci” dus totaal 18.441 RNA genen.
  5. James Watson et al (2008) Molecular Biology of the Gene (sixth ed.), p.705.
  6. Manfred Eigen (1996) Steps Towards Life, p.20:  “the longer a sequence is, the more accurate its reproduction must be, otherwise errors accumulate in successive generations and the original information is lost”.
  7. Targeted Capture and Massively Parallel Sequencing of Twelve Human Exomes.
  8. “raising the possibility that more information in the human genome may be important for gene regulation than for biochemical function.” zie: [4].
  9. Joris A. Veltman & Han G. Brunner (2012) De novo mutations in human genetic disease Nature Reviews Genetics 13, 565-575 (August 2012).
  10. In: Peter Sudbery (1998) Human Molecular Genetics, p. 36 wordt genoemd dat het theoretisch maximum bij de mens 100.000 genen zou zijn gebasserd op o.a. het aantal gemuteerde genen dat tolerabel zou zijn (maar is schatting!).
  11. Lucas D. Ward (2012) Evidence of Abundant Purifying Selection in Humans for Recently Acquired Regulatory Functions, Science 28 September 2012

uit de reacties 

(*1)

Wat ik niet gemeld had was dat het totaal aantal bases in het menselijk genoom 3,2 miljard bases is. Daarom neem ik aan dat die 80% van 3,2 miljard is, dus 2,56 miljard. Dit is vele malen meer dan de 90 miljoen bases waar ik op uit kom.

Als die 2,56 miljard van belang zijn voor de fitness van het individu dan zou een dergelijke hoeveelheid informatie moeilijk of niet intact gehouden kunnen worden in de loop van de menselijke evolutie gezien de mutatiefrequentie. Het probleem dat ik beschreef in mijn blog wordt dus vele malen groter. In feite is 2,56 miljard significante bases niet intact te houden. Dat is het probleem.

(2)De controversiële claim van ENCODE is dat 80% van het menselijk dna ‘biochemisch functioneel’ is.

Het is  heel duidelijk hoe ze via een optelsom van de verschillende celtypen aan de 80% komen. Ewan Birney suggereerde dat als men meer celtypen zou meenemen in het onderzoek, men zelfs tot 100% ‘functioneel’ DNA zou kunnen komen.

Je hebt het over niet-coderende genen en omdat de terminologie in ENCODE toch al zo lastig is, is het misschien beter alles vanaf het begin van de discussie duidelijk te maken. Ik dacht dat per definitie genen eiwit-coderend waren.

RNA dat niet afgelezen wordt is geen gen. Dat wordt niet zo genoemd, ook in het artikel van ENCODE niet. Ze hebben het over RNA-elementen. Neemt niet weg, zoals ENCODE ook laat zien, dat dit niet een functie kan hebben.

°……Het begrip ‘RNA genes’ is geen interne contradictie. Je vindt het begrip bv hier: Non-coding RNA genes and the modern RNA world
Als genen stukken dna zijn met een begin en eind, die gereguleerd worden, net als coderende genen op bepaalde tijdstippen in bepaalde celtypen worden afgelezen, evt introns kunnen bezitten, wat is er fout aan het begrip rna genen?

De berekening op het bierviltje zou best eens kunnen kloppen.

Het is interessant dat ENCODE 2007 het heeft over’ biologically active’ en ENCODE 2012 over ‘biochemically active’ (jouw Zouden ze dat ‘verbeterd’ hebben ?

°  Nog even een linkje naar dit blog van ‘the finch and pea’ van Mike White. Een mooie nabeschouwing over het junk DNA en een     kritiek op het ijverig uitrekenen van de percentages. Vooral de laatste alinea is prachtig.

The non-functional concept of genome function

°  Echter ,  hun definitie van ‘functioneel’ is heel ruim:
“Operationally, we define a functional element as a discrete genome segment that encodes a defined product (for example, protein or non-coding RNA) or displays a reproducible biochemical signature (for example, protein binding, or a specific chromatin structure).” [4]

Gerdien de Jong

Vrij vertaald: 80% van het menselijk dna ‘doet iets’.

Dat is een heel vrije vertaling, maar het geeft wel aan waar het probleem met ‘functional’ hier ligt. ‘A reproducible biochemical structure‘ kun je niet zonder meer vertalen in ‘iets doen’.

http://selab.janelia.org/people/eddys/blog/?p=683
“Thought experiment: if you made a piece of junk for yourself — a completely random DNA sequence! — and dropped it into the middle of a human gene, what would happen to it? It would be transcribed, because the transcription apparatus for that gene would rip right through your junk DNA. ENCODE would call the RNA transcript of your random DNA junk “functional”, by their technical definition.”

° Om te concluderen dat DNA ‘iets doet’ moet je laten zien wat het doet: dat is niet gebeurd. 

° Inderdaad de definitie van functioneel is het probleem. Testen wat het fenotypisch effect is van duizenden rna transcripts en duizenden dna-eiwit complexen is werk voor duizenden biologen van deze en de komende generaties.

Nog interessanter dan een stukje random dna in een gen laten integreren is het ‘The random genome project: Synthesize a hundred million base chromosome of entirely random DNA, and do an ENCODE project on that DNA’. Dat is niet zomaar interessant, het is het verplichte CONTROLE experiment!

Zonder dat kun je de data van ENCODE niet interpreteren. Maw je moet weten wat een groot stuk random dna voor activiteiten vertoond met de ENCODE testen. Ik heb geleerd dat controles de essentie zijn van een wetenschappelijk experiment. Zo’n controle heeft ENCODE niet gedaan. Wel reproduceerbaarheid, maar dat is niet genoeg. 

°Maar wat nu als die biochemische modificaties van dna en histonen die ENCODE gevonden heeft, geen enkel effect hebben op het fenotype van de drager? op zijn gezondheid? op de evolutionaire fitness (aantal nakomelingen)? dwz evolutionair neutraal zijn?

°Waarom mag iets niet evolutionair neutraal zijn?. Als iets “displays a reproducible biochemical signature (for example, protein binding, or a specific chromatin structure)”, is het dan niet gewoon ook belangrijk, onafhankelijk of het iets doet met het fenotype etc?

°…..Het gaat er niet om of het belangrijk is, maar dat de auteurs duidelijk moeten zijn: iets ‘functioneel’ noemen terwijl je in de verste verte de functie niet kent, is misleidend of tenminste uitermate verwarrend.

°ENCODE doet goed onderzoek maar hun taalgebruik is ontzettend verwarrend. gedeetelijk komt dit ook omdat het genoom op biochemisch niveau zelf zeer verwarrend is. Maar je hoeft het daarom nog niet verwarrend te omschrijven!!!

In de evolutiebiologie zijn we al gewend aan split genes: introns middenin genen die wel afgelezen worden maar daarna uitgeplitst en afgebroken. en we zijn gewend aan neutrale variatie in base verschillen (Kimura).

Maar er worden kennelijk ook vele stukken dna afgelezen (=transcriptie) ver buiten plekken waar een gen ligt. Daarvan zegt ENCODE dus dat ze evolutionair neutraal zijn: ze hebben geen aantoonnare functie (geen eiwit of regulator functie):
“no specific benefit to the organism” = dragen niet bij aan de evolutionaire fitness. Daarom is het zeer verwarrend om dat desondanks ‘biologically active‘ te noemen.
ENCODE suggereert dat die stukken dna ‘probeersels’ zijn van evolutie: doet het iets waar het organisme achteraf baat bij heeft (fitness verhogend) en dan gaat selectie dat bevorderen. Zoiets is aangetoond voor bijv. transposons die heel soms per ongeluk een gunstig effect hadden op het organisme.
Maar we blijven voorlopig met een genoom zitten dat een heleboel activiteiten vertoond waarvan we geen flauw idee hebben waar het goed voor is.

 

 

 

 

DNA needs to interact with proteins and RNA to direct the activity of a cell. ENCODE is attempting to catalog these interactions.

http://arstechnica.com/staff/2012/09/most-of-what-you-read-was-wrong-how-press-releases-rewrote-scientific-history/
http://arstechnica.com/science/2013/05/carnivorous-plant-has-deleted-most-of-its-junk-dna/

 

°

 

 

CORONA virus : SARS , Mers

°

   VIROLOGIE 
°

http://nl.wikipedia.org/wiki/Coronavirus                                                                                     http://en.wikipedia.org/wiki/Coronavirus

http://pathmicro.med.sc.edu/virol/coronaviruses.htm

Figure 1 Coronaviruses are a group of viruses that have a halo or crown-like (corona) appearance when viewed under a microscope
CDC/Dr. Fred Murphy (top) CDC/Dr. Erskine Palmer (bottom)

Coronavirus structure. Adapted        from Lai and Homes. In Fields’ Virology. Lippencott


A coronavirus virion schematic.
IanM, Virology Down Under.

TOROVIRUS   Torovirus © Queen’s        University, Belfast

 coronaviruses and  toroviruses    are  together making  up the Coronaviridae

http://en.wikipedia.org/wiki/Torovirus

SARS IN VLEERMUIZEN

http://phenomena.nationalgeographic.com/2013/10/30/holy-sars-origins-batman/

Wetenschappers hebben sterk bewijs gevonden dat het SARS-virus van vleermuizen afkomstig is. Twee nieuwe coronavirussen zijn in Chinese hoefijzervleermuizen gevonden en zijn voor 95 procent genetisch gelijk aan het SARS-virus dat mensen infecteert.

Wellicht kan virus direct van vleermuis op mens worden overgedragen, melden de wetenschappers in het tijdschrift Nature.

De uitbraak van het SARS-virus tussen november 2002 en juli 2003 maakte 8000 mensen ziek en zorgde voor 770 dodelijke slachtoffers wereldwijd. Door erachter te komen waar virussen vandaan komen, kunnen potentiële epidemieën eerder worden gesignaleerd en voorkomen.

Chinese horseshoe bat      Dr. Libiao Zhang, Guangdong Entomological Institute/South China Institute of Endangered Animals

The researchers found two novel coronaviruses in Chinese horseshoe bat    © Dr. Libiao Zhang, Guangdong Entomological Institute/South China Institute of Endangered Animals . De Chinese hoefijvervleermuis, waarin SARS-achtige virussen gevonden werden 

 Chinese_horseshoe_bat-990x634
Rufous horseshoe bat (Rhinolophus rouxii), a close relative of the species used in this study. Credit: Aditya Joshi

http://www.bbc.co.uk/news/science-environment-24750897

Sars The viruses use the same basic route into human cells as Sars
Figure 1: Phylogenetic tree based on amino acid sequences of the S RBD region and the two parental regions of bat SL-CoV Rs3367 or RsSHC014. a, SARS-CoV S protein amino acid residues 310–520 were aligned with homologous regions of bat SL-CoVs using the ClustalW software. A maximum-likelihood phylogenetic tree was constructed using a Poisson model with bootstrap values determined by 1,000 replicates in the MEGA5 software package. The RBD sequences identified in this study are in bold and named by the sample numbers. The key amino acid residues involved in interacting with the human ACE2 molecule are indicated on the right of the tree. SARS-CoV GZ02, BJ01 and Tor2 were isolated from patients in the early, middle and late phase, respectively, of the SARS outbreak in 2003. SARS-CoV SZ3 was identified from Paguma larvata in 2003 collected in Guangdong, China. SL-CoV Rp3, Rs672 and HKU3-1 were identified from R. sinicus collected in China (respectively: Guangxi, 2004; Guizhou, 2006; Hong Kong, 2005). Rf1 and Rm1 were identified from R. ferrumequinum and R. macrotis, respectively, collected in Hubei, China, in 2004. Bat SARS-related CoV BM48-31 was identified from R. blasii collected in Bulgaria in 2008. Bat CoV HKU9-1 was identified from Rousettus leschenaultii collected in Guangdong, China in 2005/2006 and used as an outgroup. All sequences in bold and italics were identified in the current study. Filled triangles, circles and diamonds indicate samples with co-infection by two different SL-CoVs. ‘–’ indicates the amino acid deletion. b, Phylogenetic origins of the two parental regions of Rs3367 or RsSHC014. Maximum likelihood phylogenetic trees were constructed from alignments of two fragments covering nucleotides 20,827–26,533 (5,727 nucleotides) and 26,534 –28,685 (2,133 nucleotides) of the Rs3367 genome, respectively. For display purposes, the trees were midpoint rooted. The taxa were annotated according to strain names: SARS-CoV, SARS coronavirus; SARS-like CoV, bat SARS-like coronavirus. The two novel SL-CoVs, Rs3367 and RsSHC014, are in bold and italics.
SARS viruses infecting a cell. Credit: CDC/ Dr. Mary Ng Mah LeeSARS viruses infecting a cell. Credit: CDC/ Dr. Mary Ng Mah Lee

sarsachtige vleermuis vrions

SARS, de epidemische ziekte die aan het begin van de eeuw veel slachtoffers maakte, is zeer waarschijnlijk begonnen bij een vleermuis. Dat blijkt uit een nieuw onderzoek waaraan onder andere de Chinese academie voor wetenschappen meewerkte.

Al sinds de uitbraak van de ziekte vermoeden wetenschappers dat de bron bij vleermuizen te vinden was. Tot nu toe ontbrak echter een ‘smoking gun’; een directe aanwijzing dat vleermuizen SARS-dragers zijn.

Die aanwijzing is gevonden, nu de wetenschappers twee coronavirussen ontdekten die erg lijken op SARS. Dat is bijzonder, omdat eerder onderzoek liet zien dat coronavirussen bij vleermuizen maar weinig weg hadden van SARS. De bevindingen worden gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Nature.

8.000 doden
SARS (Severe Acute Respiratory Syndrome) maakte de meeste slachtoffers tussen 2002 en 2003. In China, waar het virus begon, vielen bijna 350 doden en raakten 5.000 mensen besmet. Wereldwijd waren er 8.000 besmettingen en bijna 800 doden.

De onderzoekers maakten een genenkaart van de twee coronavirussen, afkomstig van de Chinese hoefijzervleermuis. Naast de gelijkenis met SARS werd hierdoor ook duidelijk dat deze virussen kunnen overspringen naar mensen.

Het is de vraag of dit de oorzaak kan zijn van een nieuwe epidemie. Het DNA laat zien dat het mogelijk is, omdat de plek waar dit virus zich aanhecht bij dieren en mensen hetzelfde is. Als een dier (zoals een vleermuis) het virus bij zich kan dragen, dan kan een mens dat dus ook. Om een mens te besmetten is echter meer nodig dan alleen een passend stukje DNA.

Virussen bij dieren opsporen
Het onderzoek laat zien hoeveel virussen dieren bij zich dragen die mogelijk voor mensen gevaarlijk zijn. Door virussen snel bij dieren te identificeren, in plaats van later bij zieke mensen, kan besmetting voorkomen of in ieder geval verwacht worden. De onderzoekers pleiten dan ook voor meer onderzoek naar diervirussen.

Ook de ziekte MERS, het Middle Eastern Respiratory Syndrome, is waarschijnlijk afkomstig van vleermuizen. Deze woedt op dit moment, maar heeft relatief weinig slachtoffers gemaakt. Wel houden epidemiologen het in de gaten, omdat het veel weg heeft van SARS en een epidemie op de loer ligt.

http://epidemic.bio.ed.ac.uk/bat_mers-cov

°

MERS-CoV-virus

MERS coronavirus, TEM

Credit: CENTRE FOR INFECTIONS/PUBLIC HEALTH ENGLAND/SCIENCE PHOTO LIBRARY

Caption: MERS coronavirus, coloured transmission electron micrograph (TEM). This virus (originally novel coronavirus 2012) has been named Middle East respiratory syndrome (MERS) coronavirus. It is thought to be similar to the ones that cause SARS (severe acute respiratory syndrome). A SARS-like virus killed hundreds in 2002 and 2003. This new virus, which first emerged in 2012, is being tracked by the World Health Organisation (WHO), with 54 confirmed cases and 27 deaths as of May 2013. The genetic sequence of the virus is being studied by the UK’s Health Protection Agency. Magnification: x105,000 when printed at 10 centimetres across.

Release details: Model release not required. Property release not required.

http://nl.wikipedia.org/wiki/Middle_East_respiratory_syndrome_coronavirus         http://en.wikipedia.org/wiki/Middle_East_respiratory_syndrome_coronavirus

http://www.gezondheid.be/index.cfm?fuseaction=art&art_id=14218

°

Dodelijk MERS-CoV-virus komt mogelijk van dromedaris

9/08/13         Dromedaris in Oman. © anp.

Het coronavirus MERS is mogelijk afkomstig van dromedarissen. Een internationaal onderzoeksteam vond antilichamen tegen het dodelijke virus in het bloed van dromedarissen uit Oman. De resultaten van het onderzoek, geleid door het RIVM, werden vandaag bekendgemaakt.

MERS, dat staat voor Middle East Respiratory Syndrome, heeft tot nu toe 46 levens geëist, voornamelijk in het Midden-Oosten. Bijna 100 mensen werden ziek. Wetenschappers vermoedden al dat het virus afkomstig is van dieren, maar wisten niet van welk dier. Het onderzoeksteam van het RIVM heeft nu aanwijzingen dat dromedarissen een mogelijke bron zijn van het MERS-virus in het Midden-Oosten.Volgens RIVM-onderzoeker Marion Koopmans is een van de vervolgvragen hoe het virus zich van de dieren naar mensen verplaatst. Dromedarissen zijn populair in het Midden-Oosten en worden gebruikt voor races, maar ook voor de consumptie van vlees en melk. De onderzoekers willen graag achterhalen of MERS-patiënten met dromedarissen of dromedarisproducten zoals melk in contact zijn geweest. Ook moeten, om meer zekerheid te krijgen over de bron, meer dieren in het Midden-Oosten worden onderzocht.
°
Bloedmonsters
Het onderzoeksteam onderzocht 349 bloedmonsters van verschillende typen vee, waaronder dromedarissen, runderen, schapen en geiten. Er is nog veel onduidelijk rond de verspreiding van het MERS-coronavirus. Het lijkt erop dat het virus niet gemakkelijk van mens op mens wordt overgedragen, maar het is al wel enkele keren voorgekomen dat mensen besmet werden na contact met een zieke.
°
January 02, 2014
Egyptian medical workers wear masks as they leave the emergency section in King Fahad hospital in the city of Hofuf, 370 kms East of the Saudi capital Riyadh (AFP Photo)Egyptian medical workers wear masks as they leave the emergency section in King Fahad hospital in the city of Hofuf, 370 kms East of the Saudi capital Riyadh (AFP Photo)
http://rt.com/news/virus-mers-five-infected-071/

Bron van gevaarlijk MERS-virus ontdekt: de dromedaris

Geschreven op 25 februari 2014 om 19:16 uur door 1

dromedaris1

Dromedarissen in Saoedi-Arabië dragen het MERS-virus bij zich. En dat MERS-virus komt overeen met het virus dat sinds 2012 al 79 mensenlevens eiste. Dat blijkt uit nieuw onderzoek. Met de ontdekking is nu bevestigd dat het virus hoogstwaarschijnlijk direct van de dromedaris op de mens is overgesprongen.

In september 2012 duikt het MERS-virus (Middle East Respiratory Syndrome coronavirus) voor het eerst op in Saoedi-Arabië. Sindsdien zijn zeker 182 mensen met het virus besmet, waarvan 79 mensen het niet overleefd hebben. De meeste slachtoffers vielen in Saoedi-Arabië, maar ook in Tunesië, Qatar en Jordanië vielen slachtoffers. Net als in Frankrijk, Duitsland en Italië. In de laatstgenoemde landen hield het virus wel altijd verband met een reis naar het Midden-Oosten. Zodoende ontstond het vermoeden dat mensen het virus daar opdeden. Maar hoe de mensen het virus precies opliepen, bleef onduidelijk.

Bloedmonster
Een nieuw onderzoek schept duidelijkheid. Onderzoekers analyseerden het bloed van 203 dromedarissen, afkomstig uit verschillende delen van Saoedi-Arabië. Maar liefst 74 procent van de onderzochte dromedarissen bleek antilichaampjes tegen het MERS-virus te bezitten, wat erop wijst dat deze dromedarissen het virus in het verleden onder de leden hadden gehad. De verschillen tussen dromedarissen uit verschillende regio’s waren groot. Zo was in het westen (Taif) 66 procent van de onderzochte dromedarissen besmet, terwijl in het zuidwesten (Gizan) geen enkele dromedaris besmet was. De onderzoekers onderzochten ook schapen en geiten, maar vonden onder hen geen sporen van MERS.

TWINTIG JAAR

De onderzoekers bestudeerden ook monsters die al veel eerder van dromedarissen waren afgenomen (tot in 1992 aan toe). Uit dat onderzoek blijkt dat het virus al zeker twintig jaar (en waarschijnlijk langer) onder dromedarissen voorkomt. Dat het virus zo lang onopgemerkt is gebleven is logisch: het virus is niet dodelijk voor dromedarissen en voor zover onderzoekers nu weten, is op het eerste gezicht ook niet aan dromedarissen te zien dat ze het virus bij zich dragen.

Overeenkomst
Nader onderzoek toonde verder aan dat de genetische sequentie van het MERS-virus onder de dromedarissen overeenkwam met het MERS-virus onder mensen. “Dit onderzoek is de eerste studie die aantoont dat het MERS-virus dat we onder mensen zien, veelvuldig voorkomt onder dromedarissen in Saoedi-Arabië,” vertelt onderzoeker Abdulaziz N. Alagaili. “Deze informatie is van cruciaal belang voor onze inspanningen om de verspreiding van deze ziekte te voorkomen.”

“Wat we nu weten is dat dromedarissen hetzelfde MERS-virus dat mensen infecteerde bij zich dragen en dat wijst erop dat ze het virus direct op mensen kunnen overdragen,” voegt onderzoeker Thomas Briese toe. Hoe het virus van dromedarissen op mensen overspringt, blijft onduidelijk. Waarschijnlijk geven dromedarissen het virus middels de lucht aan mensen door. Onderzoekers baseren dat vermoeden op het feit dat het virus duidelijker voorkwam in monsters afkomstig uit de neus.

Bronmateriaal:
Saudi Arabian Camels Carry MERS Virus” – Columbia.edu
De foto bovenaan dit artikel is gemaakt door emmalemma.

°

“Kamelen veroorzaken MERS-virus”

29/04/14

Volgens een nieuwe studie liggen kamelen zo goed als zeker aan de oorsprong van het MERS-virus dat in het hele Midden-Oosten dodelijke slachtoffers maakt. Het Middle East Respiratory Virus is een variant van SARS.

Een landelijk onderzoek van kamelen in Saoedi-Arabië toont aan dat bijna alle dieren besmet zijn met een virus dat genetisch vrijwel identiek is aan het virus dat mensen besmet. Dat stelde een team van wetenschappers van de universiteit van Columbia, de King Saud Universiteit en Ecohealth Alliance.

 

 

Verwant aan SARS en verkoudheid
De Wereld Gezondheids Organisatie is bezorgd om de toename van het aantal MERS-besmettingen in het Midden Oosten.

Sinds het virus in 2012 werd geïdentificeerd, maakte het 93 doden en raakten 250 mensen besmet.

MERS behoort tot dezelfde ziektefamilie als SARS en verkoudheid. In 2003 overleden ongeveer achthonderd mensen aan een mondiale SARS-epidemie. MERS kan koorts, ademhalingsproblemen, longontsteking en leverfalen veroorzaken. Het voorbije weekend meldde Saoedi-Arabië meer dan 100 doden. De Saudische koning Abdullah heeft om die reden zijn minister voor Volksgezondheid ontslagen.

De onderzoekers maakten uitstrijkjes in de neus van de kamelen, die overigens niet te lijden hebben onder de ziekte.

Melk en vlees van kamelen
“Gezien deze ontdekking onderzoeken we of mensen besmet kunnen raken door blootstelling aan melk of vlees van kamelen”, verklaart Abdulaziz Alagaili van de King Saud Universiteit, die meewerkte aan de studie die werd gepubliceerd in vakblad mBio.

De WHO voorspelde vorige week dat het aantal MERS-gevallen deze lente enorm zou toenemen. Het virus heeft al mensen besmet in Jordanië, Koeweit, Oman, Qatar, Saoed-Arabië, Egypte, de Verenigde Arabische Emiraten, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Italië, Groot-Brittannië, Tunesië, Maleisië en de Filipijnen. De gezondheidsorganisatie voegt er aan toe dat de meeste mensen door mensen werden besmet en niet direct door kamelen.

Mensen worden slechts door enkele genetische types van MERS besmet, terwijl kamelen dragers zijn van veel meer types, zo verklaart Thomas Briese van de universiteit van Columbia. “Dat kan verklaren  waarom de menselijke ziekte zo ongewoon is: enkel een klein aantal genotypes kan  op mens overgezet worden”.

Lees ook

 

°
MERS-CoV gevonden bij een vleermuis   Taphozous  perforatus     / 27 Aug 2013
Immunofluorescentiemicroscopie van gekweekte cellen acht uur na infectie met het MERS-coronavirus. In rood membraaneiwitten van het virus en in groen de locatie waar het virale RNA wordt gekopieerd. De celkern van de gastheercel is blauwgekleurd. Foto: Yvonne van der Meer & Adriaan de Wilde (Medische Microbiologie).De meeste ziektegevallen hebben zich voorgedaan in het Midden-Oosten, maar ook in het Engeland en Frankrijk zijn patiënten geïnfecteerd geraakt met het nieuwe virus dat ernstige ademhalingsproblemen kan veroorzaken. Van de tot nu toe ruim vijftig bevestigde gevallen is de helft bezweken.
Of we ons zorgen moeten maken? Er verschijnen continu nieuwe virussen. Je kunt later achterom kijken en reconstrueren wat er gebeurd is, maar het is vooraf erg moeilijk te voorspellen hoe een virus zich zal ontwikkelen. Je kunt dus beter het zekere voor het onzekere nemen”, zegt prof. Eric Snijder (Medische Microbiologie), gespecialiseerd in moleculaire virologie.Virusremmers
Het nieuwe virus, dat sinds kort de naam Middle East Respiratory Syndrome Coronavirus (MERS-CoV, of kortweg MERS) draagt, is verwant aan SARS-coronavirus. Leidse onderzoekers doen momenteel experimenten met het MERS-virus in een speciaal daarvoor ingericht laboratorium. Het LUMC participeert in SILVER, een Europees consortium dat zich richt op het vinden van antivirale geneesmiddelen. “Natuurlijk is het beter om infecties te voorkomen, maar het ontwikkelen van nieuwe vaccins is een tijdrovende en lastige klus. We richten ons daarom ook op het vinden van geschikte virusremmers, die hopelijk gebruikt kunnen worden om de verspreiding van het virus te beperken”, zegt Snijder.Vleermuizen
Het MERS-virusHoewel het vooralsnog om kleine aantallen gaat en alle nieuwe ziektegevallen zijn terug te leiden tot het Midden-Oosten, en dan vooral Saudi-Arabië, is er volgens Snijder wel reden tot zorg.
“Er is geen enkele immuniteit tegen dit virus, dus iedereen is een potentiële gastheer. Bovendien is de bron nog niet gevonden, en we weten dus ook niet hoe we verdere verspreiding kunnen voorkomen.”
Het SARS-virus bleek uiteindelijk afkomstig van vleermuizen, en hoewel dit voor MERS-virus nog niet duidelijk is, vermoeden deskundigen dat ook deze variant haar oorsprong zou kunnen hebben bij vleermuizen.
“Het genoom van MERS is het meest verwant aan een virus dat eerder is gevonden in vleermuizen. Maar dit soort virussen moeten zich aanpassen om de overstap te kunnen maken naar de mens. We begrijpen nog niet precies hoe dit virus zich ontwikkeld heeft en zal ontwikkelen. Wellicht heeft het een tussenstap gemaakt via een andere diersoort”, aldus Snijder.Isoleren
Een virus verdwijnt als er geen levende gastheer meer beschikbaar is, en dus moeten nieuwe besmettingen worden voorkomen. “Ter plekke moet men heel bedacht zijn op nieuwe gevallen, betrouwbare en snelle diagnostiek is daarbij heel belangrijk”, benadrukt de hoogleraar. “Met behulp van PCR kun je binnen een paar uur weten of er sprake is van een MERS-besmetting.” Onderzoekers brengen vervolgens van veel patiënten het viraal genoom in kaart. “Sequencen van een viraal genoom is tegenwoordig vrij simpel en er is al een aantal sequenties bekend. De resultaten zijn enigszins zorgwekkend omdat deze suggereren dat meerdere varianten van hetzelfde virus onafhankelijk naar de mens zijn overgesprongen.”(Maaike Roefs)
°
http://en.wikipedia.org/wiki/Egyptian_tomb_bat
°
Egyptian Tomb Bat Narrows Hunt for Source of Killer Lung Virus

Anthony Bannister/Gallo Images via Getty Images

An Egyptian tomb bat (Taphozous perforatus).

http://ecdc.europa.eu/en/activities/sciadvice/Lists/ECDC%20Reviews/ECDC_DispForm.aspx?List=512ff74f%2D77d4%2D4ad8%2Db6d6%2Dbf0f23083f30&ID=1319
*
http://www.bbc.co.uk/news/health-23793649
Mers: Deadly coronavirus found in tomb bat 
Egyptian tomb bat
The sample was found in a faecal sample taken from an Egyptian tomb bat

Kan nieuw coronavirus uitgroeien tot de volgende pandemie?

Nota
(in de reacties  op het oorspronkelijke artikel  wordt afschuwelijk veel  Nederlandse onzin verkocht ) 

virus

Dit weekend werd bekend dat het nieuwe coronavirus, dat de afgelopen maanden al meer dan tien slachtoffers maakte in Saoedi-Arabië, nu ook in Frankrijk een leven heeft geëist. Gaat dit virus dan de volgende wereldwijde epidemie veroorzaken?

Het coronavirus zorgt wereldwijd voor onrust. Eén van de redenen daarvoor is het feit dat het virus tot dezelfde familie behoort als het beruchte SARS-virus. Het SARS-virus maakte in 2003 nog 8000 mensen ziek en eiste honderden levens.

“Dit nieuwe coronavirus is NIET het SARS-virus en de twee virussen verschillen sterk van elkaar,” benadrukt deskundige dr. Sue Hang, onder meer verbonden aan het Institute of Environmental Science and Research in Nieuw-Zeeland

. “Maar het feit dat het verwant is aan het SARS-virus en dat het ernstige longontsteking kan veroorzaken, is reden tot zorg.”

Geen pandemie
Maar kan het virus ook uitgroeien tot een pandemie? “We weten van zo’n dertig mensen dat ze de afgelopen maanden door het coronavirus geïnfecteerd zijn,” stelt professor Charles Watson, verbonden aan de Curtin University in Australië.

De meeste gevallen doken op in Saoedi-Arabië waar ongeveer de helft van alle geïnfecteerden, is overleden. Het goede nieuws is dat elk infectiecluster zowel in Arabië als in Europa heel klein was. Dat wijst erop dat de infectie niet gemakkelijk van persoon op persoon overgedragen kan worden.”

Op dit moment lijkt het virus dan ook niet in staat te zijn om een pandemie te veroorzaken.

Goeie vraag

Wat kunnen mensen doen om zich tegen het virus te beschermen? Dat is lastig, aangezien onderzoekers nog niet precies weten waar het virus vandaan komt en hoe het mensen infecteert. Vandaar dat het advies op dit moment nog heel algemeen is: was uw handen regelmatig en vermijd contact met mensen die symptomen (zoals hoesten en niesen) vertonen.

Voorzichtig
Maar dat wil niet zeggen dat we achterover kunnen leunen, zo onderstreept Hang.

“Hoewel het virus het punt waarop het een pandemie kan veroorzaken nog niet bereikt heeft, kan het wel een pandemie veroorzaken als het de vaardigheid om zich efficiënt onder de menselijke bevolking te verspreiden, verwerft.”

Vandaar dat onder meer de Wereldgezondheidsorganisatie op haar hoede is, wetenschappers zich in het zweet werken om te achterhalen waar het virus vandaan komt en hoe mensen geïnfecteerd raken en artsen mensen met longontstekingen en griepachtige verschijnselen extra goed in de gaten moeten houden.

Mensen die het coronavirus oplopen, krijgen doorgaans last van ademhalingsproblemen, kortademigheid, koorts en hoestbuien.

Er is op dit moment geen specifieke behandeling voor het virus. er is ook geen vaccin beschikbaar  .

Wel is het mogelijk om de verschillende symptomen op de gangbare wijze te bestrijden en het virus zo aan te pakken. Vooralsnog lijken vooral ouderen die al medische problemen hebben, vatbaar te zijn voor het virus.

Opvallend veel oudere mannen met een ziekte onder de leden zijn totnogtoe met het virus geïnfecteerd geraakt. 

Bronmateriaal:
RAPID REACTION: Novel coronavirus outbreak – experts respond” – SMC.org.au
Frequently Asked Questions on novel coronavirus – update” – WHO.int
De foto bovenaan dit artikel is gemaakt door CDC/ Anthony Sanchez.
NCoV

°

http://www.nature.com/srep/2013/130418/srep01686/full/srep01686.html
OPEN

SARS NRC 12 apr 2003;  p. 49 t/m 52.

Wim Köhler. De transformatie van een onschuldig virus.

De transformatie van een onschuldig  virusOver het ontstaan van SARS is veel onduidelijk. De boosdoener lijkt  wel bekend: een nieuw coronavirus. De oude veroorzaakten alleen verkoudheid. . Wim Köhler.De 64-jarige professor Jianlun Liu kwam op 21 februari van dit jaar uit Guangzhou in Hongkong aan voor een bruiloft, een familiefeest. Hij  checkte in bij het Metropole Hotel en voelde zich niet lekker. Zijn zwager  kwam, waarna ze gingen winkelen en dineren. De volgende ochtend meldde Liu  zich doodziek bij het Kwong Wha-ziekenhuis. Hij vertelde de artsen dat hij  vreesde aan een erg besmettelijke ziekte te lijden. Dat ze voorzichtig  moesten zijn. Dat de ziekte in Guangzhou, de hoofdstad van de aan Hongkong  grenzende provincie Guangdong, heerste en dat hij patiënten had behandeld  die aan de beademing lagen. De artsen in Hongkong namen die mededeling  onvoldoende serieus.Zo staat het begin van SARS buiten China beschreven op de website van het  Pasteur Instituut van de University of Hong Kong. Het korte verblijf van  professor Liu in het Metropole Hotel is inmiddels de beroemdste logeerpartij  van dit jaar. Liu besmette ten minste zeven mensen die ook op de negende  verdieping van het hotel logeerden. Drie vrouwen uit Singapore die de ziekte  naar Singapore brachten; een Canadees-Chinese zakenman die in een ziekenhuis in Hongkong werd opgenomen; een 78-jarige Chinees-Canadese vrouw die  terugreisde naar Toronto, daar ziek werd en haar 44-jarige zoon besmette.  Moeder en zoon overleden en stonden aan het begin van de SARS-uitbraak in  Canada.De Chinees-Amerikaanse zakenman ]ohnny Chen logeerde ook op de negende en  reisde voor zaken door naar Hanoi. Daar werd hij ziek opgenomen in het  Franse ziekenhuis en besmette er artsen en verpleegkundigen. Carlo Urbani,  arts van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO), zag daar de zieken en sloeg  alarm. De WHO waarschuwde wereldwijd, op 12 maart, voor een uitbraak van  een atypische longontsteking. Die kreeg vervolgens de naam  severe acute respiratory syndrome (SARS).  Voor het coronavirus  dat vrijwel zeker de SARS-veroorzaker is, stellen Amerikaanse onderzoekers  de naam Urbani SARS-associated coronavirus voor. Daarmee eren ze de  aan SARS overleden WHO-arts Carlo Urbani.Lang is gedacht dat prof. Liu de enige patiënt was die de ziekte had  overgebracht uit China. Maar onderzoekers uit Hongkong, die 50 patiënten  beschrijven in het Britse medische tijdschrift The Lancet (online, 8 april), noemen nog vier patiënten die als enige risicofactor een  recente reis naar China meldden en kennelijk geen contact hadden gehad met  patiënten in Hongkong. Hoewel ook een ander virus als mogelijke  SARS-verwekker is genoemd, maken de onderzoekers uit Hongkong erg  aannemelijk dat de boosdoener een coronavirus is. Twee publicaties in The  New England Journal of Medicine (online 10 april) wijzen hetzelfde  nieuwe coronavirus als de ziekteverwekker aan.Coronavirus ziet er elektronenmicroscopisch uit als een koningskroon,  vandaar de naam. Vijf tot twintig procent van de verkoudheden bij mensen is het gevolg van een infectie met coronavirus. Het corona-verkoudheidsvirus is  een gewoon, veelvoorkomend virus, dat iedere twee tot drie jaar voor een  snotverkoudheid zonder koorts kan zorgen. Soms krijgt de patiënt ook  diarree.”Coronavirussen”, zegt viroloog prof.dr. Peter Rottier van de  Diergeneeskundefaculteit aan de Universiteit Utrecht, “komen bij allerlei  zoogdieren en vogels voor en misschien ook nog wel bij andere dieren, maar  daar is weinig van bekend.” De dierenvirologen in Utrecht bestuderen de  genetische en moleculaire details van coronavirussen al meer dan twintig  jaar. Momenteel werkt er een groep van 25 mensen aan coronavirussen.Rottier: “Bij kippen komt een coronavirus voor dat bronchitis veroorzaakt.  Koeien, varkens en ook honden krijgen vooral diarree. Meestal zijn het de  luchtwegen en darm waar het virus de infectie veroorzaakt. Maar bij de muis  is er een coronavirus dat hepatitis veroorzaakt, dus een leverontsteking.  Bij de kat circuleert een heel speciaal virus. Jonge katten krijgen vaak  milde diarree van een coronavirus en dat vestigt zich dan vaak blijvend in  de kat. Ongeveer de helft van de katten in Nederland heeft antilichamen,  wat dus wil zeggen dat ze besmet zijn of zijn geweest. Bij een paar procent  van die blijvend besmette dieren muteert het virus op een slecht moment naar  een virulente vorm die een dodelijke buikvliesontsteking veroorzaakt.” Twee  of drie op de honderd Nederlandse katten sterft op die manier aan een  buikvliesontsteking. Rottier: “Iedere dierenarts kent het ziektebeeld.”Het SARS-coronavirus valt niet onder een van de drie bekende ondersoorten  coronavirussen die in de wetenschappelijke literatuur bekend zijn. Het is  een nieuw virus van een nieuwe corona-ondersoort. Van de drie ondersoorten  zijn er twee die bij de mens verkoudheid veroorzaken. Zo’n traditionele  coronaverkoudheid is er een die een snotterige neus veroorzaakt, die een  ziek gevoel veroorzaakt, maar bijna geen koorts. Na een week is het over.  Het nieuwe coronavirus geeft juist wel koorts, een droge hoest, bijna geen  snot en een vaak ernstige infectie in de lage luchtwegen: twee op de vijf  patiënten wordt zo kortademig dat ze moeten worden beademd. Ongeveer 1 op  de 25 patiënten sterft. Het is nog niet bekend of er patiënten zijn die een  milde ziekte doormaken. Dat valt pas te meten als er voldoende tests op  antilichamen beschikbaar zijn en de artsen de rust nemen om mensen te  onderzoeken die in contact zijn geweest met patiënten, maar die niet ziek  zijn geweest.Ook het virus is op dit moment nog niet voldoende gekarakteriseerd om iets  te kunnen zeggen over de herkomst. De erfelijke code van het virus,  vastgelegd in een RNA-molecuul van ongeveer 30.000 basen, moet daarover  uitkomst brengen. Zodra die code is vastgesteld in de analyserende labs  moet er in databases naar overeenkomstige codes worden gezocht. Rottier,  dinsdagavond: “Op dit moment zijn brokstukken van de code op internet  gezet. Het lijkt niet op een van de bekende drie groepen coronavirussen.  Als ik het nu moet zeggen staat het ergens tussen de virussen die vogel,  muis en rund infecteren.” Misschien bevat het nieuwe virus brokstukken van  een nog onbekend coronavirus, met brokken van een corona-verkoudheidsvirus  dat vanouds de mens infecteert.”Die recombinaties van twee soorten virus zijn beschreven voor  coronavirussen”, zegt Rottier. Je kunt je bijvoorbeeld voorstellen dat een  geïnfecteerde kat een mens besmet die op dat moment met een humaan  coronavirus is besmet. Als één cel in de luchtweg door twee virussen wordt  geïnfecteerd, dan kan het resultaat een nieuw virus zijn. De kans dat  zoiets een levensvatbaar virus oplevert is heel klein. Maar het hoeft maar  één keer te gebeuren.”Een andere mogelijkheid is dat een avirulent virus, een virus dat geen  ziekten bij de mens veroorzaakt, door een mutatie opeens ziekteverwekkend  wordt. Dat gebeurt vaak bij de kat die dan een buikvliesontsteking krijgt.  De kans dat dit mechanisme bij de mens een rol speelt acht Rottier vrijwel  uitgesloten “omdat het nooit eerder is gebeurd”.De derde mogelijkheid is dat een onbekend coronavirus uit een nog onbekende  gastheer door een mutatie de eigenschap heeft verworven om mensencellen te  infecteren. Dat kan ook zonder recombinatie met een ander coronavirus.  Coronavirussen vermenigvuldigen zich erg slordig, waardoor steeds veel  variatie in de erfelijke code ontstaat. Veel van die virussen zijn niet  levensvatbaar en gaan verloren. Maar soms ontstaat er een virus dat het in  een mens goed zal doen en op dat moment ook net in contact komt met een mens.Een kok uit de stad Shenzhen in de provincie Guangdong was de eerstbekende  patiënt met SARS, zei professor Xie JinKui in de Chinese krant Ming Bao op 29 maart. De kok kwam met allerlei wildsoorten in contact. Hij maakte  bijvoorbeeld slangen schoon voor consumptie. De website van het  Pasteurinstituut van Hong Kong University citeert de krant. Prof. Xie zei  dat de man naar het Futian ziekenhuis in Shenzhen kwam en ernstig ziek werd  doorgestuurd naar een militair ziekenhuis. Daar infecteerde hij een aantal  artsen en verpleegkundigen. Zijn vrouwen twee zussen werden ook ziek. Xie  zei dat de kok op 17 december vorig jaar werd opgenomen. Journalisten van  Ming Bao deden daarop navraag bij het Futian ziekenhuis en vonden het  medisch dossier van de kok. Die was alleen niet in december maar al op  20 augustus vorig jaar opgenomen. Ze spoorden de man ook op. Die gaf toe  longontsteking te hebben gehad, maar wilde verder niks zeggen. Tot zover  de nauwelijks controleerbare mededelingen van het Pasteurinstituut in  Hongkong.De beschrijving, waarbij verplegers en familie ziek werden, lijkt sterk op  het verhaal waarmee professor Jianlun Liu in Hongkong in het Kwong  Wha-ziekenhuis kwam. Als China eerder de wereld had gewaarschuwd, hadden de  artsen in Hongkong ongetwijfeld anders gehandeld. In een artikel in  The New England Joumal of Medicine (online, 7 april) beschrijven  onderzoekers en artsen uit Hongkong hoe de Canadese zakenman in een  ziekenhuis wordt opgenomen en daar zes dagen ligt. Drie verpleegsters die  hem daar van 2 tot 8 maart gedurende vijf achtuursdiensten verzorgden en  wasten (hij had diarree) lagen een week later zelf met SARS in het  ziekenhuis. Ze hadden geen schorten, geen gezichtsbescherming, geen  handschoenen gedragen. De patiënt lag gewoon op zaal met vijf anderen. Eén  van die medepatiënten kreeg ook SARS.Op 12 maart waarschuwde de WHO dat er iets heel vreemds aan de hand was in  ziekenhuizen in Hanoi, Hongkong en Guangdong. Een infectieziektearts van de  WHO in Hanoi had gewaarschuwd, omdat hij de dokters en verzorgers van de  van Hongkong naar Hanoi gereisde zakenman Johnny Cheng ziek zag worden.  Isolatie en quarantaine waren nodig en artsen en verpleegkundigen moesten  strikte hygiëne in acht nemen. In Hongkong was toen al veel kwaad geschied.************ VACCIN TEGEN SARS BINNEN HANDBEREIKEen vaccin tegen SARS is in theorie klaar. Aan de faculteit  diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht beginnen binnenkort de veld  proeven met een vaccin tegen coronavirusinfecties bij katten. Een paar  procent van de Nederlandse en West-Europese katten sterft aan  buikvliesontsteking door coronavirus.Veel vaccins tegen coronavirus bestaan vanouds uit verzwakt  (geattenueerd) virus. Een injectie met dat virus maakt niet ziek, maar wekt  wel weerstand op die nuttig is als een infectie met het echte (wildtype)  virus volgt. Het grote nadeel van die geattenueerde coronavirussen was  dat ze vaak alsnog muteerden of recombineerden metwildtype virussen tot  ziekmakende varianten.Prof.dr. Peter Rottier en drie medewerkers hebben net een patent toegekend  gekregen waarmee dit probleem van mutatie naar een ziekmakend virus uit de  wereld moet zijn. De diervirologen ontdeden de coronavirussen van muis en  kat van niet-essentiële genen. Niet-essentiële genen zijn niet nodig voor  het binnendringen van een gastheercel en zijn ook niet nodig voor de  vermenigvuldiging van het virus in (en door) de gastheer. ” Wat ze wel doen weten we niet”, zegt Rottier, “maar waarschijnlijk ondermijnen de  producten van die genen het afweersysteem. Daardoor frustreert het virus de afweer en heeft het meer kans om een infectie te  veroorzaken.”In een volgende stap veranderden de virologen de volgorde van de  genen in het RNA-molecuul dat erfelijke informatie bevat. Het resultaat is  een virus dat zich nog steeds vermenigvuldigt, dat ook nog afweer opwekt,  maar door de veranderde volgorde nooit meer kan recombineren met een  wildtypevirus. Rottier: “Je hebt dan een kans van bijna nul dat er ooit  nog een ziekmakend virus uit ontstaat.”In voorbereiding is een middel dat de infectie van coronavirus verhindert.  Om zich te vermenigvuldigen en om ziekte te veroorzaken, moet een virus een  cel van zijn gastheer binnendringen. Dat gebeurt nadat het coronavirus zich  op een specifiek eiwit op de celwand heeft gebonden, waarna de membranen van virus en cel met elkaar versmelten en het virus zijn erfelijke code in de gastheercel kan brengen om zich te vermeerderen. Het medicijn dat de virologen ontwikkelen verhindert de versmelting van de membranen.  Rottier: “Ik kan er niet veel meer over zeggen, om mijn eigen glazen niet in te gooien.”In samenwerking met een industrie voor diergeneesmiddelen beginnen de Utrechtse diervirologen binnenkort de eerste experimenten bij katten.  Rottier: “Het patent dekt in principe alle vaccins die je op die manier  tegen coronavirus kunt maken. Dus ook het vaccin tegen SARS.”
PANDEMIE  SIMULATIE 14/12/13 –   Bron: Daily Mail 

© Kos.

Duitse wetenschappers hebben de weg die een pandemie aflegt in kaart gebracht. Ze deden daarvoor een beroep op info over de verspreiding van het SARS- en H1N1-virus in respectievelijk 2003 en 2008 en op luchtvaartgegevens.

De belangrijkste bevinding van onderzoeker Dirk Brockmann en zijn team?Anno 2013 verspreiden besmettelijke ziekten zich sneller tussen drukke internationale luchthavens dan tussen steden en landelijke gebieden in eenzelfde land.
Bijvoorbeeld: op de Londense luchthaven Heathrow vertrekken en landen er dagelijks duizenden vluchten, goed voor de doortocht van tienduizenden mensen. Dat overdraagbare ziekten zo makkelijker in Hong Kong of Kaapstad geraken dan pakweg honderd jaar geleden hoeft niet te verbazen, maar hoe gebeurt de verspreiding precies?
Razendsnel en in golven, zo ontdekten de wetenschappers, die complexe vluchtgegevens en info over andere pandemieën onder de loep namen, een studie die ongeveer drie jaar duurde.
De wetenschappers visualiseerden hun bevindingen op drie wereldkaarten. Het resultaat: simulaties van de verspreiding vanuit Chicago, Londen en Mexico-Stad. Op de kaarten is een complex netwerk van vluchtroutes te zien. Die maken dat een besmettelijke ziekte mogelijk in twee tot vier weken na de uitbraak aan de andere kant van de wereld terecht kan komen.
Onrustwekkend, maar op basis van hun bevindingen hopen de onderzoekers net de uitbraak van een mogelijk nieuwe pandemie een stap voor te zijn, door bijvoorbeeld bepalende knooppunten voor de verspreiding ervan af te sluiten.
°
(Bekijk de simulaties hieronder  op )

 http://rocs.hu-berlin.de/clips/index.html

The hidden geometry of global disease dynamics

The video clip below illustrates a simulated global epidemic that spreads on the worldwide air-transportation network with an initial outbreak location in Atlanta, USA. In the right panel, the conventional geographic view, the pattern is complex. The left panel depicts the same simulation from the perspective of the outbreak location (Atlanta) and the radial distance is an effective distance compute from traffic flows in the underlying network. In this view, the pattern is regular, concentric and can be understood in terms of simple reaction-diffusion equations. The science of this is described in detail here.

More Examples

COLONY COLLAPS DISORDER

 

Bijen waren bijna van de aardbodem verdwenenAP

do 24/10/2013 Frederik Defossez

 Uit nieuw wetenschappelijk onderzoek blijkt dat een groot deel van de bijenpopulatie 65 miljoen jaar geleden is uitgestorven, samen met de dinosaurussen. Slechts enkele bijensoorten wisten te overleven.

De grote bijensterfte gebeurde in het Krijt, dat is het geologische tijdperk dat 145 miljoen jaar geleden begon en 66 miljoen jaar geleden eindigde. Volgens de onderzoekers van de Universiteit van Florida  lag niet één gebeurtenis – zoals bijvoorbeeld een komeetinslag – aan de basis van de bijensterfte. Ze wijzen vooral in de richting van de klimaatveranderingen, waardoor het aantal nectar- en stuifmeelplanten drastisch afnam.

Door een analyse van het DNA van 230 soorten houtbijen en fossielen van primitieve bijensoorten in barnsteen op verschillende continenten konden de wetenschappers een tijdschaal koppelen aan de ontstaansgeschiedenis van de bijengenen.

Tot 65 miljoen jaar geleden nam het aantal genen bij de bijen fors toe, maar later ontdekten ze een opmerkelijke stagnatie.

Die stagnatie heeft er volgens hoofdonderzoekster Sandra Rehan toe geleid dat er gedurende een lange periode geen genetische diversificatie gebeurde. “En dat wijst erop dat er een massale uitstervingsgolf heeft plaatsgevonden”, zegt Rehan. “De tijd waarin de bijen verdwenen komt overeen met de periode dat de dinosaurussen van de aardbol verdwenen”, zegt collega-onderzoeker Mike Schwarz tegenover ABC News.

Na tien miljoen jaar ontstonden er weer een groot aantal nieuwe genen. De weinige bijensoorten die toch nog overbleven, zouden de niches ingepikt hebben van de soorten die waren verdwenen, vandaar de snelle evolutie.

http://nl.wikipedia.org/wiki/Colony_collapse_disorder

°

HONINGBIJEN
je kan het belang van de bijen in het voortbestaan der soorten niet ontkennen
Ik meen dat  het belang van de bij – in het geheel van flora  – door velen  wordt onderschat
Bijen produceren honing en was, dat is echter niet hun belangrijkste taak in de vermenselijkte wereld .
De bijen bestuiven de bloemen van alle planten die zij bezoeken. 
Daarom zien we vaak bij fruittelers bijenkasten. Doordat de bloemen bestoven worden, zullen er meer en betere vruchten aan de bomen groeien.

OPMERKING  

Bijen zijn, in theorie, niet de enige manier om planten te bestuiven.

—> Je kan het misschien ook handmatig doen, met behulp van mensen(of misschien met behulp van speciaal ontwikkelde robotjes tegen die tijd / krijgen die spionage dromes ook nog een nuttiger functie )

.Erg arbeidsintensief natuurlijk en erg millieubelastend om al die robotjes massaal te produceren … alweer

—-> Het uitsterven van bestuivers   blijft    dus ,tot nader order,  een groot probleem waarbij we zeker alles op alles moeten zetten om te voorkomen dat de bij ( en niet alleen de honingbij/ maar alle GRATIS   natuurlijke bestuivers ) daadwerkelijk uitsterft . ….

Science fiction ? 

Deze” foto’ ” is  GEEN “bestaand  of operationeel inzetbaar    ” MAW -mosquito  spionnage   toestelletje …Maar dergelijke militaire  MAW’s worden wel al in principe  bedacht en “ontwikkeld  ”   …..

http://www.snopes.com/photos/technology/insectdrone.asp

 


Bijen op rand van uitsterven

14 mei 2007 — door Laurens Lavrysen

Het gaat niet goed met onze kleine honingproducerende vrienden. Hele bijenkolonies verdwijnen gewoon van de aardbodem, zonder ooit teruggevonden te worden. De oorzaken van dit verdwijningssyndroom zijn nog onbekend, al stelt een recente studie van de universiteit van Landau dat draagbare telefonie wel eens een rol zou kunnen spelen. We legden ons oor te luisteren bij de Gentse bijenprof Frans Jacobs om er het fijne van te weten…

Uitsterven is van alle tijden ……. Deze keer lijkt er echter geen meteoriet nodig te zijn om een hele soort van de kaart te vegen… Wereldwijd verdwijnen er bijenpopulaties, al lijken vooral de Verenigde Staten zwaar getroffen. Aan de westkust zijn al 60 procent van de bijen in rook opgegaan, aan de oostkust bedraagt dat zelfs 70 procent.

Het internet wordt door imkers aller landen gebruikt om hun eigen wilde hypotheses over de oorzaken van de zogenaamde Colony Collapse Disorder, of het verdwijningssyndroom, de wereld in te sturen. Het gaat van eerder geloofwaardige verklaringen, zoals een gebrek aan voedsel of het overmatig gebruik van pesticiden, tot wilde verhalen over draagbare telefonie. Al zou dat laatste zo gek nog niet zijn als we de Duitse universiteit van Landau mogen geloven…

Zotte straling?

Magnetische straling, die onder andere uitgaat van draagbare telefoons, zou volgens Duitse wetenschappers de beestjes totaal  desoriënteren.In plaats van de weg naar de korf terug te vinden, verdwalen ze, waarna ze in eenzaamheid een gewisse dood sterven. Onmiddellijk ook de verklaring waarom imkers de lijken van de bijtjes niet in hun korf terugvinden.

Prof. Frans Jacobs van het Informatiecentrum voor Bijenteelt, een onderdeel van de vakgroep Biochemie, Fysiologie en Microbiologie van de Universiteit Gent, heeft daar echter z’n vragen bij.

“Voor alle duidelijkheid: die studie gaat over draagbare telefonie, niet over GSM’s. Magnetische straling heeft inderdaad een negatief effect op bijen, voor zover de straling sterk genoeg is. Als de zender van zo’n telefoon in de buurt van een bijenkast wordt gezet, heeft dat een effect op het oriëntatievermogen, niet op het overleven. Maar als je twee meter verder gaat met die zender, dan voelen die beesten daar niets meer van. Er zijn effecten, maar zeggen dat ze erdoor doodgaan, is echt wel té gek.”

Een winterbij leeft normaal zes maanden, een zomerbij leeft zes weken. Als zij echter in september en oktober de winter als voorbijgaand gaan beschouwen en in een lentesituatie komen, dan maken zij ook kortlevende bijen. Als er in december nog kortlevende bijen gemaakt worden, dan zijn begin januari al je bijen dood, omdat er op dat moment niet genoeg voedsel is.”

Kan je geen bal schelen?

Einstein zou ooit gezegd hebben dat als de bijen sterven, de mens vier jaar later volgt. Deze uitspraak is onrechtmatig aan hem toegeschreven — , maar dat betekent niet dat er geen waarheid in zit. Bijen zijn belangrijk,

Ook prof. Jacobs waarschuwt voor de mogelijke gevolgen van het verdwijnen van deze kleine geelzwarte insecten.

“Wanneer er voldoende bijen overschieten, herstellen de imkers hun populatie zonder veel moeite op een seizoen tijd. Als dat volgend jaar echter weer het geval is en je hebt op een gegeven moment een tekort aan bijenpopulaties — zoals nu bijvoorbeeld in Florida — en er zijn niet genoeg bijen voor de bestuiving van land- en tuinbouwgewassen, dan is het natuurlijk een miljardenzaak. Je moet rekenen dat zij voor 70 à 80 procent instaan voor het bestuiven van de appels, peren, aarbeien, augurken en noem maar op. Dus zonder bijen geen aardbeien, geen appels, … Als je daarmee rekening houdt, hebben bijen na het rund de belangrijkste taak voor de instandhouding van de voeding van de mensheid.”

Bijensterfte, de oorzaak?

28 reacties Geplaatst door op januari 22, 2009

Half november j.l. luidde het europarlement de noodklok over de bijensterfte. Dit probleem bestaat al meerdere jaren en begint na Amerika nu ook in Europa belangrijk te worden. Zonder bijen raken bloemen niet bevrucht met als resultaat minder planten, groenten en fruit. (Zie ook artikel nrc)

     bij op meidoorn

Bij op de meidoorn (mei 2008)

Velen waarschuwen dat de bijensterfte weleens een groter probleem zou kunnen zijn dan de klimaatveranderingen en CO2-stijging. De oorzaken zouden kunnen liggen bij ziekten veroorzaakt door parasieten, virussen en/of schimmels of bij het grof gebruik van pesticiden. De schuld wordt ook gezocht bij genetisch gemodificeerde en behandelde zaden (gmo). Ook wordt de bijensterfte toegeschreven aan het gebruik van GSM-zenders die de bijen zouden laten verdwalen.

De bijensterfte wordt gekenmerkt door het feit dat meer dan de helft van de bijen niet terugkomt naar de korf; daar worden slechts enkele dode en zieke bijen aangetroffen.
Vanaf vandaag tot en met 26 januari wordt er een congres van bijentelers gehouden in Sorrento, Italië. (Voor de bloggers uit Italie: zie ook artikel Corriere della Sera). Het blijkt nu dat plantenzaden (vooral van maïs) die met pesticiden als neonicotinoids behandeld zijn, planten voortbrengen die zeer schadelijk zijn voor de bijen. Dit niet alleen vanwege het feit dat het nectar en stuifmeel van deze planten gebruikt wordt (zoals tot nu toe gedacht werd), maar omdat de bijen de guttatie en dauw van deze planten drinken. Ze krijgen daardoor veel hogere doses neonicotinoids binnen dan gedacht werd en sterven binnen 2-10 minuten als ze deze vloeistof drinken, of na 20-40 minuten als ze de vloeistof alleen maar ‘proeven’. Deze druppels bevatten concentraties die uitgedrukt worden in ppm (parts per million) terwijl de letale dosis duizend keer lager ligt (ppb of parts per billion).

Dit bewijst maar weer dat de effecten van pesticiden veel te oppervlakkig onderzocht worden. Maar mochten deze pesticiden de schuld zijn van de wereldwijde bijensterfte dan is het tenminste duidelijk wat ertegen gedaan kan worden, al zal de landbouw een effetief pesticide niet zomaar willen opgeven.
Misschien komt er in de loop van de week nog meer nieuws over dit onderwerp uit Sorrento.

Bijgewerkt 28-01-2009:

Nu is er ook een bericht in de volkskrant. Hetzelfde probleem doet zich voor in Nederland. En meer op 1 Mei 2009.

 

   juni 17, 2009

Over de bijensterfte zijn vele  blogs geschreven die op verschillende manieren de bijensterfte aankaarten:

foto uit Anne d’ore’s blog ‘de bijen sterven’:

dode bij

Stervende bijen bedreigen onze voedselvoorziening

 

Pas-Ivy,

:http://www.wordpix.nl/ivy/2009/05/08/de-laatste-imme/

 

Op deze pagina van Wageningen UR, vind je allerlei informatie over de bijensterfte.

 zaterdag 19 september 2009 door

Bijensterfte

Bijenvolken stierven dit jaar weer bij bosjes. Is het een samenspel van factoren dat de insecten de das omdoet, of is er toch één hoofdschuldige? Bionieuws duikt dieper in twee belangrijke bedreigingen voor de Apis mellifera.

Varroamijt doet bijenvolken de das om…

Lege raten, met soms nog een paar bijenlijkjes op de bodem van de kast. Dat is wat imkers regelmatig aantreffen als ze hun nestkasten openen om te zien hoe hun bijenvolken de winter zijn doorgekomen. Verdwijnziekte, bijensterfte of colony losses noemen experts het verschijnsel; over de precieze oorzaken ervan doen de wildste verhalen de ronde (zie kader).

Vast staat dat sinds ongeveer tien jaar Europese en Amerikaanse imkers vaker volken verliezen dan voorheen. Dat ongeveer 10 procent van de volken na de winter verdwenen is, is normaal, aldus de Wagenings bijenonderzoeker Tjeerd Blacquière. De koningin kan bijvoorbeeld na een lang leven van eieren leggen bezweken zijn, of een volk heeft besloten te gaan zwermen. Maar de voorjaarssterfte is in Nederland de afgelopen jaren niet lager geweest dan 15 procent, met uitschieters naar 30 procent.

In de ogen van Blacquière is er één grote schuldige aan te wijzen voor al dit leed: de varroa-mijt. Deze Varroa destructor is een spinachtige van ruim een millimeter groot, die zich uitsluitend kan voortplanten op het broed van bijen. De mijt is oorspronkelijk alleen een parasiet van de Indische honingbij, maar stapte enkele decennia geleden ook over op de Europese honingbij. En in tegenstelling tot zijn Aziatische verwant is de Europese bij niet of nauwelijks zelfstandig in staat de varroamijt afdoende te bestrijden.

Vrouwtjesmijten liften mee op volwassen bijen, waar ze zich voeden met hun lichaamssappen. Meer schade richten ze aan door hun eitjes te leggen in de broedcellen van de bijen, waarna de jonge mijtjes voedingsstoffen aan de ongeboren bijenlarven onttrekken. Die komen dan zwak of misvormd uit de cel, en kunnen bovendien geïnfecteerd zijn door een van de virussen die varroamijten met zich meedragen. Bijenvolken die besmet zijn met varroa raken zo eerst verzwakt en kunnen er uiteindelijk aan bezwijken, aldus Blacquière.

Met het oprukken van de varroamijt zag hij ook de volkssterfte toenemen. Een direct causaal verband is moeilijk aan te tonen. Wel wijzen verschillende onderzoeken bijvoorbeeld op de aanwezigheid van virussen in dode bijen, wat een indirecte aanwijzing is voor de vector varroa.

Maar veel mensen willen volgens Blacquière niet aan de varroaverklaring. ‘Imkers zeggen: “We bestrijden die varroamijten toch, dus dat kan de oorzaak niet zijn.” Maar ze doen het niet goed.’ In perioden dat een bijenvolk geen broed heeft, zitten alle varroamijten op de bijen die op de raat rondlopen. Dat is het volgens Blacquière het moment om de mijten te bestrijden met oxaalzuur. Dat kan bijvoorbeeld verneveld worden op de bijen, waardoor voor mijten giftige kristallen achterblijven op de bijenlijven. Wel tot 98 procent effectief, aldus Blacquière.

Ook als er wel broed in de raat zit, moeten imkers Varroa aanpakken. Dat kan bijvoorbeeld met thymol, dat werkzaam wordt als het verdampt in de bijenkast. Dat kan in perioden dat bijen veel warmte produceren. Blacquière: ‘Daarmee moet je halverwege augustus klaar zijn, terwijl we in september een piek zien in de bestrijdingsmiddelenverkoop. Dat zegt wel wat over hoe goed de middelen worden toegepast in de praktijk.’

Dat de imkerpraktijk soms weerbarstig is, bevestigt ook Jeroen Vorstman, bedrijfsleider van het Bijenhuis in Wageningen, tevens het hoofdkantoor van de Nederlandse Bijenhouders Vereniging. Zo weet hij dat imkers worstelen met de juiste doseringen van de bestrijdingsmiddelen. ‘En ze vergeten ook nog wel eens nacontrole te houden. Als je bestrijding de eerste keer niet voldoende effect gehad heeft, moet je hem herhalen.’ Daarnaast, weet hij, zijn er nog steeds imkers die bestrijdingsmiddelen gebruiken die allang niet meer zijn toegestaan. ‘Daar zijn de mijten al resistent tegen geworden, dus zin heeft dat niet.’

Blacquière: ‘Het probleem in Nederland is dat we alleen hobbyimkers hebben. Sinds de voorlichting voor land- en tuinbouwsectoren is afgeschaft, moeten die zelf hun kennis op peil houden. Voor een amateursector is dat moeilijk.’ Toch ziet hij de toekomst van de imkerij in Nederland zonnig in. ‘Als we de imkers ervan weten te doordringen dat ze varroabestrijding serieus moeten aanpakken, redden die volken het wel.’

… maar vlak ook de insecticiden niet uit

6.377 kilogram imidalcoprid werd er vijf jaar geleden in Nederland gebruikt. Dat klinkt niet veel, vertelt Jeroen van der Sluijs, maar vier nanogram van het insecticide is al voldoende om een bij te doden, en van 0,1 nanogram raakt haar navigatie verstoord. En het gebruik van deze en andere neonicotinoïden neemt alleen maar toe, vertelt hij. Tijd om te stoppen met het gebruik ervan, vond hij: bijna 28 duizend mensen ondertekenden al de petitie die hij daartoe in het najaar hoopt aan te bieden aan de Tweede Kamer.

Van der Sluijs houdt zich als universitair docent aan de Universiteit Utrecht bezig met het beoordelen van risico’s van problemen met meerdere factoren. Bijensterfte valt daaronder, vindt hij, maar één oorzaak acht hij zeer zorgwekkend: het sterk toenemende gebruik van neonicotionoïden.

Midden jaren negentig werden de eerste van deze breed werkende insecticiden geïntroduceerd in Frankrijk. Het zijn zeer persistente zenuwgiffen die aangrijpen op neurotransmitters van insecten. Bij mensen en de meeste andere dieren doen ze dat vrijwel niet. Bijzonder is dat de middelen systemisch werken: planten waarvan de zaden zijn gecoat met het middel, nemen het op in hun sapstroom; het is in zeer lage concentraties dodelijk voor insecten die eten van onderdelen van de plant – ook van het stuifmeel. De halfwaardetijd van de meeste neonicotinoïden is meer dan 160 dagen, aldus Van der Sluijs, waardoor ze het grootste deel van het groeiseizoen hun werking behouden. En als planten de middelen al afbreken, kunnen er metabolieten ontstaan die nog giftiger zijn voor insecten.

Andere oorzaken

Amerikaans vuilbroed betekent een gewisse dood voor een volk, maar volgens Jeroen Horstmans van de Nederlandse Bijenhouders Vereniging zijn uitbraken daarvan relatief zeldzaam. Door goede hygiënemaatregelen kunnen imkers de sporenvormende bacterie goed in bedwang de houden.

Directe straling van mobiele telefonie zou bijen volgens de Indiase onderzoeker Sainudeen Pattazhy dusdanig desoriënteren dat ze hun kast niet meer kunnen terugvinden. Dit zou vervolgens leiden tot een snelle dood van het volk. Een onderliggende wetenschappelijke publicatie dook tot dusverre niet op. Tjeerd Blacquière kent wel een Duits onderzoek waaruit bleek dat bijen in de nabijheid van een draadloze telefoon na het foerageren minder goed thuiskwamen. ‘Maar dat heeft niemand kunnen repliceren.’

Het gaat goed met de natuur in Nederland, toch baart het aantal drachtplanten voor honingbijen de experts zorgen. Het voedselaanbod op ’s lands akkers blijft namelijk te eenzijdig. Van der Sluijs: ‘In een bloeiend maïsveld kunnen bijen heel veel pollen vinden, maar als na een paar weken de bloei voorbij is, is het een woestijn voor ze.’ Bovendien, weet Blacquière, is maïspollen geen optimale voedingsbron voor bijen: ‘Mensen doen vaak alsof bijen precies weten welk voedsel het beste voor ze is. Dat is helemaal niet waar: ze eten gewoon het pollen dat het makkelijkst bereikbaar is. Uit Frans onderzoek is gebleken dat volken zich soms wel tot 80 procent met maïspollen voedden.’ Een beetje maïspollen is niet erg voor bijen, legt hij uit, maar omdat het een paar essentiële aminozuren mist, moeten ze wel hun dieet aanvullen met andere pollensoorten om niet te verhongeren. Bovendien bevat maïspollen relatief weinig eiwit. Een beter akkerrandenbeleid, zoals al ingezet door LNV-minister Verburg, zorgt voor meer diversiteit en verlengt de duur van het bloeiseizoen, en is dus gunstig voor bijen.

De microsporied Nosema ceranae is een soort schimmelinfectie die vaak gevonden wordt in bijenvolken getroffen door de verdwijnziekte. Nosema kan bijen binnen acht uur het leven kosten. Evenals Varroa is de parasiet afkomstig van de Aziatische honingbij en overgestapt op de Europese honingbij. In 2007 werd Nosema voor het eerst in Nederland aangetoond.

De vergrijzing van imkers in Nederland, ten slotte, zorgt niet voor dode bijenvolken, maar kan op den duur wel het einde van de sector betekenen. Jeroen Horstmans ziet echter een opleving in het aantal nieuwe imkers. ‘Bijenhouden is bij uitstek iets wat je gaat doen als je wat meer tijd krijgt. De vergrijzing van de Nederlandse bevolking is wat dat betreft juist gunstig voor ons.’ En misschien, gokt Blacquière, komt er binnenkort wel weer een imkerhype. ‘Volkstuinieren is ook opeens hip geworden; die dingen kunnen raar lopen.’

De gevolgen van de introductie in Frankrijk bleken desastreus voor bijen, aldus Van der Sluijs: de honingproductie in gebieden waar het middel werd toegepast, ging sterk omlaag en imkers merkten dat hun bijen vreemd gedrag gingen vertonen. Ze bewogen zich trillend, hun dansen waren verstoord en er was een sterk verhoogde volkssterfte.

Uiteindelijk verbood de Franse overheid imidacloprid bij de teelt van zonnebloemen en maïs. Ook in andere Europese landen is het middel voor bepaalde teelten verboden. In Nederland is dat niet het geval: het gebruik van neonicotinoïden vertienvoudigde tussen 1995 en 2004. De afgelopen jaren heeft het College Toelating Gewasbeschermingsmiddelen en Biociden de toelating van imidacloprid opnieuw verruimd: een groot deel van de akker- en tuinbouwgewassen mag er nu mee behandeld worden.

Van der Sluijs is het met deze toelating niet eens. De beoordeling van de risico’s gebeurt nog op basis van criteria die zijn opgesteld voor niet-systemische middelen, vertelt hij. ‘Dat is niet meer bruikbaar. De toelatingsinstantie erkent dat de huidige toelatingstests niet garanderen dat systemische middelen veilig zijn voor bijen. Er is toegezegd dat de procedure aangepast zal worden, maar dat gaat nog jaren duren. Er moet sneller iets gebeuren.’

Vooral vanuit de glastuinbouw komt het middel in ruime mate in het milieu terecht, weet Van der Sluijs. Hij laat tabellen en kaartjes zien met het aantal keren dat de oppervlaktewaternorm voor imidacloprid overschreden is. Het Westland en het gebied rond Aalsmeer springen eruit: op veel plekken is de norm er met een factor van duizenden overschreden. Dan de percentages bijensterfte in 2008: ook hier zijn Zuid-Holland en Flevoland koplopers, met een volkssterfte van rond de 50 procent.

De associatie is overduidelijk en komt ook naar voren uit andere onderzoeken, vertelt Van der Sluijs. Ook blijkt het verband uit Duitse en Franse praktijkvoorbeelden. In het Duitse Baden-Württemberg stierven in 2008 twaalfduizend bijenvolken door een verkeerd toegepaste neonicotinoïde op zaden van chemieconcern Bayer. Het bedrijf betaalde een schikking, overigens zonder schuld te bekennen. Wetenschappers stelden achteraf wel vast dat het insecticide de oorzaak was van de sterfte.

Wel is het ook hier moeilijk om een direct causaal verband tussen volkssterfte en insecticiden te leggen. ‘De werkzame concentratie van de middelen is zo laag dat je duur parts per billion onderzoek moet doen om aan te tonen of een bij eraan gestorven is’, aldus Van der Sluijs. Bovendien zijn er ook binnen de gebieden waar veel neonicotinoïden worden gebruikt, altijd imkers met weinig sterfte. Dat wijst erop dat er meerdere factoren een rol spelen bij de bijensterfte, denkt Van der Sluijs. Twee factoren kunnen bijvoorbeeld elk afzonderlijk geen verhoogde volkssterfte geven, terwijl dat wel zo is als ze tegelijkertijd optreden. De gelukkige imkers hebben misschien een gevarieerder pollenaanbod in de buurt en daardoor gezonde, goed doorvoede volken met weinig infecties. ‘Die kunnen een stootje hebben.’

Bij mieren is aangetoond dat blootstelling aan neonicotinoïden de vatbaarheid voor plagen met een factor tienduizend verhoogt. Neonicotinoïden worden gebruikt in mierenlokdozen met een dosering die zo gekozen is dat mieren er niet acuut aan dood gaan, maar het gif meenemen naar het nest. Daardoor verzwakt het nest en sterft uiteindelijk het hele volk aan ziekteverwekkers. Bij honingbijen verwacht Van der Sluijs een vergelijkbaar verband.

Varroa is bijvoorbeeld al vijfentwintig jaar aanwezig in Nederland, maar pas de laatste zes jaar slaat de mijt keihard toe, precies de periode dat het gebruik van neonicotinoïden explosief steeg. Een direct verbod op de middelen is wat hem betreft dan ook hard nodig. ‘Tachtig procent van de planten op aarde is afhankelijk van bestuivers voor de voortplanting en evolutie, doordat insecten bestuiving over grote afstanden mogelijk maken. En 35 procent van wat we eten is afhankelijk van bijen en andere bestuivers, veevoer meegerekend. In China worden perenbomen in bepaalde regio’s al handmatig bestoven. Daar gaan ze twaalf keer per jaar met een gifspuit over de boomgaarden heen: dan houd je niet veel bijen over.’

woensdag 21 juli 2010   

Het mysterie van de bijensterfte

Het gaat slecht met de honingbijen in Europa en de Verenigde Staten. Elk jaar neemt de wintersterfte flink toe. Hoe dat komt is onduidelijk. Er zijn wel een aantal hoofdverdachten. Waarschijnlijk is de toegenomen bijensterfte het gevolg van een combinatie van factoren.

In 2009 tekenden ruim 40.000 bezorgde Nederlanders de petitie ‘Stop de bijensterfte’. In navolging op die petitie richtten de initiatiefnemers begin april de Bijenstichting op. Via dergelijke acties willen zij het onderwerp bijensterfte hoog op de politieke agenda zetten. En dat lijkt hard nodig.

De honingbij is belangrijk voor onze voedselvoorziening. Hij bestuift ongeveer 80 procent van alle geteelde voedselgewassen. Appelen, kersen en amandelen – om maar een paar voorbeelden te noemen – zouden zonder hulp van bijen nooit in de supermarkt liggen. Die nuttige bestuiving maakt dat de honingbij in Nederland een economische waarde van een miljard euro per jaar vertegenwoordigt. Maar het gaat slecht met de bijen. In ons land steeg de gemiddelde wintersterfte de afgelopen jaren van 10-15 procent naar 15-26 procent. En in andere Europese landen en de Verenigde Staten zijn de cijfers al niet veel beter.

Bijenkast

In een gezonde kolonie vliegen bijen af en aan. Björn Appel, Wikimedia Commons

Verdwijnziekte

Elke winter sterft een deel van de bijenvolken door voedseltekort of de dood van de koningin. Dat is niet meer dan normaal. Sinds een aantal jaar speelt ook de mysterieuze ‘verdwijnziekte’ Colony Collapse Disorder een belangrijke rol in de wintersterfte. Bij dit vreemde verschijnsel is de koningin aanwezig, en is de bijenkast rijkelijk gevuld met voedsel en broed. Toch vindt de imker in het voorjaar alleen dode volwassen bijen terug. In sommige gevallen is de bijenkast zelfs compleet verlaten en lijken de bewoners in het niets te zijn verdwenen.

Inmiddels is deze ‘verdwijnziekte’ onderwerp van veel wetenschappelijk onderzoek, zowel in Europa als in de Verenigde Staten. Verschillende oorzaken worden genoemd. Maar dé oorzaak – als die al bestaat – is nog niet gevonden. Wel hebben wetenschappers ondertussen een aantal hoofdverdachten op het oog. In dit artikel zet Kennislink die verdachten voor je op een rijtje.

Varroamijt

In de jaren tachtig van de vorige eeuw introduceerden imkers de Europese honingbij in gebieden waar ook zijn Indische broertje voorkomt. Dat hadden ze misschien beter niet kunnen doen. Het gaf de – inmiddels beruchte – parasiet Varroa destructor de mogelijkheid zijn leefgebied flink uit te breiden. En daar heeft de varroamijt dankbaar gebruik van gemaakt. Eind 2009 waren alleen bijenkolonies in Australië nog veilig voor de bloedzuigende parasieten.

De vrouwelijke varroamijt leeft op volwassen bijen, maar is voor de voortplanting afhankelijk van broed in de bijenkast. Iedere bijenlarve heeft zijn eigen broedcel. In het begin zijn die cellen open, maar op een gegeven moment worden ze afgesloten. Vlak voordat zo’n broedcel op slot gaat, verplaatst de varroamijt zich van de volwassen bij naar het broed. Zestig uur na het sluiten van de cel legt zij een eerste, onbevrucht eitje. Daaruit ontstaat een mannetje. Vervolgens produceert het vrouwtje nog een aantal bevruchte eitjes. De vrouwelijke mijten die daaruit ontstaan, paren met het mannetje. Seks tussen broer en zus dus.

Varroa

De parasiet Varroa destructor op een volwassen bij. De varroamijt draagt vaak schadelijke virussen bij zich waar honingbijen aan kunnen sterven. Wikimedia Commons

Als de bijenlarve uitgegroeid is tot een jonge bij, verlaat hij de broedcel. De mannelijke mijt en onderontwikkelde vrouwelijke mijten blijven achter en sterven. De rest van de nakomelingen lift met de jonge bij mee, op zoek naar nieuwe slachtoffers.

Schadelijke virussen

Op zich heeft de honingbij weinig last van de varroamijt. Geïnfecteerde bijenlarven hebben een lager startgewicht en een iets kortere levensduur dan gezonde bijen. Maar van dat beetje bloed dat de mijt wegzuigt, sterven ze niet direct. Het grote probleem is dat de parasiet ook de samenstelling van afweerstoffen in het bloed verandert. Daardoor is een geïnfecteerde bij extra vatbaar voor allerlei infectieziekten. Tot overmaat van ramp draagt de varroamijt zelf vaak schadelijke virussen bij zich.

Het meest bekend is het Deformed Wing Virus. Dit virus veroorzaakt vervormingen aan de vleugels en het achterlijf van geïnfecteerde bijen. Die vervormingen kunnen zo ernstig zijn dat de bij verlamd raakt. Een ziek slachtoffer wordt meestal door zijn soortgenootjes uit de bijenkast verdreven en sterft dan binnen 48 uur.

Schimmelinfectie

Een tweede verdachte is de parasitaire schimmel Nosema ceranae. Net als de varroamijt komt ook deze ziekteverwekker oorspronkelijk alleen voor bij de Aziatische honingbij. De schimmel produceert langlevende sporen die de bij binnenkrijgt via zijn voedsel of drinkwater. De sporen verplaatsen zich door de slokdarm en de honingmaag naar de middendarm om daar te ontkiemen. Ontkiemde sporen dringen de darmcellen binnen en zorgen zo voor een sterke vermeerdering van de parasiet. Dat belemmert de darmfunctie. Een besmette bij sterft uiteindelijk van de honger of doordat zijn darm letterlijk uit elkaar knapt.

Waarom is de Europese honingbij zo gevoelig voor Aziatische parasieten? Een van de redenen is dat de varroamijt en Nosema ceranae nog maar relatief kort in het westen aanwezig zijn. Bijen hebben nog niet de kans gehad een mechanisme te ontwikkelen waardoor zij een infectie kunnen overleven. Daarnaast speelt volgens sommige wetenschappers het voedselaanbod een belangrijke rol. De meeste honingbijen moeten zich redden met een beperkt aantal plantensoorten. Daardoor missen zij bepaalde eiwitten die hard nodig zijn om het afweersysteem op peil te houden.

Bij_bestuiving

Bijen zijn belangrijk voor de bestuiving van onze voedselgewassen en moeten het daardoor vaak doen met een eenzijdig dieet. Dat maakt ze vatbaar voor infectie met parasieten als de varroamijt en Nosema ceranae. Alvesgaspar, Wikimedia Commons

Bestrijdingsmiddel

Het bestrijdingsmiddel imidacloprid is de laatste hoofdverdachte in het mysterie van de toegenomen bijensterfte. Zaden van onder andere maïs en zonnebloemen worden met dit middel gecoat. Plaaginsecten die van deze zaden eten, sterven direct. Imidacloprid blijft echter niet alleen rond de zaden zitten, het gif verspreidt zich naar alle cellen van de plant. Zo krijgen bijen die zich voeden met nectar en pollen ook wat van het bestrijdingsmiddel binnen.

Imidacloprid grijpt aan op het zenuwstelsel van de honingbij. Dat heeft gevolgen voor het leervermogen en de oriëntatie. De bij maakt bijvoorbeeld alleen nog maar trillende bewegingen of heeft de grootste moeite om de karakteristieke bijendans uit te voeren. Verlaat zo’n gedesoriënteerde bij zijn kast dan beginnen de problemen pas echt. Hij zal hopeloos verdwalen en is ten dode opgeschreven.

Voor wetenschappers is het lastig dé oorzaak van de toegenomen bijensterfte aan te wijzen. Tegen alle hierboven genoemde verdachten is bewijs gevonden, maar dat bewijs is zelden waterdicht. Zo zijn sommige kolonies die met de varroamijt geïnfecteerd zijn compleet gezond. En in gebieden waar veel met imicloprid bestreden wordt, gaan lang niet alle bijen dood. Waarschijnlijk is de toegenomen bijensterfte dan ook het gevolg van een combinatie van factoren.

Bronnen

  • Dennis van Engelsdorp e.a. Colony Collapse Disorder: a descriptive study PLoS one 4(8): 1-17, augustus 2009
  • Francis Ratnieks en Norman Carreck Clarity on honey bee collapse? Science 327: 152 – 153, januari 2010

Zie ook:

Dossier over bijensterfte (Wageningen Universiteit)
Cijfers van bijensterfte in verschillende landen

°

Moord op de honingbij

ZEMBLA  //15 maart 2011

 Zonder bijen geen groenten, geen noten, geen chocolade, geen koffie en geen fruit. De honingbij is als bestuiver een onmisbare schakel in de voedselketen…

De massale en wereldwijde bijensterfte is een grote bedreiging voor onze voedselvoorziening. Zonder bijen geen groenten, geen noten, geen chocolade, geen koffie en geen fruit. De honingbij is als bestuiver een onmisbare schakel in de voedselketen. Met de komst van zeer agressief landbouwgif, dat werd ingezet tegen luis en plaaginsecten, verdwenen ook de bijen. Onafhankelijke wetenschappers en imkers zien een relatie tussen het gif en de bijensterfte. De industrie die miljarden verdient met de verkoop van het landbouwgif ontkent dat. ZEMBLA over de controverses rond de bedreigde honingbij.

Van alle Europese landen heeft Nederland de grootste bijensterfte. Natuurbeheerders maken zich grote zorgen over de gevolgen die dit heeft voor onze voedselketen. Wetenschappers en imkers uit de hele wereld zien landbouwgif als de belangrijkste oorzaak van de sterfte. De producenten van dit middel ontkennen ieder causaal verband. In Nederland ziet de belangrijkste adviseur van de overheid op dit gebied, Wageningen Universiteit en Research-centre (WUR), de pesticiden ook niet als grootste probleem van de bijensterfte. Vanwege de grote economische belangen is een verband tussen de dood van de bijen en het gebruik van het landbouwgif een gevoelig onderwerp

http://www.uitzendinggemist.nl/afleveringen/1321345

 

Pesticiden

  29 maart 2012

– Pesticiden kunnen de oorzaak zijn van de dramatische sterfte onder bijen en hommels.

Dat bevestigen twee onderzoeken in vakblad Science donderdag. Boosdoeners zijn insecticiden die in talrijke landen worden gebruikt.

Franse wetenschappers ontdekten dat bijen verdwalen door het middel thiamethoxam. De diertjes vinden de weg terug naar hun volk niet meer. Van de dieren die in contact kwamen met het insecticide stierven er twee à driemaal zo veel als de andere, zonder contact met gif.

Het nationale instituut voor landbouwonderzoek in Avignon had daartoe kleine zendertjes aangebracht op de bijen.

 

Een Schots team merkte dat de hommels bijna uitgeroeid waren na een behandeling met insecticiden. Dave Goulson van de Schotse universiteit in Stirling had hommelvolken behandeld met het middel imidacloprid. Na 6 weken bleek dat ze 85 procent minder koninginnen hadden voortgebracht dan een andere volkeren.

Het aantal koninginnen bepaalt het aantal nieuwe nesten in de komende winter. ‘‘Enkele hommelsoorten zijn enorm verminderd. Bijvoorbeeld in Noord-Amerika zijn veel soorten min of meer van het continent verdwenen”, schrijft Goulson. In Groot-Brittannië zijn al drie soorten verdwenen.

De bijen en hommels kampen ook met andere problemen. De agressieve varroamijt bijt zich aan de insecten vast met dramatische gevolgen. Door de milde temperaturen van het voorbije jaar waren de mijten erg lang actief en versterkten zij de bijensterfte.

In Duitsland zijn afgelopen winter circa 300.000 bijenvolken gestorven. Dat heeft veel gevolgen voor de landbouw, waar de bijen nodig zijn voor het bestuiven van gewassen.

 

Pesticiden doen bijen verdwalen en verzwakken hommels

 30 maart, 2012 –EOS

Twee studies in het vakblad Science tonen aan hoe pesticiden bijen en hommels kunnen schaden.

Dat het niet goed gaat met de bij, is bekend. Vooral de zogenoemde bijenverdwijnziekte, waarbij hele bijenvolken plots sterven, baart wetenschappers zorgen. Mogelijk oorzaken van de achteruitgang zijn parasieten, ziektes, het verdwijnen van voor bijen belangrijke bloemenweiden en pesticiden. Wat de impact van die laatste precies is, is echter nog niet helemaal duidelijk.

Franse wetenschappers onderzochten het effect van thiamethoxam op het vlieggedrag van bijen. Thiamethoxam behoort tot de groep van de neonicotinoiden, insecticiden die op grote schaal worden gebruikt om planten tegen vraat te beschermen. De onderzoekers rustten twee groepen bijen uit met een zendertje en stelden één daarvan bloot aan een realistische dosis van het insecticide. Ze stelden vast dat de dieren die met het insecticide in contact waren gekomen, een twee tot drie keer grotere kans hadden om niet naar de kolonie terug te keren. Dat kan er volgens de onderzoekers toe leiden dat het aantal dieren in een kolonie in die mate afneemt, dat herstel moeilijk is en de kans op het instorten van de kolonie vergroot. Aangezien neonicotinoiden ingrijpen op het centrale zenuwstelsel van insecten, vermoedden de wetenschappers dat ze het navigatiesysteem van de bijen verstoren.

Britse onderzoekers gingen na wat de impact is van imidacloprid – een van de vaakste gebruikte neonicotinoiden – op hommels. Ze stelden de dieren bloot aan dosissen waarmee ze ook in het wild in aanraking komen en bestudeerden de kolonies. Die bleken op het einde van het experiment minder te wegen dan controlekolonies. Ze bevatten ook minder koninginnen, die na de winter nieuwe kolonies stichten.

Dat insecticiden schadelijk zijn voor bijen, tenslotte ook insecten, lijkt logisch. ‘Het probleem met neonicotinoiden is dat ze toxisch lijken te zijn bij heel lage dosissen,’ zegt Dave Goulson, die meewerkte aan het hommelonderzoek. ‘Bovendien zijn het zogenoemde ‘systemische’ stoffen: zaden worden erin gedopt, waarna de stof zich in de hele plant, en dus ook in nectar en pollen verspreidt.’ Volgens Goulson en zijn collega’s is het daarom verstandig om alternatieven te ontwikkelen voor het gebruik van imidacloprid – dat nu in 120 landen op 140 gewassen wordt gebruikt – en andere neonicotinoiden.

14 mei 2012 — door Sebastian Ippolito

Bijen in 't stad

Gefotografeerd door Tim Demel

De laatste jaren geven bijen in massale getale de pijp aan Maarten. Bijna de helft van de honingbijvolken sterft jaarlijks. Er zijn allerlei oorzaken aan te wijzen.

De hoofdoorzaak is een regelrechte hongersnood. Door monocultuur in de landbouw en overgereguleerde tuinen en bermen zijn er te weinig bloemen en een te kleine variatie aan bloemen. Daarnaast tast de varoamijt (varroa destructor) bijenvolken sterk aan. De jonge mijten van deze hardnekkige parasiet voeden zich met de larven van de honingbij. Deze larven groeien dan uit tot zwakkere of misvormde bijen.

Ook infecties, pesticiden, andere parasieten en algemene milieuvervuiling spelen een rol in de sterke achteruitgang van bijen.

Een groep bijensoorten, passend ‘koekoekbijen’ gedoopt, parasiteert zelf op andere bijen doordat hun larven het voedsel van andere bijenlarven opeten.

In de stad spelen nog andere factoren mee. Er is sprake van nog meer habitatversnippering. De maximale overbrugbare foerageerafstand van solitaire bijen varieert immers tussen enkele honderden meters en een kilometer, naargelang de soort. Honingbijen hebben daarentegen een actieradius van enkele kilometers en doen het in steden niet slechter dan op het platteland. De nestmogelijkheden voor solitaire bijen zijn ook veel beperkter in de stad dan elders.

Solitaire bijen zijn minstens even belangrijk voor het ecosysteem als honingbijen, want ze zijn veel betere bestuivers dan honingbijen.

Bijzondere onderzoeken

Wetenschappers nemen zulke ontwikkelingen natuurlijk serieus. Bijen zijn zoals bekend noodzakelijk voor talloze plantensoorten en voor een groot deel van onze voedselproductie: vijftien tot dertig procent hangt rechtstreeks af van bestuivers zoals de bij. Vermits bijen nodig zijn voor het overleven van hun eigen voedsel is er sprake van een wel bijzonder negatieve spiraal. Ook aan de UGent en de rest van Gent lopen verschillende projecten en onderzoeken om deze veranderingen in kaart te brengen en het tij te doen keren.
Het Laboratorium voor Zoöfysiologie heeft de voorbije jaren verscheidene onderzoeken gedaan.

Een daarvan is het solitaire bijenproject onder leiding van toenmalig doctoraatsstudent Dries Laget. Dit onderzoek poogde de populaties van de verschillende wilde bijensoorten in het Gentse in kaart te brengen. Dat deden ze door nestkastjes te verspreiden en vervolgens de nestende bijen te observeren. Deze nestkastjes werden op maat gemaakt voor de verschillende soorten solitaire bijen die nestelen in natuurlijke houtholtes, murengaten, enzovoort. Om dit na te bootsen werden de nestkastjes gebouwd met buisjes met een diameter van twee tot twaalf mm. Tussen die twee extremen in liggen de groottes die verkozen worden door de verschillende bijensoorten. Ongeveer een derde van de solitaire bijen nestelt op deze manier, het grootste deel daarentegen graaft zelf holtes ondergronds. Die soorten konden met dit onderzoek niet in kaart worden gebracht. Ook heeft het Labo voor Zoöfysiologie het Informatiecentrum voor bijenteelt opgericht. Dit centrum bestaat al meer dan dertig jaar en staat tegenwoordig onder leiding van professor Dirk de Graaf. Op basis van de onderzoeken aan de universiteit van Tübingen stelden ze een zaadmengsel samen waarvan de bloemen achtereenvolgens van april tot oktober bloeien. Door dit mengsel te gebruiken, vallen de bijen dus nooit zonder voedsel. Een laatste project van het Labo voor Zoöfysiologie, Beekeeping for Poverty Alleviation, staat onder leiding van prof. Frans Jacobs. Dit project leert studenten uit ontwikkelingslanden hoe honingbijen te houden en hoe de bijenproducten — naast honing leveren bijen onder andere was en koninginnengelei — te gebruiken en te verspreiden.

Verbijsterende projecten

Ook de stad draagt zijn steentje bij. De groendienst en Natuurpunt Gent houden rekening met de beestjes. Bij het onderhoud van parken, natuurgebieden en groene ruimtes worden geen pesticiden gebruikt. Bovendien houden ze rekening met bloeitijden in het maaibeheer. Ook worden nestelplaatsen gevormd door delen van rietkragen niet te maaien. Aan de Blaarmeersen en in de Bourgoyen staan zelfs regelrechte beestenmuren om de bijtjes te ondersteunen.

Als er ook maar één reden is om de bijen te redden — naast de overduidelijke ‘anders gaan we allemaal dood’ — is het wel de honing. Het zijn de imkers die ervoor zorgen dat die honing uit de bijenkasten en in onze voorraadkasten belandt. De toenemende bijensterfte van de laatste jaren maakt deze meestal als hobby uitgeoefende activiteit alleen maar moeilijker.

http://news.bbc.co.uk/2/hi/americas/6438373.stm
http://www.newscientist.com/channel/life/dn11183-mystery-illness-devastates-honeybee-colonies.htm
http://www.celsias.com/blog/2007/03/29/european-bees-taking-a-nosedive/

Bijen sterven uit 

( het zijn trouwens niet alleen de  honingbijen ook de hommels en de wilde (niet sociale )bijen  sterven in toenemende mate uit )

http://news.bbc.co.uk/1/hi/sci/tech/1314012.stm
http://www.well.com/user/davidu/extinction.html
http://www.amrozayed.com/YUReleaseZP05.htm
http://www.telegraph.co.uk/news/main.jhtml?xml=/news/2007/03/14/wbees14.xml
http://allafrica.com/stories/200703231010.html
http://www.allheadlinenews.com/articles/7006587883
http://gliving.tv/news/wild-bees-face-extinction/
http://dsc.discovery.com/news/2007/02/05/bees_ani.html?category=travel&guid=20070205144500

Mass extinction 
http://www.well.com/user/davidu/extinction.html


De natuur heeft tot nu toe altijd het vermogen gehad, juist door de dynamiek van het uitsterven van soorten, om voor prima vervangers te zorgen.
Missschien moet de mens dit leren, zo milieu vriendelijk leven maar ook de betrekkelijkheid leren inzien van het bestaan.
Trouwens de bijen zijn  niet de enige bestuivers ; vlinders

(schijnen ook uit te sterven )  , zweefvliegen , mieren( die trouwens juist schijnen toe te nemen )  doen dat ook ….

Alles hangt veel meer aan elkaar dan we vermoeden.
Het komt erop neer dat de mens is kunnen worden tot wat hij nu is, doordat de evolutie nu eenmaal zo gelopen heeft.
Dat wil zeggen dat bepaalde dieren op bepaalde momenten het juiste voedsel hadden.
Voor de ene soort is dat fruit, voor de andere planten, voor de andere vlees. En dat is nu nog steeds zo.
Op het einde van het krijt was het koud en hadden hoofdzakelijk de bedektzadigen overlevingskans.
En dit door hun goede ‘samenwerking’ met insecten.
En voor de eerste zoogdieren diende dit fruit en planten tot voedsel.
Voldoende aanwezigheid van geschikt voedsel was en is dus een vereiste.
Ook zorgen deze bedektzadigen voor wat kleur in de wereld. Leuk toch ?
Waarmee ik gewoon wil zeggen dat die op het eerste zicht vervelende insecten wel degelijk hun nut hebben.
Soms ook een nadeel, denk maar aan de malariamug of de tsee-tsee vlieg.
En uiteraard gaat een mug in mijn slaapkamer er zonder pardon aan.
Parasiet ?

Het hoge sterftecijfer van honing-bijen volken (overal op deze wereld ) wordt voornamelijk toegeschreven aan de snelle verspreiding van de varroamijt, die de bijenstallen teistert.

De mijt, die in 1986 voor het eerst in Wallonië werd aangetroffen, komt nu overal voor.
Op dit moment worden meer dan negen actieve stoffen gebruikt om de bijenkorven te behandelen.
Studies tonen  aan dat er belangrijke verschillen bestaan wat betreft het sterftecijfer naargelang de aard en het aantal van
de gebruikte behandelingen.

De varroamijt, een bijenparasiet, zuigt bloed bij de volwassen bijen en legt haar eitjes in de cellen bij het broed.
Door het opzuigen van het hemolymfe worden de volwassen bijen verzwakt.
Door de ontstane wonden kunnen ziektekiemen binnendringen.
De levensduur kan daardoor tot de helft bekort worden.

De jonge mijten-larven  voeden zich in de cel met het hemolymfe van de pop.
Dit gaat ten koste van diens ontwikkeling. Uit de aangetaste broedcellen komen misvormde bijen, bijv. met een verkort achterlijf, vleugelstompjes of afwijkingen aan de poten. Door de kortere levensduur en het geringe aantal levensvatbare jonge bijen,
wordt het bijenvolk sterk verzwakt, zo sterk dat het ten gronde gaat, meestal binnen 3 jaar

http://nl.wikipedia.org/wiki/Varroamijt :
De belangrijkste manier van verspreiding gebeurt door de imker zelf:
door verwisseling van besmette raten, af het vrij laten rondvliegen, handel en import van bijenvolken en koninginnen.

http://nl.wikipedia.org/wiki/Honingbij :
De varroamijt is een parasiet van de Aziatische Apis cerana, die in de loop van de twintigste eeuw naar onze streken is gebracht.
De Apis cerana heeft een goede afweer tegen de varraomijt, maar de Apis mellifera (nog) niet.

Dus m.a.w. door het feit dat mensen met elkaar contact hebben  = LEVEN !
wat automatische deze hoge besmettingsrisico’s meebrengt

De mens heeft met ander woorden
zeer veel invloed op de voortgaande selektiedruk op de soorten 
( inclusief hun uitsterven door verspreiding van  pathogenen  )
Net zoals hij ook zorgt voor de verspreidng ( en nieuwe niches ) van en voor zijn eigen pathogenen 

Het is daarom  ook  onzin om te zeggen dat bijensterfte zeker niet  met ons te maken heeft.

Maar
sinds nog nooit iemand in de toekomst heeft kunnen kijken leven we in onzekerheid wat hier de uitkomst van zal zijn  , 
terwijl we graag zo doen alsof we alles onder controle hebben

“Vroeger hadden we een natuurlijke sterfte van 10 procent. Dat is de laatste jaren gestegen tot 20 procent en dit jaar hebben we in Vlaanderen te maken met een verlies van 50 procent,” zegt Filip Wouters van de Koninklijke Vlaamse Imkersbond. Frans is al meer dan 30 jaar hobby-imker. Hij verhuurt zijn kasten aan fruitboeren voor de bestuiving van de bloesems. Dit jaar heeft hij klanten moeten teleurstellen. “Ik heb gewoon te weinig beestjes over.” Er is de mysterieuze verdwijnziekte, het gebrek aan bloemen, het teveel aan pesticiden. Dat alles brengt het voortbestaan van de bij in het gedrang. En dat is ook slecht nieuws voor ons. Maar liefst 30 procent van onze voeding hebben we te danken aan de noeste arbeid van de bij. Voor Frans blijft het een hobby, maar wie er echt van moet leven, ziet zwarte sneeuw. “Het is een rampjaar en dat wordt de eerste jaren niet opgelost,” zegt René Vanisacker, imker van beroep. Het aantal imkers in spé daarentegen blijft stijgen. En stadsimkeren blijkt- hoe paradoxaal ook – populair. Vreemd genoeg doet de bij het iets beter in de stad dan op het platteland. Liesbeth Hiele houdt bijen op het dak van de Vooruit in Gent. “De buren zijn trots dat mijn bijen van hun balkonbloemetjes honing maken. Elk jaar is onze honing dan ook helemaal uitverkocht.” donderdag 3 mei 2012

vrijdag 19 april 2013
,Julio Godoy

Europese bijen sterven massaal

Europa wil weten waarom bijen massaal sterven – Dieren – De Morgen
°

Imkers en wetenschappers slaan alarm over de hoge sterfte onder Europese bijen. Ze zeggen dat de bijen het noorden kwijt raken door pesticiden en insecticiden.
Europese bijen sterven massaal – DeWereldMorgen.be//

bijen
(foto commons.wikimedia.org)

“We hebben massa’s dode bijen aangetroffen in de buurt van hun bijenkasten in bijna alle regio’s van Spanje, maar vooral in Valencia en Catalonië”, zegt José Luis González, verantwoordelijke voor de bijensector bij de Spaanse koepel van landbouworganisaties. In normale omstandigheden sterven elk jaar tussen 5 en 10 procent van de bijen. “Maar in Spanje zien we nu cijfers van 25 tot 30 procent.” Christopher Connolly, docent moleculaire genetica aan de Universiteit van Dundee (Schotland), ziet in Groot-Brittannië hetzelfde fenomeen. “Ik vrees dat het dit jaar verschrikkelijk wordt voor de bijen.”

Minder oriëntatievermogen

Het Franse Nationaal Instituut voor Landbouwonderzoek in het Franse Avignon deed een experiment met meer dan 650 bijen. De ene helft kreeg als voeding een suikeroplossing met een zeer lage dosis insecticide in, vergelijkbaar met de dosis waaraan ze normaal worden blootgesteld. De andere helft kreeg de oplossing zonder insecticide. Mickaël Henry en zijn team voorzagen de bijen van elektronische sensoren en lieten ze los op een kilometer van hun bijenkast. Bij de insecticide-groep lag het percentage bijen dat niet naar de kast terugkeerde, opvallend hoger. Het insecticide is “op zich niet dodelijk voor de bijen”, zegt Henry. “Het heeft een onrechtstreeks effect: het vermindert het oriëntatievermogen van de bijen aanzienlijk waardoor ze niet naar hun bijenkasten kunnen terugkeren, ook al is de radius relatief beperkt.”

Neonicotinoïden

Imkers, wetenschappers en milieuorganisaties stellen al jaren dat neonicotinoïden, bij de meest gebruikte pesticiden wereldwijd, een van de belangrijkste niet natuurlijke doodsoorzaken bij bijen vormen. “De negatieve gevolgen van pesticiden en insecticiden op bijen zijn veel groter dan de positieve gevolgen die aan deze chemische producten worden toegeschreven”, zegt Matthias Wüthrich, directeur van het internationaal bijenproject van Greenpeace. Een rapport dat Greenpeace vorige week publiceerde, identificeert zeven pesticiden die bijzonder schadelijk zijn voor bijen. “Bijen en andere bestuivers zijn van onschatbare waarde voor het milieubehoud, zodat we ze niet mogen laten sterven”, zegt Wüthrich. “De Europese Unie moet dringend maatregelen nemen en moet vooral meteen deze bijenmoordenaars definitief verbieden.”

Zeer gevaarlijke cocktail

In maart kreeg een voorstel om het gebruik van neonicotinoïden te verbieden geen meerderheid binnen de Europese Commissie. Volgens Connolly is het onmogelijk na te gaan wat het meest schadelijke pesticide is. “De landbouwers gebruiken honderden chemische producten en die vormen samen een zeer gevaarlijke cocktail.” Bijen en andere bestuivers zijn ook slachtoffer van andere milieuveranderingen, zoals de oprukkende monocultuur, die de variatie in hun voeding vermindert. “Een bij met een habitat die door koolzaad of maïs gedomineerd wordt, is zwakker dan een bij met een gevarieerde habitat”, zegt Connolly.

 https://www.facebook.com/permalink.php?story_fbid=513583765370289&id=300870346641633

Bijensterfte, honing en een virus

29 reacties      op mei 7, 2013

_67308613_bee_stress_624in

Het is eigenlijk een voor de hand liggend gegeven, maar ik las er kort geleden pas over. De honingbij produceert honing met de bedoeling deze vroeg of laat te eten. Maar in de industrie wordt de honing weggehaald en krijgen de bijen er suikerstroop voor in de plaats. Je kunt het eigenlijk wel verwachten dat er bijzondere stoffen in honing zitten die ten goede komen aan de gezondheid van de bij. Maar er is nu pas een wetenschappelijk artikel uitgekomen in PNAS dat laat zien dat honing meerdere stofjes bevat die specifiek detoxificerende genen tot uitdrukking laat komen. Deze stofjes komen ten goede aan de afweer tegen ziekteverwekkers maar ook tegen pesticiden.

Rond het verbod op drie neonicotinoiden, landbouwpesticiden die de bijensterfte zouden veroorzaken, is momenteel veel discussie. Er zouden behalve de neonicotinoiden wel eens veel meer oorzaken kunnen zijn voor de bijensterfte. Er wordt vaker gesproken van de varroamijt, schimmels, parasieten, virussen en verschillende andere mogelijke oorzaken. Het zou ook een samenloop kunnen zijn van al deze en meer factoren, waarbij de pesticiden de zieke bijen de nekslag geven. Dat er zoveel factoren meespelen is al langer bekend. Maar nu blijkt dat door het vervangen van honing door suikerstroop de bijen minder weerstand hebben, zou men wel eens dichter bij een oplossing kunnen komen. Het zou mooi zijn als alleen de overtollige honing weggehaald werd zoals men vroeger deed. Maar dan moet ook de vraag naar honing verminderen. Consumenten zouden daarom eigenlijk geen honing meer moeten kopen. Daar zouden de bijenstichting en andere organisaties wel degelijk voor kunnen vechten.

Een van de auteurs van het artikel in PNAS zei: “If I were a beekeeper, I would at least try to give them some honey year-round,” Professor Berenbaum said. “Because if you look at the history of Apis mellifera [European honey bees], this species did not evolve with high-fructose corn syrup. It is clear that honey bees are highly adapted to consuming honey as part of their diet,” she said. Er werd kort geleden in een blogartikel geopperd dat de verminderde weerstand van de bijen ook te wijten zou kunnen zijn aan een virus dat immunodeficientie zou veroorzaken. Er is geen enkele aanwijzing voor dat een dergelijk virus bestaat, maar het zou een hoop kunnen verklaren. Er bestaan wel verschillende bijenvirussen waarvan enkele met CCD te maken zouden kunnen hebben, maar de tests laten zien dat oorzaak en gevolg niet duidelijk zijn in deze gevallen. Dat er immunodeficientie ten grondslag ligt aan CCD is, zoals het gebrek aan honing als voedsel laat zien, niet nieuw. Daarbij zou het behalve om gebrek aan honing om “stress” gaan. Maar er wordt ook geopperd dat het om besmettingen kan gaan en daarbij om ziekteverwekkers die besmettelijk zijn. De auteur van het blogartikel Yanega schrijft dat men al langer weet van de bijensterfte die veel verschillende namen kreeg in het verleden. Reeds sinds 1869 was er af en toe sprake van grootschalige bijensterfte. Het bestaan van een HIV maar dan voor bijen, ofwel een BIV, zou veel kunnen verklaren. Yanega stelt in ieder geval voor er naar te zoeken. h/t Maureen Baartman

°

NatuurWetenschap , , , , , , , , , , ,

Two widely used neonicotinoids — a class of insecticide — appear to significantly harm honey bee colonies over the winter, particularly during colder winters, according to a new study.
Credit: © Dmytro Smaglov / Fotolia
Link between insecticides and collapse of honey bee colonies strengthened
May 9, 2014
Harvard School of Public HealthSummary:
Two widely used neonicotinoids — a class of insecticide — appear to significantly harm honey bee colonies over the winter, particularly during colder winters, according to researchers. The study replicated a 2012 finding from the same research group that found a link between imidacloprid and Colony Collapse Disorder, in which bees abandon their hives over the winter and eventually die. The new study found low doses of a second neonicotinoid, clothianidin, had the same negative effect.

°

Wetenschappers ontdekken(een) oorzaak massale bijensterfte

29/07/13 – 15u40  Bron: Reuters, Quartz, Trouw
Een ‘heksenbrouwsel’ van pesticiden en schimmelbestrijdingsmiddelen zorgt ervoor dat de bijen minder of niet meer resistent worden tegen een dodelijke parasiet. © photo news.
 
Onderzoekers van de University of Maryland en het Amerikaanse ministerie van Landbouw hebben ontdekt wat de(= een)  oorzaak van de massale bijensterfte is. De sterfte van honingbijen kan desastreuze gevolgen hebben omdat de insecten in de Verenigde Staten alleen al 130 verschillende gewassen bevruchten.Die hebben een waarde van 15 miljard dollar. Het tijdelijke verbod dat de Europese Unie uitvaardigde tegen pesticiden van het type neonicotinoïden zou volgens de nieuwe ontdekking slechts een pleister op een houten been zijn.De massale bijensterfte in de VS blijkt immers te wijten aan een ‘heksenbrouwsel’ van pesticiden en totnogtoe onschuldig geachte schimmelbestrijdingsmiddelen.

De wetenschappers hebben geïdentificeerd welke cocktail van pesticiden en schimmelbestrijdingsmiddelen (fungiciden) de bijen schaadt door stuifmeel van verschillende gewassen (amandelen, appel, cranberry, watermeloen, pompoen, komkommer en blauwe bessen) aan gezonde bijen te voeren.Niet meer resistent tegen parasiet
Gemiddeld waren de gewassen bespoten met negen verschillende bestrijdingsmiddelen. Op één gewas ontdekten de wetenschappers maar liefst 21 chemicaliën. De combinatie van bestrijdingsmiddelen zorgt ervoor dat de bijen minder of niet meer resistent zijn tegen de parasiet Nosema ceranae, waardoor ze sterven.De gevaarlijke bestrijdingsmiddelen zijn onder meer de fungiciden chlorothalonil en pyraclostrobin en de insecticiden fluvalinate en amitraz. Het onderzoek is gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift PLOS One.http://en.wikipedia.org/wiki/Chlorothalonilhttp://www.inchem.org/documents/ehc/ehc/ehc183.htmFile:Pyraclostrobin.png

File:Fluvalinate structure.svg

De parasiet nosema ceranae werd in eerder onderzoek al in verband gebracht met Colony Collapse Disorder, het sterven van hele bijenvolken in één keer. De voorbije zes jaar zorgde Colony Collapse Disorder ervoor dat naar schatting 10 miljoen bijenkorven stierven, wat een waarde van 2 miljard dollar vertegenwoordigt.

File:Amitraz skeletal.svg

http://en.wikipedia.org/wiki/Nosema_ceranae

http://www.wageningenur.nl/nl/Expertises-Dienstverlening/Onderzoeksinstituten/plant-research-international/Over-Plant-Research-International/Organisatie/Biointeracties-Plantgezondheid/Bijen/Onderzoek-voorlichting-en-service/Bijengezondheid/Bijenziekten/Nosema.htm

nosema

Foto: Nosema Apis

The “Nosema Twins” – Part 1

Life cycle of Nosema apis

Life cycle of Nosema apis. The spore injects its contents into a gut epithelial cell, multiplies, and eventually causes the cell to burst and release the new spores back into the gut. Nosema can also reproduce “vegetatively” cell to cell. © Springer Life Sciences

Meer over bijenziekten

Lees ook

 
 SAMENGEVAT :  

De onderzoekers ontdekten dat fungiciden of schimmelbestrijdingsmiddelen nog schadelijker zijn dan pesticiden, bestrijdingsmiddelen die worden gebruikt tegen ziekte en ongedierte. Tot nu toe werd aangenomen dat fungiciden niet schadelijk waren voor bijen

In het nieuwe onderzoek van de University of Maryland is aangetoond dat een bepaalde combinatie van bestrijdingsmiddelen ervoor zorgt dat bijen besmet raken met de  parasiet  Nosema ceranae    en de besmetting zelf niet kunnen bestrijden.

De onderzoekers ontdekten dat fungiciden nog schadelijker zijn dan pesticiden (bestrijdingsmiddelen die worden gebruikt tegen ziekten en ongedierten). Tot nu toe werd aangenomen dat fungiciden niet schadelijk waren voor bijen omdat   het  middelen zijn ontwikkeld om schimmels te doden en geen insecten.

Niet door neonicotinoïden
De onderzoekers gaan er vanuit dat het niet de neonicotinoïden zijn, een nieuw genre zeer sterke bestrijdingsmiddelen, die verantwoordelijk zijn voor de bijensterfte. Het gaat om een combinatie van bepaalde pesticiden en fungiciden die de bijen via het stuifmeel consumeren. 

Ook op wilde bloemen
De wetenschappers ontdekten ook dat wilde bloemen, die in principe niet bespoten worden, besmet waren met de schadelijke bestrijdingsmiddelen. Bijen bestuiven ook deze bloemen.

“Dieseldamp”(1) verwart bijen op zoek naar voedsel

De maskering van bloemengeuren door dieselgassen misleidt bijen in hun zoektocht naar stuifmeel en nectar.

6 oktober 2013

Dat schrijven Engelse wetenschappers van de universiteit van Southampton deze week in Scientific Reports.

In hun onderzoek gebruikten de wetenschappers een artificiële mix van acht chemicaliën waarvan bekend is dat de koolzaadplant ze uitscheidt om insecten aan te trekken.

Bijen herkende de chemische mix als ware het een echte bloem.

Bloeiend koolzaadveld

Zodra de onderzoekers de acht chemicaliën echter mixten met dieseldamp verdween de herkenning door de bijen. De concentratie van de damp was net zo hoog als soms langs wegen wordt gevonden, waardoor de wetenschappers denken dat de dieseldampen ook in het veld er aan bij dragen dat de bijen het koolzaad niet meer kunnen vinden.

Geur

Opvallend was dat de dieseldamp niet alleen de geur van de bloemen maskeerde, maar er ook mee reageerde. Direct na het mixen werd de concentratie van zes van de acht stoffen lager, terwijl de overige twee stoffen zelfs helemaal verdwenen.

Waarschijnlijk reageert het  ” mono-nitrogen oxide (NOx) ”  uit  de dieseldamp met de moleculen, waardoor de stoffen afgebroken worden, zo stellen de onderzoekers.

°   http://en.wikipedia.org/wiki/NOx

Verdachte oorzaken

De dieseldampen(1) kunnen worden toegevoegd aan de lijst verdachte oorzaken van het zogenaamde Colony Collapse Disorder (CCD). Over de hele wereld sterven het afgelopen decennia bijenvolken, zonder dat wetenschappers de precieze oorzaak kunnen vinden.

Waarschijnlijk ligt de oorzaak er van in een mix van bestrijdingsmiddelen, mijten, verschillende ziektes en het gebrek aan voedseldiversiteit. Het effect van dieseldamp kunnen een extra factor zijn in dit rijtje oorzaken die bijdragen aan de sterfte.   (2)

(Door: NU.nl/Hidde Boersma)

(1)

°

(1)
NOx onstaat doordat stikstof uit de lucht in de verbrandingsmotor komt en reageert met zuurstof tot NOx ( een verzamelnaam voor diverse stikstofoxiden).

NOx komt overigens uit elke verbrandingsmotor, ongeacht de brandstof.

Diesel is ( was ) echter wel een bijzonder vervuilende brandstof ( –> pitch )

Wel een beetje vreemd dat ook hier weer de boel in dat artikel niet fatsoenlijk wordt onderbouwd. 

Ze koppen in met “DIESELDAMP ,”  blijkt het  uiteindelijk  om   STIKSTOFOXIDEN te gaan …. 
Stikstofoxiden worden door veel meer bronnen dan diesels uitgestoten, wat dacht je van industrie en benzinemotoren.
Het verschil tussen B en D motoren is ( ook financieel )nog maar minimaal, Euro VI: 0,06 en 0,08 g/km.

Zit er weer een of andere lobby achter die nadruk op DIESEL-damp ?

OPMERKING   –> lees het oorspronkelijke  document  : Scientific Reports.  —> Expliciet  is  Diesel exhaust gebruikt in de lab -experimenten  ….Best mogelijk dat er nog vervolgonderzoek komt met” andere”  branstof  ”  exhausts ”  

Abstract ” ….Honeybees utilise floral odours when foraging for flowers; we investigated whether diesel exhaust pollution could interrupt these floral odour stimuli. A synthetic blend of eight floral chemicals, identified from oilseed rape, was exposed to diesel exhaust pollution. Within one minute of exposure the abundances of four of the chemicals were significantly lowered, with two components rendered undetectable. Honeybees were trained to recognise the full synthetic odour mix; altering the blend, by removing the two chemicals rendered undetectable, significantly reduced the ability of the trained honeybees to recognize the altered odour.

FURTHERMORE  , we found that at environmentally relevant levels the mono-nitrogen oxide (NOx) fraction of the exhaust gases was a key facilitator of this odour degradation.

Such changes in recognition may impact upon a honeybee’s foraging efficiency and therefore the pollination services that they provide.  ….”

Het wordt dus   wél tijd dat we eindelijk ophouden met dat hopeloze verbranden van fossiele brandstoffen. 
De aarde gaat ervan naar de klote.

(2)
Het is een combinatie van verschillende oorzaken. 
–>Blijkt dus dat “dieseldamp “het de bij nog moeilijker maakt. 
—> Zoek eens bij Ted naar lezing over bijsterfte. 

—> Eén van de grote oorzaken van de sterfte onder de bijen is: monocultuur (het verbouwen van één soort gewas).
De rijke flora sortering langs de snelweg, (met bijen en hommels ) is een aanduiding ….. Dat er langs de wegen zo’n rijke sortering aan flora te vinden is komt niet door “vruchtbare” diesel of andere verbrandingsmotoren dampen, maar omdat het ingezaaid is en er een zorgvuldig maaibeheer plaats vindt met als doel deze planten te behouden. Kwestie van tuinieren dus. Waarom juist inzaaien in weg( en spoor)bermen?
Omdat dat de laatste stukjes grond zijn die nog niet door boeren gebruikt worden voor hun monocultuur.
°
@

Voor  degenen die beweren dat “er vroeger meer ( en nog vuilere ) diesel( en andere brandstof )  – dampen aanwezig waren en dat de bij toen nog wel zijn bestuivingswerk kon voortzetten of bezig waren aan uitsterven door die giftige dampen “ …..>

—> Hetgeen wat de onderzoekers hier in deze studie concluderen is dat voedselzoektochten worden verward door diesel en andere brandstof-dampen .
Dat zou vroeger ook zo zijn geweest, maar toen wist men dat nog niet.

Daarnaast zijn er andere factoren die een sterker invloed hebben op de verdwijning van de bij.

Zijn al geopperd  ;

° Bijen raken verward door al die elektromagnetische straling (gsm, UMTS wifi , hoogspanningskabels etc.) dat hun ingebouwde richtingsgevoel verstoord

°
Het zijn de nanoparticles ?  Nanoparticles zijn tot 1000x kleiner dan het fijnstof wat door het RIVM wordt gemeten. Nanoparticles zijn alleen met peperdure apparatuur te meten.

Nanoparticles komen vrij van verkeer, industrie, energiecentrales en vuilverbrandingen.
Nanoparticles zijn het negatieve side-effect van het steeds maar schoner proberen te maken van de uitstoot. Het middel is nu net zo erg als de kwaal geworden.

De nanoparticles zijn de oorzaak van de chronische ziekten, maar ook psychisch klachten worden erdoor veroorzaakt. Dit wordt niet herkend door de medische wetenschap. Nanoparticles zijn ook niet zichtbaar in bloedtests.

http://schafderenteaf.wordpress.com/

(antwoord )

—> Ik ben al ruim 10 jaar bezig met onderzoek naar nanoparticles , maar graag zou ik wel een onderbouwing willen zien van het aantal en type nanoparticles in lucht en hoe dit is veranderd met de tijd.

De zwarte rook van de oude diesel maakt je niet echt ziek.
Je loopt hooguit hoestend weg.
Het zijn de steeds meer verfijnde katalysatoren die het vuil hoofdzakelijk reukloos en onzichtbaar maken.
Je loopt er niet van weg omdat je het niet registreert—> Net als koolmonoxide dus zeer gevaarlijk.

Nanoparticles kunnen de huid en longen passeren, in de bloedbaan en de hersenen komen.

Bij mij is de bloedhersenbarriere wellicht beschadigd, waardoor ik er zeer gevoelig voor ben.

°(antwoord )

—>Als u bloedhersen barrière “wellicht” beschadigd is, heeft U wellicht niet lang meer voor dat u een infectie oploopt in uw hersenen.
Is deze beschadiging door u zelf vastgesteld ( = of is het een persoonlijke “gissing” ? ) , of door iemand met kennis op dit gebied ?

—->Daarnaast is het de wereldwijde toename van verkeer, industrie etc. wat tot gevolg heeft dat er wereldwijd steeds meer achtergrond vervuiling is.
Probleem is ook de stapeling van alle giffen en electromagnetische straling.
Alles bij elkaar is het een steeds grotere belasting van het immuun systeem.

°

LOBBIES   , ACTIES  en het openbare debat

°  

Europees deelverbod op neonicotinoïden

30 april 2013

De Europese Commissie heeft besloten om voor twee jaar een beperkt aantal toepassingen op neonicotinoïden te verbieden. Deze bestrijdingsmiddelen worden zowel door de industrie als door particulieren gebruikt.

De Europese voedselveiligheidsautoriteit EFSA zegt dat de drie neonicotinoïden  een ‘hoog acuut gevaar’ betekenen voor honingbijen. Zelfs lage doses van het gif verzwakken de bijen en tasten hun oriëntatievermogen aan.

Neonicotinoïden worden vooral gebruikt als zaadcoatings, verwerkt in de akkerbodems of gespoten op gewassen. Niet alle toepassingen worden overigens stopgezet. Het gaat vooral om zaadtoepassingen van de insecticiden in door bijen bevlogen gewassen en deze zullen in de toekomst enkel nog gebruikt mogen worden in periodes waarin bijen niet actief zijn. Gebruik in de glastuinbouw krijgt waarschijnlijk een uitzondering. De Europese Commissie wil ook een verbod op het gebruik van deze neonicotinoïden in producten voor particulieren.

Er komt een deelverbod op drie voor bijen dodelijke bestrijdingsmiddelen. Dat heeft de Europese Commissie vandaag besloten, nadat een meerderheid van de lidstaten dit voorstel steunde. Greenpeace noemt het een eerste stap in de goede richting, maar om de bijen en andere insecten te beschermen is een totaalverbod nodig op alle voor bijen schadelijke landbouwgiffen.

honingbij Zelfs lage doses van het gif verzwakken de bijen en tasten hun oriëntatievermogen aan.

Landbouwexpert Herman van Bekkem van Greenpeace noemt het verbod een logisch vervolg op de groeiende stapel wetenschappelijk bewijs van de schadelijke werking van deze bestrijdingsmiddelen.

Van Bekkem: “Met dit deelverbod onderkent Europa eindelijk het probleem van deze landbouwgiffen. Ook burgers maken zich zorgen over de toestand van de bijen, blijkt uit de vele reacties die wij krijgen op onze campagne tegen bijensterfte en voor . De tijd is rijp om door te pakken en te stoppen met alle schadelijke landbouwgiffen.

De politiek mag niet toegeven aan de lobby van gifgiganten als Bayer en Syngenta.”

Deze bedrijven negeren wetenschappelijk bewijs van de giftigheid van middelen die zij produceren.(zie hieronder ) 

Zij zijn een intensieve lobby gestart om een verbod op hun bestrijdingsmiddelen te voorkomen.

Vorige week bleek uit de kwartaalcijfers van Bayer en Syngenta dat zij grote winsten boeken op deze middelen.

Neonicotinoïden worden vooral gebruikt als zaadcoatings, verwerkt in de akkerbodems of gespoten op gewassen.

Volgens Greenpeace is er genoeg wetenschappelijk bewijs om in ieder geval zeven bestrijdingsmiddelen te verbieden omdat ze in verband worden gebracht met bijensterfte.

Landbouwexpert Herman van Bekkem.

Bijensterfte is één van de meest duidelijke en zichtbare gevolgen van ons vastgelopen landbouwsysteem dat het milieu vervuilt en natuurlijke bestuivers schade toebrengt. Terwijl bijen en andere bestuivers de grootste natuurlijke bondgenoten zijn van boeren.

Gelukkig is dit gif ook helemaal niet nodig door slim samen te werken met de natuur, in plaats van tegen de natuur. Beleidsmakers moeten inzetten op gezonde ecologische landbouw.

° 

‘Geheime’ studies van chemiereus Bayer tonen schadelijkheid

insecticide “imidacloprid ” voor bijen aan

Joop Bouma − 16/04/13, 11:02
© afp. Een bij

Al in 2000 was bij fabrikant Bayer bekend dat het veelgebruikte bestrijdingsmiddel imidacloprid een schadelijke uitwerking heeft op bijen. Dit blijkt uit drie studies die in oktober in Engeland zijn gepubliceerd na een verzoek op grond van de Britse openbaarheidswetgeving.

De Nederlandse registratieautoriteit voor bestrijdingsmiddelen, het Ctgb, besloot onlangs, na een verzoek tot openbaarmaking van de Bijenstichting, dat twee van de drie studies die in Engeland zijn gepubliceerd, in Nederland geheim moeten blijven. De studies van Bayer laten zien dat er bij honingbijen na blootstelling aan imidacloprid riskante effecten optreden zoals gedragsverandering (desoriëntatie).

Het Ctgb weigerde de rapporten naar buiten te brengen omdat volgens de toezichthouder de twee studies geen gegevens zouden bevatten over deze zogenaamde subletale effecten van dit middel van Bayer.

Subletaal is de term voor niet-dodelijke schade aan bijen: het gaat om effecten als gedragsverandering nablootstelling.

In de dertien jaar oude studies worden ‘significante subletale effecten’ aangetoond. De studies zijn openbaar gemaakt door de Britse gezondheids- en veiligheidsautoriteit HSE, op verzoek van een imker.

Volgens het Ctgb zijn de studies door Bayer uitgevoerd om de dosis te bepalen waarbij de helft van de bijen sterft. “Het is te verwachten dat in zo’n studie ook lichtere effecten optreden, maar die zijn niet per definitie van belang voor de risicobeoordeling.”

In het registratiedossier voor het bestrijdingsmiddel van Bayer zitten volgens het Ctgb studies waarin veel specifieker naar de subletale effecten is gekeken. “Deze andere studies zijn kritischer voor de risicobeoordeling dan de acute toxiciteitsstudies en daarom heeft Ctgb geoordeeld dat het belang van openbaarheid van die studies groter is en heeft het Ctgb ervoor gekozen de andere studies wel openbaar te maken maar deze niet.”

Download de drie studies via de links boven in dit artikel.

Trouw Groen: De lobby rond het bijengif

De lobby rond het bijengif

Joop Bouma − 16/04/13,
© afp. Een bij verzamelt pollen in het zuiden van Duitsland

Fabrikanten van bestrijdingsmiddelen maken overuren in Brussel om een verbod tegen te houden op het gebruik van landbouwgif dat er van wordt verdacht hele bijenvolken uit te roeien. De tijd dringt, de publieke zorg neemt toe: een Britse supermarktketen wil al producten uit de schappen weren.

Uit interne documenten die openbaar zijn gemaakt door de Brussel lobby-waakhond Corporate Europe Observatory blijkt dat Syngenta, fabrikant van een bestrijdingsmiddel, in januari heeft geprobeerd een persbericht van de Europese autoriteit voor voedselveiligheid Esfa tegen te houden.

Dat persbericht ging over een advies aan de Europese Commissie tot een tijdelijke gebruiksbeperking in de EU van drie zogenaamde neonicotinen, bestrijdingsmiddelen van Syngenta, Bayer en nog enkele fabrikanten.

Syngenta eiste in de fax aan Efsa op hoge toon dat het persbericht moest worden aangepast, anders zou er per direct juridische actie volgen.

Er zijn ernstige aanwijzingen dat de producten van Syngenta en Bayer, die op grote schaal ook in de Nederlandse land- en tuinbouw worden toegepast tegen insecten, een rol spelen in de dramatische terugloop van het aantal honingbijen en hommels.

In januari maakte Efsa na bestudering van wetenschappelijke onderzoek bekend dat er voldoende reden was om de middelen voorlopig niet meer te gebruiken op gewassen die bijen aantrekken.

Syngenta en Bayer stonden op hun achterste poten. De middelen zijn voor beide bedrijven regelrechte ‘blockbusters’. De financiële belangen zijn enorm. Ook voor de telers van groenten, fruit en bloemen, daar zijn er veel van in Nederland.

Alleen Syngenta  zette vorig jaar wereldwijd voor 840 miljoen euro om aan thiamethoxam, één van de neonicotinen die Efsa tijdelijk wil schrappen.

In de fax aan de Efsa, op de dag dat het persbericht eruit zou gaan, werd door Syngenta de wetenschappelijke integriteit van de autoriteit voedselveiligheid in twijfel getrokken.

Het persbericht was onjuist, veel te algemeen gesteld en de conclusies van de Efsa kwamen volgens de fabrikant niet overeen met het risicoprofiel van thiamethoxam, het bestrijdingsmiddel van Syngenta.

De Efsa was, aldus de producent, ver buiten haar boekje gegaan door te adviseren de bestrijdingsmiddelen nog maar beperkt in te zetten.

Een daadwerkelijke risico-beoordeling was aan de lidstaten, aldus Syngenta. Het bedrijf eiste aanpassingen in het persbericht. Zo niet, dan zou juridische actie volgen.

Maar de Efsa publiceerde het persbericht vrijwel ongewijzigd.

Intussen neemt de maatschappelijke onrust toe. Waitrose, een Britse supermarktketen met 37000 werknemers en 280 winkels in Engeland, Schotland en Wales maakte al bekend dat leveranciers van fruit, groenten en bloemen volgend jaar geen producten meer mogen aanleveren waarvoor bij de teelt de drie pesticiden zijn toegepast.

Waitrose wil geen producten in de schappen die in verband worden gebracht met de dramatische terugloop van bijen.

De maatregel van de supermarktketen zal van kracht blijven zolang er geen volstrekte wetenschappelijke duidelijkheid is over het effect van de stoffen. 

°Overheid negeerde belastend onderzoek landbouwgif

http://www.joop.nl/groen/detail/artikel/19194_overheid_negeerde_belastend_onderzoek_landbouwgif/

°

Oorzaak van bijensterfte ter discussie   ? 

—> De bijen gaan massaal dood. Volgens vele wetenschappers ligt dat aan bestrijdingsmiddelen van (o.a. ) Syngenta, die nu mogelijk verboden worden.

Volgens Michael Kester van Syngenta klopt dat niet.

—> BIO  landbouw  

 imidacloprid

de oorzaak van het verdwijnen van de honingbij  zou kunnen  te wijten zijn aan een insecticides en in het bijzonder aan de klasse van de neonicotinoïden.
Niet alleen het verdwijnen van honingbijen maar ook de algemene achteruitgang van onze dagvlinders is mogelijk hieraan te wijten.

Zenuwgif

Het insecticide imidacloprid behoort tot een nieuwe generatie insecticiden – de zogenaamde neonicotinoiden – die wereldwijd sterk ter discussie staat vanwege de aangetoonde schadelijkheid voor bijen.

Het insecticide werkt in op het centraal zenuwstelsel van insecten maar is veel minder giftig voor zoogdieren.

Het gif veroorzaakt verlamming met de dood tot gevolg, soms zelfs binnen enkele uren.

Bij bijen worden ook andere effecten toegeschreven aan het middel, zoals verlies van het navigatievermogen.

De werkzame molecule bindt op een specifieke receptor (de postsynaptische nicotine acetylcholine receptor) en er zijn door deze specificiteit geen cross-resistentie effecten bekend met andere insecticides (carbamaten, organofosfaten of synthetische pyrethines). Dit maakt het uiteraard uiterst geschikt voor de bestrijding van insecten.
Hoewel neonicotinoïdes ook kunnen toegepast worden door middel van bespuiting is de meest gebruikte toepassing impregnatie van het zaaigoed. Het insecticide wordt tijdens de groei verspreid in de hele plant waar het ook werkzaam blijft. Insecten kunnen het bijvoorbeeld opnemen door het zuigen van sappen maar ook door het verzamelen van stuifmeel en nectar. Het gif blijft zeer lang actief en spoelt zelfs uit naar het oppervlaktewater.
Om even een gradatie van giftigheid te geven: imidacloprid is 7.297 keer zo giftig voor een honingbij als DDT. De gebruikte absolute hoeveelheid per hectare mag dan wel afgenomen zijn, de giftigheid per hectare is wel gestegen in vergelijking met DDT.

Verboden in andere landen

Het Franse Comité Scientifique et Technique dat wetenschappelijk adviseert over de toelating van gewasbeschermingsmiddelen, stelde al in 2003 vast dat imidacloprid mede verantwoordelijk is voor de massale bijensterfte in Frankrijk. Het middel werd er verboden. Duitsland, Italië en Slovenië volgden na massale bijensterfte-incidenten door het middel ook met een (voorlopig) verbod. In Groot Brittannië deed eerder al supermarktketen en landbouwbedrijf Co-op alle neonicotinoiden uit voorzorg in de ban.
Ook in Nederland gaan stemmen op om het de insecticides te verbieden.

Dr. Jeroen van der Sluys van de Universiteit Utrecht:

‘Onderzoek aan de Universiteit van Versailles naar de oorzaken van bijensterfte dat ik als gasthoogleraar begeleidde, lijkt in Nederland helemaal niet bekend te zijn, mogelijk vanwege de taalbarrière. De schadelijkheid voor bijen van deze nieuwe generatie insecticiden is aangetoond. Dit is een van de oorzaken van bijensterfte die we zelf kunnen wegnemen.

We hopen het Nederlandse toelatingsbeleid wakker te schudden.’

Als bewuste bio boer  Vermijd je steeds het gebruik van insecticides (en herbicides).

Maar als u het dan toch noodzakelijk acht probeer dan geen middelen te gebruiken met één van de volgende werkzame stoffen:

  • Imidacloprid
  • Acetamiprid
  • Clothianidin
  • Dinotefuran
  • Imidacloprid
  • Nitenpyram
  • Thiacloprid
  • Thiamethoxam

Ook voor de bestrijding van parasieten bij huisdieren worden deze stoffen trouwens aangewend. Ze zijn dus meer verspreid dan je zou denken

Bron:

°
(lobby propaganda  )  —–>Voor boeren en tuinders zijn insecticiden van groot belang om een hoge productie te halen.”

Nonsens. Talloze biologische boeren bewijzen al jaren dat het __ja, met meer mankracht en daarom iets duurder___ook (vrijwel) zonder chemische bestrijdingsmiddelen mogelijk is om op duurzamere manier een fatsoenlijke opbrengst van het land te halen.

Helaas zorgt de machtige landbouw- en industrielobby voor een effectieve filtering van de informatiestromen die de regering(en)  bereiken

Bijendodende pesticides ook giftig voor akkervogels

Bericht uitgegeven door Natuurpunt Beleid (België) op maandag 29 april 2013

Afgelopen weken doken de neonicotenoïden – de nieuwste generatie pesticiden – geregeld op in het nieuws. Stapels studies tonen aan dat deze pesticiden erg toxisch zijn voor bijen. Maar uit nieuw onderzoek blijkt dat ook andere organismen niet gespaard blijven.

Een Spaanse studie, eerder dit jaar gepubliceerd in het vakblad Ecotoxicology, koppelt het gebruik van deze pesticiden aan de achteruitgang van een graanetende akkervogel, de Rode patrijs. Natuurpunt hoopt dat dit nieuw onderzoek de Europese lidstaten wakker schudt en hen ervan overtuigt om nu maandag te stemmen voor een tijdelijk en beperkt verbod op het gebruik van de drie meest giftige neonicotinoïden op de aantrekkelijke teelten voor bijen.

Wat zijn neonicotinoïden?
Neonicotinoïden maken intussen reeds 24% uit van de wereldmarkt voor insecticiden. Een populaire vertegenwoordiger is Imidacloprid, geproduceerd door Bayer CropScience. Het zijn systemische pesticiden, die via de sapstromen opgenomen en verspreid worden naar het volledige plantenweefsel. Hierdoor is de plant van binnenuit beschermd tegen vraat.

Zowat de helft van de patrijzenkuikens die behandelde zaden eten, sterven eraan (foto: Philippe Vanmeerbeeck).

Zowat de helft van de patrijzenkuikens die behandelde zaden eten, sterven eraan (foto: Philippe Vanmeerbeeck).

Dodelijk zaad
De Spaanse studie onderzocht het effect van behandelde zaden op de overleving en het voortplantingssucces bij Rode patrijs (Alectoris rufa). In de studie werden drie verschillende pesticiden getest.

Het gaat om de fungicides Thiram en Difenoconazole en de neonicotenoïde Imidacloprid.Kuikens kregen gedurende een periode van 10 dagen, behandelde granen te eten.42% van de kuikens die met Thiram behandelde zaden gevoederd kregen stierven, voor Imidacloprid liep het sterftecijfer zelfs op tot 58%.Daarbovenop traden ook sublethale effecten op zoals een verlaging van de concentraties cholesterol, proteïnen, calcium en magnesium in het bloedplasma van de Rode patrijs, wat wijst op uitputting. Ook de eieren waren gemiddeld kleiner en eieren werden minder bevrucht.Veel typische akkervogels, zoals de patrijs, de grauwe gors en de ringmus, zijn afhankelijk van granen, en kunnen bij het foerageren in contact komen met behandelde zaden. De onderzochte pesticiden worden eveneens gebruikt als bladsproeiïng en volleveldsbehandeling. Via lekkage in de bodem, het grondwater en het oppervlaktewater kunnen de vogels ook in aanraking komen met deze pesticiden.Dit was een eerste onderzoek en de onderzoekers beklemtonen dat de resultaten gebaseerd zijn op een klein aantal overlevende vogels. Meer onderzoek is nodig. De conclusies lijken er evenwel op te wijzen dat deze nieuwe generatie pesticiden niet alleen erg dodelijk zijn voor bijen, maar ook voor de al erg geteisterde akkervogels.Redt Europa onze bijen en vogels?
Nu maandag stemmen de Europese lidstaten opnieuw over een tijdelijk en beperkt verbod op de drie meest giftige pesticiden voor bijen (de zogenaamde neonicotinoïden). Op basis van stapels wetenschappelijk onderzoek concludeerde het Europees Voedselveiligheidsagentschap eerder dit jaar dat het gebruik van neonicotinoïden een groot risico inhield voor bijen en andere bestuivers.Ze adviseerde om het gebruik ervan te verbieden op de meest bijenvriendelijke teelten.Nadat de Europese lidstaten er niet in slaagde om in maart tot een gekwalificeerde meerderheid te komen, krijgen ze nu een herkansing. België stemde voor het verbod en zal dat nu opnieuw doen. Dit is een eerste stap om onze bijen en vogels te redden.Natuurpunt vraagt België om daarbovenop bijkomende maatregelen te nemen. Een verbod op enkel de meest aantrekkelijke teelten voor bijen voorkomt immers niet dat deze extreem toxische stoffen in de bodem of het oppervlakte- en grondwater terechtkomen, noch dat akkervogels zoals de patrijs een graantje meepikken.Ana Lopez-Antia et al, Ecotoxicology, 2013, Experimental exposure of red-legged partridges (Alectoris rufa) to seeds coated with imidacloprid, thiram and difenoconazoleTekst: Jens D’Haeseleer, Natuurpunt Studie & Annelore Nys, Natuurpunt Beleid
Foto: Philippe Vanmeerbeeck

°’Pesticide oorzaak bijensterfte’

°

Landbouwgif tast hersenen aan  ….
Recent Japans onderzoek naar  het zenuwgif imidacloprid

neonicotinoïden

http://www.nature.com/ncomms/journal/v4/n3/full/ncomms2648.html

Nieuw onderzoek toont oorzaak bijensterfte aan

honingbij

U zult het vast al vaker hebben gelezen in kranten en tijdschriften. Het gaat niet goed met de bijen. Sterker nog, het gaat gewoonweg heel slecht met het nijvere beestje dat voor onze honing zorgt. Door veel onderzoekers werd naar een oorzaak gezocht, zoals infecties en insecticiden. Helaas werd nergens een causaal verband gevonden. Een nieuw onderzoek brengt daar echter verandering in

.

Het is eindelijk gelukt om een doorbraak te forceren. Een team van Italiaanse onderzoekers, onder leiding van Francesco Pennachio van de Universiteit van Napels heeft ontdekt dat een bepaalde groep insecticiden – neonicotinoïden – veranderingen in het immuunsysteem van insecten veroorzaakt. Insecten zijn hierdoor extra kwetsbaar.

Aangeboren immuunsysteem
Net als bijvoorbeeld zoogdieren hebben ook insecten een aangeboren immuunsysteem dat in staat is veroorzakers van infecties te herkennen. Door het blokkeren van een regulator van het aangeboren immuunsysteem, NF-kB (een bepaald eiwit) kwamen onderzoekers erachter dat neonicotinoïden het immuunsysteem beïnvloeden. Dat is te lezen in het blad Proceedings of the National Academy of Sciences.

Fruitvliegjes
De methode werd eerst op fruitvliegjes getest en daarna op bijen. Uit het onderzoek bleek dat bijen die geen neonicotinoïden kregen, bestand waren tegen een infectie. Bijen die wel werden blootgesteld, vertoonden wel reacties. Hoe groter de dosis neonicotinoïden, hoe groter de kans op infectie en hoe groter de kans dat het beestje dus sterft.

Begin vorige maand verscheen ook al een studie die suggereerde dat insecticiden van invloed zijn op individuele bijen en uiteindelijk op de hele kolonie. De onderzoekers toonden tijdens dat onderzoek aan dat langdurige blootstelling aan een heel lage dosis neonicotinoïden al verstrekkende gevolgen heeft voor bijen. Uiteindelijk stierf de hele kolonie uit. In Nederland komt dit neonicotinoïdenniveau volop voor in de land-en tuinbouwgebieden. De Europese Unie wil het gebruik van deze pesticiden nu gaan verbieden.

Bronmateriaal:
Neonicotinoid clothianidin adversely affects insect immunity and promotes replication of a viral pathogen in honey bees” – PNAS.org
De foto bovenaan dit artikel is gemaakt door Richard Bartz / Hubert Seibring (via Wikimedia Commons).

 

Het Jaar van de bij 2012

Het Jaar van de bij 2012

De bij (Apoidea) is een familie binnen de insecten, die op vrijwel heel de wereld op planten met twee zaadlobben voorkomen.
Alle bijen zijn echte vegetariërs en leven gedurende hun hele levenscyclus van nectar en stuifmeel. Er zijn momenteel zo’n 20.000 bijensoorten bekend; 349 hiervan komen voor in Nederland en België.
Helaas is maar liefst 60% van alle bijensoorten bedreigd in hun voortbestaan.

Bijensterfte is eigenlijk bijenvolken sterfte. In de winter of vroege voorjaar sterft het honingbijenvolk. Dit wordt ook wel verdwijnziekte of Colony Collaps Disorder (CCD) genoemd.

Deze benamingen geven aan de er regelmatig bijensterfte optreedt zonder een duidelijke oorzaak, soms is het hele bijenvolk zonder duidelijke redenen verdwenen.

Deze bijensterfte komt overal voor met uitzondering van delen van Zuid-Amerika, Afrika en AustraliëHet lijkt erop dat de sterfte elk jaar toeneemt. De sterfte cijfers varieert tussen de 20-30%, terwijl een “normale sterfte” ongeveer 8% is.

Wetenschappers over de hele wereld zijn verontrust over de hoge sterftecijfers en doen onderzoek naar de mogelijke oorzaken. De meningen hierover waren en zijn nog steeds verdeeld, maar men raakt er steeds meer van overtuigd dat de sterfte wordt veroorzaakt door een combinatievan oorzaken.

De honingbij wordt geparasiteerd door een mijt; de Varroa-mijt die de bij verzwakt en ook diverse virusziekten overbrengt. Daarnaast is er ook nog de ziekteverwekker Nosema die in de darmen van de bijen kan voorkomen en de gezondheid aantast

Pesticiden vormen een groep van bestrijdingsmiddelen die erg giftig is voor bijen, met name een groep genaamd Neonicotinoiden

Ook eenzijdig voedsel is één van de oorzaken. Naast honing als energiebron (suiker) heeft een bij ook stuifmeel nodig. Dit dient als eiwit- en vitaminebron. Een tekort aan stuifmeel of eenzijdig stuifmeel (van slechts een enkele plant) leidt tot verzwakking van de gezondheid.

De combinatie van deze oorzaken; pesticiden en gebrek aan stuifmeel die de bijen verzwakken of vergiftigen, maken de bijen kwetsbaar voor diverse ziekten

Wat kan je er zelf aan doen  ? 

Een ‘eenvoudige’ oplossing is om het gebruik van pesticiden te verminderen of helemaal te verbieden. Bijen worden daardoor gezonder en vitaler.
Biologisch tuinieren is bij-vriendelijk tuinieren.
Je kunt daarnaast de bij helpen door het bouwen of kopen van bijenhotels.
En je kan zelf zorgen voor een groter en gevarieerder stuifmeelaanbod. Door het inzaaien en/of aanplanten van drachtplanten verbeter je de voedselvoorziening en worden bijen vitaler. Drachtplanten zijn planten die veel nectar en goed stuifmeel leveren.

Drachtplanten  : (Bijenbloemen ) 

onder de drachtplanten zitten veel prachtige bloemen. . Mooie en makkelijke drachtplanten voor een zomerlang bloemen in wit zijn bijvoorbeeld:

Argemone grandiflora
Argemone grandiflora – foto Brecht Mané

Argemone grandiflora is een bijzonder éénjarig plantje. Het heet ook wel stekelpapaver. Het blad is duidelijk het stekelige deel van het plantje. Het is grijzigblauw van kleur en de nerven zijn mooi geaderd. De bloem is zilverachtig wit en wel tien centimeter groot. Ze oogt heel teer, bijna doorzichtig. Argemone bloeit van juli tot eind augustus.

Orlaya grandiflora
Orlaya grandiflora – foto Ton Hannink

Orlaya grandiflora heet ook wel kantbloem. De bloem lijkt ook wel van fijn kantwerk gemaakt te zijn. Het is daardoor een opvallende verschijning. Orlaya wordt circa veertig centimeter hoog en bloeit heel lang, zeker als je de uitgebloeide bloemen regelmatig verwijdert.

Eschscholzia californica “Milky White”
Eschscholzia californica “Milky White” – foto Ton Hannink

Eschscholzia californica “Milky White” is niet echt wit, er zit wat crèmekleur of zachtgeel door. De bloemen volgen elkaar ononderbroken op tot in de herfst en zijn vijf centimeter groot. Het plantje zelf wordt niet groter dan dertig centimeter.

Argemone en Orlaya kun je in een potje voorzaaien of ter plaatse zaaien. Eschscholzia laat zich niet makkelijk verplanten en kun je daarom beter ter plaatse zaaien.
Help de bij en geniet zelf van de bloemenpracht.

Kijk ook op

http://www.jaarvandebij.nl

om meer te lezen over de bij en het jaar van de bij.

°

—> LINKS ; 

Caste development in bees   

http://www.eurekalert.org/pub_releases/2010-07/asu-isk071410.php

Caption: Insulin signaling is key to separating those who would be queen (marked in blue) from workers.

Credit: Credit: F. Wolschin and AJ Siegel

°
9 januari 2014
 

Tekort aan bijen dreigt in Europa

, doordat de bijenpopulatie achterblijft bij het aantal bijen dat nodig is voor het bestuiven van gewassen.

Figure 2 A comparison of the supply density of honey bees (a, b), density of demand (c,d) and the resultant pollination service capacity (e,f) in 2005 (left panels) and 2010 (right panels).

Figure 2. A comparison of the supply density of honey bees (a, b), density of demand (c,d) and the resultant pollination service capacity (e,f) in 2005 (left panels) and 2010 (right panels).
show more

Figures based on average recommended stocking rate (RSR, see Supporting Information S4 for figures and comparative discussion based on other RSR).

doi:10.1371/journal.pone.0082996.g002

______________________________________________________________________________________________

Dat blijkt uit onderzoek dat gepubliceerd is in het wetenschappelijke tijdschrift Plos One.

Volgens de wetenschappers is het benodigde aantal bijen om gewassen te bestuiven 4,9 keer zo snel gestegen als het daadwerkelijke aantal bijen.

Het totale aantal bijen in Europa is gegroeid van 22,5 miljoen naar 24,1 miljoen koloniën, maar ook het aantal gewassen is enorm gestegen. Wereldwijd is ongeveer een derde van alle oogsten afhankelijk van bestuiving door insecten. De bijenpopulatie is niet evenredig meegegroeid.

Biodiesel

Vooral de opkomst van biodiesel is een mogelijke oorzaak van het tekort aan bijen. Biodiesel wordt gemaakt uit onder meer koolzaad en sojabonen. Daarvan zijn de laatste jaren veel velden aangelegd in Europa door regelingen om meer gebruik te maken van deze soort brandstof. Deze gewassen zijn afhankelijk van bestuiving door bijen.

De hoeveelheid energie uit hernieuwbare bronnen in het vervoer, zoals biodiesel, moet in 2020 in Europa minstens 10 procent bedragen van het totale energiegebruik. Biodiesel wordt hierdoor de laatste jaren vaker geproduceerd en gebruikt.

Bedreigd

De bijen hebben het de laatste jaren zwaar. Door de mens wordt de bijenpopulatie bedreigd met bestrijdingsmiddelen en ziektes. Eerder dit jaar werden daarom bepaalde soorten gif al verboden voor particulieren.

Door: NU.nl/Julien Dom

…….het tekort aan honingbijen in Europa is  intussen uitgegroeid tot zeven miljard. En hoewel dat enigszins wordt goedgemaakt door de bevruchting door hommels en zweefvliegen blijft er een gigantisch tekort. “Als we nu niets ondernemen dan worden we de volgende jaren geconfronteerd met een gigantische catastrofe”, aldus onderzoeker professor Simon Potts van de universiteit van Reading.

De onderzoekers pleiten voor een betere bescherming van de bijenpopulatie. Op Europees niveau zijn al verschillende maatregelen genomen, onder meer met een verbod op neonicotinoïde pesticiden. Maar volgens de Britse onderzoekers verergeren andere Europese maatregelen het probleem alleen maar.

Zonder bijen geen planten  of we moeten handmatig bestuiven…. beetje moeilijk

  1. als die bijen zo belangrijk zijn voor 1 teler waarom gaat hijzelf dan geen bijen houden?
Want ;
—- > In Amerika bestaan nu al  veel “rijdende imkers” die met hun bijenvolkjes het hele land doorkruisen om de gewassen van de landbouwers te laten bestuiven ?

                            —>  Waarom ? —->  Omdat ze Roundup gebruiken en de bijen verdwenen zijn

  1. Het duurt   wél  een jaar of twee voordat je een bijenvolk hebt opgebouwd
    Echter  
  2. als iedereen dat opeens gaat doen zullen de bijenvolken ook niet meer aan te slepen zijn. 
  3. —-> Sowieso houden ondernemers niet van lange aanlooptijden en zelf investeren, liever nog meer roofbouw op de natuur plegen en als dit niet meer rendabel is met de volgende gekte mee doen. 
  1. “…..Na alle problemen over verdwijnende bijen blijkt het aantal populaties! Met 2 miljoen te zijn gegroeid??? dat is 10% meer kolonies ..   ”                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                         ——–>  .kan best zijn dat er per kolonie minder bijen zijn en dat deze minder gezond zijn, dan wordt het onderliggende probleem dus nog steeds groter.                                                 .
    1. ….Waarschijnlijk krijgen  boeren en buitenlui voor het houden van bijen subsidie van de €U, verklaart meteen waarom het aantal op papier steeds groter wordt maar er in de echte wereld steeds minder bijen zijn. 
    2. Verder helpen het nemen van steekproeven en statistische rekenmethoden natuurlijk ook om een betrouwbare schatting te maken
  1. Waar moeten  de wilde bijen  van leven? Kilometers akkers met 2 weekjes bloei per jaar en de rest van de tijd interen? Of de meegespoten akkerranden leegeten? Met de huidige massateelt zijn de bijen veel te afhankelijk geworden van imkers, die de kasten vele kilometers rondslepen om ze op de juiste tijd bij de juiste akker te krijgen… Als bij zou je bijna in de stad gaan wonen: daar duurt het bloeisteizoen het langst!

    1. bijen kunnen best ver vliegen. Een paar km en in dat gebied moet, inderdaad, altijd wel wat bloeien.
      Een maïsveld van 3 of 4 vierkante KM is dan geen goed idee – zijn overigens meerdere redenen voor
  2. Al jaren en jaren wordt er gewaarschuwd dat bepaalde gewasbeschermingsmiddelen de bijenpopulatie heel veel kwaad doen. En al jaren en jaren wordt er wat gemompeld en “dat was het dan…”  want de economie van vandaag gaat altijd voor.
    1. …..en monocultuur. Dat zorgt enerzijds voor enorme vlaktes die na bloeitijd een woestijn voor bijen worden, en anderzijds voor het weghalen van allerlei andere planten waar de bij op gedijt. Zo is het inmiddels bekend dat bijen hars van bepaalde planten verzamelen. Planten zijn ook voor dieren medicijnen.
      Ook is monocultuur zowiezo een ramp. Helemaal niet goed voor een bij of wie dan ook om te leven van 1 voedselbron.

      1. De Mens besluit onnatuurlijk veel flora aan te leggen in monocultuur (bv voor bio-diesel). De bijenpopulatie kan dit uiteraard niet bijbenen. De Mens claimt vervolgens dat er “te weinig bijen” zijn en legt het probleem dus bij de natuur. De mens is arrogant.  
      2. Zo is de mens  bezig met een onnatuurlijke en geforceerde   bio-agrarische  ;  koolzaad en soya  zijn ook  agro-gewassen . ze worden industrieel  gebruik voor   bio-brandstof …. Lijkt me een  deel van hetzelfde probleem dat de grote agrarische bedrijven noodgedwongen alleen nog maar bezig zijn met zo veel mogelijk winst maken en subsidiemogelijkheden benutten.
      3. Het is ook  vreemd dat biobrandstof opeens zo in opkomst is omdat het zogenaamd duurzaam is terwijl er ook allerlij nadelen aan vast zitten. Het zou helpen als de overheden en industrie eens wat minder wispeltuurig zouden zijn en meer op de lange termijn plannen dan kan de natuur dat ook veel beter bijbenen. 
    2. Door de mens wordt de bijenpopulatie bedreigd met bestrijdingsmiddelen en ziektes. Eerder dit jaar werden daarom bepaalde soorten gif al verboden voor particulieren.” 
      1. En guess what? Bayer en Syngent klagen nu de EU aan vanwege dat verbod. Ze willen dat het ongedaan gemaakt wordt. En reken maar dat die bedrijven over de beste advocaten beschikken (de beste in hun vak dan, niet de beste in hun ethiek).
        1. Mensen   en bijen  binnenkort  dood  ? Geen nood  …..Na de “synthetische bij “krijgen we waarschijnlijk de” synthetische mens…” ?  
        2. De ellende is dat als Monsanto en andere bedrijven voet aan de grond willen krijgen in Europa dat dat dus zeer waarschijnlijk via de Europese Commissie of via een zaakgelastigde in Brussel gaat, die uiteraard gevoelig is.voor corruptie. Het gebeurt in  de wandelgangen en  achterkamertjes,het zijn dan ook  professionele lobbies 
      2. Op de vraag of er ook gekeken wordt naar de invloed van gebruik van pesticiden in de landbouw (neonicotinamiden zijn enorm schadelijk voor insecten), kon een van de betrokken onderzoekers  niet afdoende antwoord geven. Hij zei dat hij zich moest beperken tot het onderzoek in relatie tot de mate van bestuiving van de gewassen. 
      3. Niet alleen bijen zijn bestuivers  –>ook vlinders , zweefvliegen en allerlei andere insekten ....
      4. en buiten die hoofdmoot van de bestuiver zijn er ook nog ook vogels en zelfs vleermuizen  …… en in de tropen zijn er dan ook nog apen : heilaas zitten al die andere dieren OOK  op de schop …..

 

 

Hommels

12 oktober 2010

Hommels bestuiven het liefste rode of gestreepte bloemen. Het zou dus goed zijn voor de recent fors gekrompen populatie hommels om in tuinen vooral deze kleuren bloemen te planten. Dat meldden Britse onderzoekers dinsdag.

hommels

De wetenschappers hebben op een veld in het Britse Norwich een aantal zomers bijgehouden welke kleuren leeuwenbekjes het meest in trek waren bij hommels.

Rode bloemen en bloemen met strepen in de richting van het hart werden aanzienlijk meer bezocht dan witte of roze bloemen.

Professor Cathie Martin van het John Innes Centre denkt dat de strepen voor de hommels een visuele aanwijzing zijn ”om de ingang van de bloem te vinden op weg naar de nectar en het stuifmeel”.

De strepen zijn bij rode bloemen niet nodig, omdat de hommels die bloemen toch al aantrekkelijk vinden, aldus Martin.

De afgelopen jaren gaat het niet goed met insecten die zorgen voor de bestuiving van planten. Het aantal bijen in West-Europa is massaal afgenomen. Ook met hommels, vlinders, motten en zweefvliegen gaat het niet goed. Mogelijk houdt de teruggang van alle bestuivers met elkaar verband.

Wetenschappers proberen de precieze oorzaak te ontdekken, maar volgens experts is veel meer onderzoek nodig om oplossingen voor het probleem te vinden.

Vooralsnog lijkt de achteruitgang te maken te hebben met meerdere factoren, waaronder de achteruitgang van de natuur, de toenemende bevolking en het gebruik van landbouwgif.

 VOEDSELVOORZIENING 

Minder of geen natuurlijke bestuiving kan leiden tot enorme problemen voor onze voedselvoorziening. Tevens zullen er minder verschillende soorten planten overblijven.

Ook zal er volgens onderzoekers veel economische schade worden geleden, bijvoorbeeld doordat boeren hun gewassen kunstmatig moeten bestuiven.

Met speciale hogesnelheidscamera’s en een windtunnel proberen wetenschappers te ontrafelen, hoe hommels er in slagen om recht te blijven vliegen tijdens stormen.

19 september 2013

De onderzoeksresultaten moeten bijdragen aan het ontwerp van weerbestendige kleine vliegtuigjes, berichtte de BBC

De hommels blijken te presteren wat door mensen gebouwde ‘microluchtvaartuigen’ al jaren niet lukt. Terwijl de insecten zonder moeite naar eten zoeken tijdens slecht weer, worstelen op afstand bestuurbare mini-toestellen al met een beetje wind.

Het filmen van hommels in de windtunnel moet op termijn het geheim van hun stormnavigatie opleveren. De eerste resultaten zijn bemoedigend: zo blijken de insecten onder zware weersomstandigheden vaker naar de zijkant geduwd te worden, dan naar boven of beneden. ,,De” bijen ” (1)rolden aanzienlijk om van koers te veranderen en te compenseren voor de wind”, aldus dokter Sridhar Ravi van universiteit Harvard.

Door: ANP

  1. bijen en hommels zijn niet hetzelfde. Hommels horen tot de familie van de bijen maar zijn wel een andere ‘tak’ van de familie, de ‘langharigen’ en daarom hommels.
  2. Hommels zijn l Bij-achtigen (Onderorde: Apocrita).

    1. In het Engels spreekt men van Bumblebee(Hommel) en Bee(Bij). Om hommels bijen te noemen, is er verkeerd vertaalt, wat de leesbaarheid nadelig beïnvloed.

Hommels worden minder groot onder invloed van een veel gebruikte insecticide, zo blijkt uit een nieuw onderzoek.

Foto:  NU.nl/Tom Block

21 januari 2014

De groei van de larven van hommels wordt ernstig verstoord door pyrethroïden, synthetische insecticiden die veel worden ingezet in de land- en tuinbouw tegen vliegende insecten, kakkerlakken en termieten.

De hommels worden daardoor mogelijk minder goed in het verzamelen van nectar en het verspreiden van stuifmeel.   Dat melden Britse onderzoekers in het wetenschappelijk tijdschrift Journal of Applied Ecology.

De wetenschappers bestudeerden de groei van hommels in hun laboratorium. De kolonies van sommige dieren werden bespoten met pyrethroïden, andere hommels werden niet blootgesteld aan de insecticiden.

De ontwikkeling van de insecten werd in de gaten gehouden door de grootte van de kolonies te meten en individuele hommels te wegen met behulp van speciale apparatuur.

Uit het onderzoek blijkt dat de larven van de insecten aanzienlijk minder groot worden door de invloed van pyrethroïden.

Volgens hoofdonderzoeker Mark Brown kan het effect van de veel gebruikte insecticiden grote gevolgen hebben voor de natuur.

“Hommels zijn essentieel voor onze voedselketen, dus het is van groot belang dat we begrijpen hoe de groei van wilde hommels wordt beïnvloed door de chemicaliën die we op het land spuiten”, verklaart hij op nieuwssite ScienceDaily.

“Onze resultaten wijzen uit dat pyrethroïden ervoor zorgen dat de hommels kleiner zijn als ze uit hun eitjes komen.”

Dat is verontrustend, vindt hij. “Het formaat van werkers in het veld is namelijk een belangrijke component van het succes van een kolonie: kleinere bijen zijn minder efficiënt bij het verzamelen van nectar en bestuiven van bloemen.”

Door: NU.nl/Dennis Rijnvis                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                                        Door de toenemende kritiek op chemische bestrijdingsmiddelen, gaan fabrikanten over op het gebruik van natuurlijke pyrethroïden en suggereren dat het ongevaarlijke middelen zijn omdat ze natuurlijk en afbreekbaar zijn ipv chemisch. En de massa trapt er doodleuk in. Ook natuurlijke gifstoffen zijn giftig, anders zou het spul niet werken.                                          –>  

Het probleem is dat fabrikanten geen of te weinig boodschap hebben aan duurzaamheid en balans van de natuur. Ze zijn geinteresseerd in het maken van zoveel mogelijk winst in zo kort mogelijke tijd. Dat daarvoor middelen worden verkocht die schadelijk zijn of gecommuniceerd wordt op een manier die misleidend of ronduit leugenachtig is, zal ze een zorg zijn.                             —>                                                                                                                                                                                                                                                              Het is een kwestie van tijd, de vraag is of het vele of enkele tientallen jaren duurt voordat we de aarde echt naar klote hebben gebracht. 

 

 

Intensieve akkerbouw en klimaatverandering bedreigen bijna een kwart van de Europese hommelsoorten met uitsterven.

2 april 2014
B. alpinus  alpinobombus queen resting 

Daarvoor waarschuwt de International Union for Conservation of Nature (IUCN).

In de studie, gefinancierd door de Europese Unie, werden alle 68 Europese hommelsoorten onderzocht. Daaruit bleek dat 24 procent op het punt staat te verdwijnen. Bijna de helft van alle hommelsoorten had te maken met een afnemende populatie.

Net zoals de snelle afname van het aantal bijen, is het verlies van hommels ook een bedreiging voor de mens omdat ze een grote bijdrage leveren aan het bestuiven van bloemen. Volgens het IUCN zijn drie van de vijf belangrijkste bestuivers in Europa hommelsoorten.

 

Klimaatverandering

 

De belangrijkste bedreigingen voor de hommels zijn klimaatverandering, intensivering van de landbouw en veranderingen in het gebruik van agrarische gronden.

Onderzoeker Ana Nieto maakt zich grote zorgen over de voedselproductie. “Het is belangrijk dat de leefomgeving van de hommels goed wordt beschermt en de ecosystemen herstellen. Het zou enorm helpen als de landbouwsector biodiversiteitsvriendelijker wordt. Dat is essentieel voor het terugdringen van de bedreigingen voor Europese hommels.”

 

Waddenhommel

Een van de soorten die het sterkst door klimaatverandering wordt bedreigt is de Bombus hyperboreus, ook wel waddenhommel genoemdDe twee na grootste Europese hommel ziet haar leefgebied in de Scandinavische en Russische toendra snel slinken.

De voorheen wijdverspreide waddenhommel zag een afname van zo’n 80 procent. Dat komt vooral omdat haar belangrijkste voedsel, de klaver, steeds vaker wordt verwijderd.

Door: NU.nl/Krijn Soeteman

Afbeeldingen van bombus hyperboreus

 

 Bombus hyperboreus queen /Göran HolmströmSweden Lappland

http://www.zoologie.umh.ac.be/hymenoptera/pagetaxon.asp?tx_id=3087

http://www.nhm.ac.uk/research-curation/research/projects/bombus/al.html

 

Archief :